Uit de Bijbel is gelezen: Genesis 1:1-4, 26-2:4, en Kolossenzen 1:15-23
Gemeente van Jezus Christus, ouderen, jongeren, tieners die afscheid nemen van de kindernevendienst,
[intro: de grote lijn]
soms heb je boeken met platen waarop een heleboel te zien is. Jullie kennen misschien wel de zoekboeken van ‘Waar is Wally’, waar je dat mannetje met gestreepte kleren moet terugvinden tussen allerlei mensen en dingen. Of een puzzel van Jan van Haasteren, waar je ook altijd een hele tijd naar kunt kijken omdat er zoveel te zien is. [vb: mijn vorige tandarts met zo’n poster boven stoel] Bij zo’n drukke afbeelding is er echter wel een gevaar: dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Allerlei leuke details, maar wat is er eigenlijk aan de hand?
Net zo is de Bijbel een dik boek waar een heleboel in te vinden is. Allerlei mooie beelden, spannende verhalen en wijze lessen staan erin. De afgelopen jaren hebben jullie op de kindernevendienst heel veel van die verhalen gehoord. Het is goed en belangrijk om die verhalen te kennen. Alleen er is wel in gevaar, net als bij zo’n drukke afbeelding: dat je misschien de grote lijn niet ziet. Jullie hebben veel verhalen gehoord, maar wat is het gróte verhaal van de Bijbel? Het grote plaatje? Al ken je veel losse verhalen, dan wil dat nog niet zeggen dat je helder hebt waar het om gáát in de Bijbel.
in de voorbereiding op deze dienst noemden jullie Bijbelverhalen die jullie mooi vonden. Er kwamen drie verhalen naar voren: de schepping, Jezus’ geboorte en Jezus die sterft aan het kruis. Ik vond het bijzonder dat jullie deze verhalen noemden. Want alle drie horen ze bij de kern van waar het in de Bijbel over gaat. De schepping, Jezus’ komst met Kerst, en zijn sterven voor ons.
Vanmorgen mag ik daarover preken. Over het grote verhaal van de Bijbel, het grote plaatje van het geloof. Dan komen al de verhalen terug die jullie noemden, let maar op.
[de schepping is maar t begin]
Wat is het grote verhaal van de Bijbel? Dan moeten we bij het begin beginnen. Stel je maar eens de wereldbol voor zoals die in de ruimte hangt. Enorm groot, en tegelijkertijd toch klein binnen de enorme afmetingen van het heelal. De wereldbol, aan één kant door de heldere zon beschenen, aan de andere kant zachtjes verlicht door de maan en sterren. Je ziet blauw van oceanen, groen en bruin van het land, wit van de wolken en de poolkappen. Zie je het voor je? Dat is nu de aarde, door God geschapen. “God keek naar alles wat hij gemaakt had en hij zag dat het heel mooi was”. Zo is het toch? In de zomervakantie gaan jullie misschien wel naar mooie plekken, en kijk anders maar eens om je heen hier bij de rivier. De schepping is een geweldig kunstwerk van God! Letterlijk staat er trouwens niet ‘mooi’, maar dat het ‘goed’ was. De wereld is een goede plek, goed voor ons om te leven, te midden van allerlei andere schepsels.
Zo begint het grote verhaal: God heeft alles gemaakt. Jíj bent een schepsel van hem, gemaakt om zijn liefde te ontvangen. God geeft leven en zorgt voor ons, en de wereld is in zijn hand. Dat mag je geloven! En dat is heel belangrijk, daar mag je houvast aan hebben bij alles wat er gebeurt.
Echter, dit is niet het hele verhaal. Dit zijn alleen maar de eerste pagina’s. Als je het hierbij houdt krijg je een heel simplistisch geloof. Zo van ‘God heeft jou gemaakt en houdt van je, jij bent goed en hij zorgt dat alles goed gaat’. Zo’n geloof houdt het uiteindelijk niet! Misschien is het goed voor een kind – maar jullie zijn al ouder, jullie zijn al tieners. Dan ga je het zien: er is zoveel níet goed en mooi op aarde. Je bent zelf niet altijd goed. God zorgt niet altijd voor een oplossing voor elk probleem. En trouwens, waar is Jezus dan in het verhaal?
[de val]
Bij het grote verhaal van de Bijbel hoort méér. Er is een Bijbelverhaal dat jullie niet noemden, het is ook helemaal geen mooi verhaal. Het is het verhaal van de zondeval – van die slang, van Adam en Eva die uit het paradijs werden gegooid, van voortaan zwoegen voor je dagelijks brood en van de dood die in de wereld kwam. Kinderen in de kerk, jullie zullen dat verhaal wel kennen, denk ik toch?
Maar het gaat hier niet om een verhaal over iets van heel lang geleden. Het gaat over onze wereld. Stel je die wereldbol maar weer voor. En dan moet je je in gedachten maar eens voorstellen dat het licht van de zon grotendeels verduistert. Dat het groen verdort. Dat er zwarte scheuren zichtbaar worden overal. Zie je het voor je? Vreselijk! En nee, letterlijk is dat niet gebeurd; maar geestelijk is het wél gebeurd. Het is niet zo mooi gebleven als ooit. Het licht van Gods nabijheid is verduisterd. Zwarte scheuren lopen door de schepping. Mensen gaan dood, er is oorlog of hongersnood; mensen zijn soms oneerlijk en gemeen tegen elkaar. Ruzies en pesten, mensen die alleen maar aan zichzelf denken, ziekte en zorgen. Jullie kunnen je daar vast wel iets bij voorstellen. En wij mensen, we merken de ellende, en tegelijk dragen wij er zelf aan bij dat het zo is op aarde.
Dat is nu het tweede plaatje in Gods grote verhaal: de zondeval. Een donkere wereld, met zwarte scheuren. Niet alleen iets van Adam en Eva toen. Wij leven op die aarde. Sinds het begin kiezen wij mensen ervoor om onze eigen zin te doen, niet met God te leven. En zo… zo zijn we zijn losgeraakt van God. Sterker nog, we hebben een probleem met Hem! Want God houdt van mensen, nog steeds, en van zijn schepping. Maar tegelijk houdt Hij echt niet van slechte dingen. En die zijn er zoveel op aarde. Die zijn er ook in jouw en mijn en uw leven.
[Jezus]
Hoe moet dat verder? Je voelt wel, er moet iets gebeuren, anders loopt ons verhaal slecht af! Kijk, daarom is het zo goed dat jullie Jezus’ geboorte noemden, en zijn sterven. Heel zijn leven eigenlijk. Jezus is onmisbaar, of ‘Christus’ zoals het tweede Bijbelstukje hem noemt dat we lazen. Wij heten naar hem, ‘christenen’. Een geloof waar Hij niet centraal staat – dat klopt niet! Ook niet een geloof van alleen maar “God, de schepper zorgt voor ons”. Jezus moet erbij!
We hoorden uit de Bijbel: “hij (Christus) is belangrijker dan alles en iedereen”. Hij, God de Zoon, was er zelfs al bij de schepping, zo lazen we – maar dat laat ik nu liggen. Ik kom bij het favoriete verhaal van één van jullie: het kerstverhaal, Jezus’ komst met kerst. Wat gebeurt er dan? Denk nog even aan dat plaatje van net. Het kunstwerk kapot – de wereld; wij mensen een probleem met God, losgeslagen van Hem. Maar nu gaat God toch verder! Hij wil de wereld herstellen; hij wil het kwaad weg, en de mensen terug. Want Hij houdt van ons, tóch. Hij houdt van jou en u en mij en alle mensen, ook al zijn wij níet goed. Daarom riep hij Abraham, koos hij Israël, en daarom is uiteindelijk Jezus gekomen. Hele het oude testament wees al op Hem, en tenslotte is Hij geboren in Bethlehem.
Jezus geboren op aarde. Daar kun je je vast wel een plaatje bij voorstellen: een kindje in de kribbe. Maar besef alsjeblieft wel voor wat een wonder daar gebeurt. Denk weer aan die wereldbol. God maakte die, hij kan de aarde als het ware in zijn hand houden [gebaar]. En dan… wordt Jezus, op een bepaalde manier God zelf, geboren óp die aarde [gebaar]. Enorm moet je inzoomen, om Hem nog in beeld te krijgen als baby. De Schepper wordt deel van zijn schepping.
[herschepping]
En nog verder gaat het grote verhaal van God. Jezus is geboren. Hij kwam, om ons op te zoeken, en… om alles nieuw te gaan maken. Want dat doet Jezus. We begonnen bij de schepping, maar Jezus zorgt voor de hérschepping. Herschepping? Ja, dat is precies wat het woord zegt: opnieuw scheppen, maken, zodat je weer kunt zeggen: het is mooi, het is goed. Daar is Jezus voor gekomen. Hij is daarvoor gestorven aan een kruis – het derde verhaal dat jullie aandroegen. Ook zo’n bekend beeld, dat Jezus sterft aan het kruis. Maar als ik erover denk als onderdeel van het grote verhaal, dan staat mijn verstand helemaal stil. Want Jezus, dat is dus God Zelf, die kwam als mens. En dan is Hij, de Heer, het die sterft, die werd vermoord. Hoe kan dat ooit? Ja, hij was een mens, net als jij en ik. Maar tegelijk zoveel meer – Gods Zoon! Dan kun je toch niet zomaar sterven? Toch gebeurde het, want Hij droeg de straf op alle zonden: de dood. Maar toen… toen ging het verhaal vérder! En dit is de grote wending in alles. Want Jezus stond ook weer op. Hij is niet zomaar een mens, Hij is sterker dan de dood. Jezus is opgestaan. Naast het kruis is een open graf. En daar, daar zie je de herschepping beginnen!
Zie het maar weer voor je, die wereldbol van net: half in het duister, en met donkere scheuren. Daarop kwam Jezus, en hij leek onder te gaan in zo’n donkere scheur in de aarde: hij stierf en werd begraven. Maar… Hij stond op. Ik zoom in gedachten uit van het kruis en het open graf, zodat je de hele wereld weer ziet. Vanuit die plek van kruis en graf, zie ik leven, zie ik groen zich verspreiden op aarde. Als uit een bron. Dát is wat ons tweede Bijbelstukje zegt. Jezus zorgde niet alleen voor de schepping, ook voor de hérschepping. De aarde wordt weer heel, mensen worden nieuw – hijzelf is de eerste nieuwe mens. Stel het je maar voor, hoe bij het kruis en graf vandaan nieuw leven en licht naar alle kanten over de aardbol uitvloeien!
[en nu jullie!]
Zo vormen de verhalen die jullie aandroegen samen stukken van Gods grote verhaal. Maar… het verhaal is nog niet uit! Het gaat ook over jullie, en over ons allemaal. Jij zit ook op die aardbol, toch? En de herschepping is iets wat nog steeds gebeurt. Vanuit het kruis en het graf van de Heer verspreidt zich leven, níeuw leven. Dan is de grote vraag: waar zit jij, waar zitten jullie, en wij allemaal? Zitten we in het oude, dorre, kapotte – want dat is er ook genoeg. Of zijn neemt de stroom van leven ons mee, en zijn wij onderdeel van het níeuwe, zijn wij daar waar alles weer opbloeit tot Gods eer?
Ja, denk je misschien, waar zit ik in dat beeld? Ik mag het je vertellen. Jullie mogen horen bij de Heer en bij het nieuwe leven. Waarom? Omdat jullie zijn gedoopt, of omdat je ouders je al van jongs af bij Hem gebracht hebben. Je bent als het ware bij de bron gezet. Je hoort bij de kerk. En de kerk, dat is de plek waar het nieuwe leven stroomt. In de kerk zijn we nieuwe mensen, omdat we bij Jezus horen. Je mag bij God horen. Niet gewoon omdat je Gods schepsel bent, want dan blijf je stilstaan bij het begin, terwijl er zoveel gebeurd is… Je mag bij God horen, een nieuw mens zijn, omdat Jezus voor jou is gekomen, is gestorven en opgestaan. Je mag horen bij de wereld die komt, als de Heer alle kwaad zal wegvagen, alle scheuren zal dichten – want dat is beloofd, zo loopt het verhaal eens af.
Maar gaat het dan allemaal automatisch? Jezus maakt het goed, alles opgelost? De Bijbelvertaling die we vandaag lazen zegt dat wel zo, in vers 20. Maar dat is net toch te kort door de bocht. In vers 23 staat iets anders, en dat is belangrijk. Ja, je mag horen bij het nieuwe, daar hoef je niet aan te twijfelen. En tegelijk zegt de Bijbel “dan moet jullie geloof wel sterk en krachtig blijven, jullie moeten blijven vertrouwen op het goede nieuws”. En dat wil ik jullie tenslotte op het hart drukken. Na de vakantie gaan jullie naar de middelbare school. Dan komt er van alles op je af. Dan ben je misschien één van de weinigen in je klas die gelooft. Houd dan vast aan Gods grote verhaal!
[bij Jezus blijven]
Houd vast aan Gods grote verhaal. En dan bedoel ik niet alleen dat je het met je hoofd weet, dat je het zou kunnen navertellen. Maar dat je het gelóóft, en eruit leeft. Dat je het nieuwe leven steeds in je laat stromen, zodat het ook dóór je kan stromen. Blijf verbonden aan Jezus. Want zoals ons Bijbelstukje zegt “Hij is belangrijker dan alles en iedereen”. Houd vast aan de Heer, of beter gezegd: laat je door Hem vasthouden. En dat hebben niet alleen jullie vijf nodig hier vooraan, maar wij allemaal!
Hoe doe je dat dan, aan Hem verbonden blijven, zijn nieuwe leven in je laten stromen? Allereerst door te bidden – door je te richten op Hem. Vertel de Heer maar alles waar je mee zit, vraag om zijn hulp, dank hem voor alles wat goed gaat! Bidden – dat ís verbinding, we gaan er straks nog een mooi gedicht over horen.
Zorg ook dat je steeds dit grote verhaal voor ogen houdt. Kom trouw in de kerk, nu je niet meer naar de kindernevendienst gaat – daar hoor je het! Kom ook naar de catechese, want er is nog veel meer te leren. In geloof ben je nóóit uitgeleerd! Je krijgt allerlei andere verhalen voorgehouden, let maar op. Dat het leven draait om genieten, of om succes, bijvoorbeeld. Maar dit verhaal moet je hebben! Dit is Góds wereld, hoe gescheurd ook, en het draait om Hem en de herschepping. Het draait om Jezus.
En bovenal: leef ernaar. Leef als een nieuw mens, doe niet mee aan wat duister is. Nee, laat licht en liefde door jou heen mogen stromen naar anderen, op wat voor manier dan ook. En val je toch in een scheur, doe je verkeerd, vraag dan vergeving – die is er immers! Maak het goed, en volg weer Gods weg. De weg van Jezus.
Ach, ik zou nog zoveel kunnen zeggen. Je weet niet wat komt het komende jaar. Veel zal nieuw en misschien wel spannend zijn. Maar weet dit: de Heer is erbij. Deze wereld draait dankzij Jezus. Alles draait om Hem. Laat jouw leven, en dat van ons allemaal, dan ook om Hem draaien. Moge Hij ons herscheppen, nieuw maken, van dag tot dag!
Amen