Gemeente van Jezus Christus,
[intro]
Mozes klimt omhoog, de berg Nebo op. Hij stijgt op boven het rumoer van de mensen, boven alle drukte in het tentenkamp van het volk Israël. Jaren lang heeft hij het geleid, maar nu gaat hij alleen. Alleen omhoog, zijn laatste reis, de berg op. Honderdtwintig jaar is Mozes, Bijbelse maximumlengte voor een mensenleven. Toch kan hij de steile tocht bergopwaarts voltooien. Zijn kracht is niet afgenomen, zijn oog is nog helder.
En toch… Mozes mag niet verder. God heeft gezegd: zijn tijd is gekomen. Daar, boven op de berg zal hij sterven. Sterven met uitzicht op het beloofde land, dat wel. Sterven met de HEER direct naast hem, dat ook. Maar toch: sterven. Hijzelf zou nog graag vérder gaan, het volk leiden het beloofde land in. Er is nog zoveel te doen. Maar het mag niet zo zijn. God zegt: Ik bepaal de tijd. Je werk, je taak, daar heb ik al een ander voor aangewezen. Zelfs jij, Mozes, bent niet onmisbaar. Dat ben alleen Ik.
De dood van Mozes, deze geschiedenis staat centraal vanmorgen, op de laatste zondag van het kerkelijk jaar. We denken aan de mensen Lees verder