Gemeente van Christus, hier en thuis meekijkend, en in het bijzonder familieleden van hen die ons dit jaar ontvallen zijn,
[intro: reizen en thuiskomen]
Het is mooi om op reis te gaan. Mooi om andere landen en streken te leren kennen, bijvoorbeeld op vakantie. Je bent even helemaal los van alles wat je hier kan bezetten. Met elke kilometer dat je verder van huis gaat kun je je meer ontspannen voelen. Even je met niets anders bezighouden dan met de reis zelf. Maar… het is ook mooi om weer thuis te komen. Bijvoorbeeld als je in de zomer weg bent geweest, aan het strand hebt gelegen of steden hebt bezocht, en je zit weer in de auto naar huis. Kinderen beginnen de lange autoreis al zat te worden en worden ongedurig. Iemand merkt op: ‘wat zal het lekker zijn om weer in mijn eigen bed te liggen’. Op een gegeven moment kom je bij de grens, en dat geeft al het gevoel: we zijn weer in ons eigen land. Je ziet bekende namen op de richtingborden komen, en dan… dan ziet iemand door het autoraampje de Woerkumse toren, de Mosterdpot. Dan ben je echt zo goed als thuis. Hoe fijn is het dan om de deur open te doen en weer in je vertrouwde woning te zijn! De kinderen kijken of al hun knuffels er nog zijn, en jij pakt de post.
Thuis zijn. Sommigen hebben dat gevoel meer dan anderen, er zijn er zelfs die liever helemaal niet weg gaan. Maar ook als je graag reist: dat is alleen fijn als je een of andere thuisbasis hebt. Altijd onderweg zijn maakt je ontheemd. Denk aan de vluchtelingen momenteel aan de grens bij Polen. Reizen is pas echt fijn als je een thuis hebt om naar terug te keren, een doel om naar op weg te zijn.
[vreemdeling zijn in de Bijbelgedeeltes]
Waarom begin ik hiermee? Wel, omdat Lees verder