Preek ‘uitnodiging voor het feest’, n.a.v. Mattheus 22:1-14

Tags

, ,

Deze preek is gehouden voor de afsluiting van de VakantieBijbelClub.

Antwoorden van de ‘turfpuzzel’ staan onderaan!

Vooraf: Ik heb mijn preek vanmorgen voor de duidelijkheid in 3 punten verdeeld. Dat is omdat het Bijbelstuk wat we lazen, heel mooi uiteenvalt in 3 stukken. 3 punten dus, en dit zijn ze:
– als eerste: een absurde afwijzing
– als tweede: de grote uitnodiging
– en als derde: een gast die niet past
(herhaal). Voor de kinderen die de opdracht doen uit lit.boekje: begint nú

Gemeente van Jezus Christus, jongens en meisjes, ouderen thuis, iedereen

[PUNT 1: een absurde afwijzing]
[inleiding]
Het is maar een raar verhaal dat we vanmorgen uit de Bijbel lazen. Vinden jullie ook niet? Stel je voor, je krijgt een uitnodiging voor een geweldig feest. Een feest bij een koning maar liefst! Ik zou daar superblij en opgewonden over zijn, en er naar uitkijken. Jij toch ook, denk ik? Maar wat doen die rare mensen in het verhaal? Ze willen niet komen! De koning laat ze nog een keer uitnodigen door zijn knechten, maar ze laten die knechten gewoon staan. Ze verzinnen smoesjes dat ze niet kunnen. En het wordt zelfs nog gekker. Sommige mensen zeggen: ‘wat nou, uitnodiging?’ en ze geven de boodschappers zó een mep [gebaar]. Ja, er zijn er zelfs die ze vermoorden! Wat een raar verhaal.
De koning wordt boos – dat vind ik dan weer niet zo raar… Hij stuurt soldaten om die moordenaars ter dood te brengen. Nou, zo is de feeststemming wel aardig verdwenen! En dan laat hij zomaar willekeurige mensen van de straat halen om op het feest te komen. Wonderlijk. En tenslotte zegt het verhaal nog dat er iemand zonder feestkleren op het feest is en dat die eruit wordt gegooid. Ja, geen wonder toch dat je geen mooie kleren aanhebt als je zo van de straat bent geplukt? Wat is dit allemaal?
Dit is echt een verhaal waar van alles niet klopt. En toch vertelt Jezus het. Terwijl je luistert voel je het misschien al: hier moet een diepere betekenis in zitten! Die diepere betekenis gaan we vanmorgen proberen te zoeken.
[Jezus afgewezen]
Het eerste rare in het verhaal is wel dat niemand van de gasten op de uitnodiging van de koning ingaat. Een absurde afwijzing. Als je kijkt wanneer Jezus dit zegt, en tegen wie, dan kun beter begrijpen hoe dat zit. Jezus vertelt dit verhaal in de tempel in Jeruzalem, tegen de Joodse leiders van toen. Die leiders geloven niet in Jezus, ze wíllen niet in Hem geloven. Dit verhaal gaat voor een deel over hen. Jezus heeft de mensen in Israël als het ware de uitnodiging gebracht van God, de grote koning: kom naar het feest! Maar de Joodse leiders doen net als de mensen in het verhaal. Ze doen niets met de uitnodiging. Sterker nog, ze hebben een hekel aan Jezus. Een week nadat Jezus dit verhaal vertelt, is hij dood. Uitgeleverd door de leiders, gekruisigd door de Romeinen… Vermoord. En trouwens, dit was niet de eerste uitnodiging. God had eerder al profeten gestuurd. Met veel van die boodschappers liep het slecht af. Gods uitnodiging werd maar al te vaak afgewezen.
[wat ze mislopen]
Maar wat is het toch vreemd, dat afwijzen van de uitnodiging! Ik zei al, jij zou toch vast wél willen komen als een koning je uitnodigt op zijn feest? En wie nodigt er híer uit? Het is de grote koning. Het is God, die alles heeft gemaakt. Hij vraagt of je op zijn feest komt. Je hoeft alleen maar de uitnodiging de accepteren. Gods grote feest, daar staat de Bijbel vol van. Eéns zal God alles goed maken op de wereld, als Jezus terugkomt, en dan begint zijn feest. Daar zal blijdschap zijn, zóveel, zó groot, dat kunnen we ons niet eens voorstellen. Dat zal zó mooi zijn. En wat een wonder: daar nodigt Hij mensen voor uit. Als eerste zijn volk Israël, maar ook jou en mij – daar kom ik zo op. Wat raar is het dan als je die uitnodiging niet aanneemt, niet wilt horen! Toch gebeurde dat in Jezus’ tijd. Toch gebeurt het, ook in onze tijd. Dat mensen denken: laat maar praten. ‘De een gaat naar zijn land, de ander naar zijn winkel’ zegt het verhaal. Dat zal ons toch niet overkomen, hoop ik? Volwassenen hier in de kerk, dat zal u toch niet overkomen? Zouden werk en dagelijkse drukte voor ons ook belangrijker kunnen zijn dan het vooruitzicht op Gods grote feest?

[PUNT 2: de grote uitnodiging]
[verhaal gaat verder]
Maar dan punt twee: de grote uitnodiging. Het verhaal gaat verder. De uitgenodigde mensen komen dus niet. De koning word kwaad en laat hun stad verwoesten – weer zo’n vreemd iets in dit verhaal. De koning was toch bezig een feest te organiseren, hoe komt daar nu ineens een strafexpeditie tussendoor? We moeten hier waarschijnlijk denken aan de verwoesting van Jeruzalem, de stad van de Joodse leiders. In het jaar 70 is die stad inderdaad verwoest en verbrand, vreselijk!
Maar is daarmee het verhaal uit? Gelukkig niet! Nu komt het tweede deel. Na de absurde afwijzing komt de grote uitnodiging. Gods verhaal gaat vérder. Hij wil toch zijn feest houden met een zaal vol gasten, het feest van zijn zoon – dat is Jezus. En wat doet de koning dan? Hij stuurt zijn knechten er weer op uit. Hij zeg tegen ze: ga het land in, en nodig iedereen uit die je tegenkomt! Iedereen, wie dan ook, uit welk volk dan ook. Rijk en arm, goed en slecht. Hier zie je iets van hoe de koning is, hoe God is. Hij kan streng zijn, zeker. Maar liever geeft hij een feest, heet hij mensen welkom. Hij wil dat zijn goedheid en grootheid blijkt uit een zaal vol mensen. Als dan de eerste gasten niet willen, nodigt hij breder uit: iedereen die maar wil!
[de uitnodiging]
Deze uitnodiging is voor iedereen. En dat is het mooie. Deze uitnodiging is ook voor jou en voor u. De Hemelse koning roept je: wil jij straks ook op mijn feest komen, als ik alles nieuw maak? Je mag komen! Hij stuurt knechten om de mensen uit te nodigen. Ik ben vandaag ook zo’n knecht. Een dominee is iemand die uitnodigingen rondbrengt van de grote koning. Ik mag het je vertellen: je bent welkom op Gods feest. Wie je ook bent. Of je nu arm bent of rijk, jong of oud, goed of slecht. Als je de uitnodiging aanneemt, mag je eenmaal op zijn feest komen.
De vraag is wel: neem je zijn uitnodiging aan? Het kan ook zijn dat je zegt: ik heb niks met God. Of dat je denkt: ja, mooi. Maar ik vind andere dingen veel belangrijker, ik ga me over God en zijn uitnodiging niet druk maken. Maar dan… dan beledig je de koning! Stel je voor dat je dat bij koning Willem-Alexander zou doen. En God.. God is nog véél hoger. Hij verdient ons respect, onze eerbied. Alleen daarom kun je zijn uitnodiging niet zomaar naast je neerleggen.
En trouwens, het is toch geweldig: uitgenodigd worden voor Gods feest dat komt! Zou je daar niet blij van worden? Vol ontzag en blijheid mag je ‘ja’ zeggen op zijn uitnodiging. Zijn uitnodiging voor iedereen.
[oproep]
Dus kom! Neem de uitnodiging aan. Jij en u die nu luistert! Hoe je dat doet? Heel eenvoudig. Door allereerst te geloven dat God je uitnodigt. En ik mag je vertellen: het is echt zo! En vervolgens: zeg dan maar in je hart: ‘ja Heer, ik wil bij U horen. Ik wil graag straks op uw feest komen’. Zeg het maar in je hart als je dat nog nooit deed. Of straks thuis, als je bidt op een stille plek. ‘Heer, ik dank u voor uw uitnodiging! Ik neem hem aan, dank U wel’. En dat geldt ook voor de grote mensen. Heb je de Heer al eens echt gedankt voor zijn uitnodiging, ook aan jou? Is die belangrijker voor je dan werk en winkel en wat dat ook? Laat God niet praten, maar neem de uitnodiging aan en begin met je klaar te maken voor zijn grote feest!

[PUNT 3: een gast die niet past]
[geloof is geen ‘ticket’]
En zo komen we bij het derde punt: een gast die niet past. Want ik zei net niet voor niets: begin met je klaar te maken voor zijn grote feest! Daar gaat het laatste stuk van het verhaal over. Gods uitnodiging is gratis, en voor iedereen. Het is een vrijkaartje, zou je kunnen zeggen. Maar het is geen vrijbrief om zomaar alles te doen wat je wilt. Wie op het feest wil komen, mag de uitnodiging aannemen – dat is het eerste; maar die moet zich er ook klaar voor gaan maken – dat is het tweede.
Daarover gaat dus het slot van Jezus’ verhaal. Mensen van overal komen naar het feest, de zaal raakt vol. Dan komt ook de koning zelf kijken. Hij ziet een man die geen feestelijke kleren draagt. En dat vindt de koning niet leuk, hij spreekt de man er op aan. De man wordt er zelfs uitgegooid! Wat is dat nu? Nou… Stel je het maar heel eenvoudig voor. Ik denk dat jij het ook niet leuk zou vinden als je een feest zou geven voor je verjaardag, je hebt er moeite in gestoken, taart gehaald, alles versierd…. Dan komen de gasten, iedereen heeft wat leuks aangetrokken, en één vriend komt gewoon in de kleren waar hij die middag mee gevoetbald heeft, vol zweet en vieze vegen, en zonder cadeau. Dan denk je toch ook: kon je niet éven douchen en omkleden? Als je zo naar een feest komt, heb je geen respect voor wie het feest geeft!
Zó is het ook in het verhaal. Ergens wringt het – in het verhaal mensen worden van overal opgepikt, en die hebben dus niet altijd de kans gehad om zich om te kleden, lijkt mij. Maar daar lijkt Jezus zich niet druk over te maken. Hij wil een punt maken. En dat punt is dus dit: kom je naar Gods feest, dan moet je je daar zo goed mogelijk klaar voor maken, uit respect voor God. Jezelf als het ware ‘mooi maken’ voor Hem – al klinkt dat misschien een beetje raar.
Ik bedoel dit: hoe ziet de Here God je graag? Dan gaat het niet om wat je aanhebt, dat is de buitenkant. Maar het maakt Hem wel uit hoe je van binnen bent, en wat je daarom van buiten doet… Het gaat erom dat je leeft zoals God het graag ziet. Dat je van binnen bent zoals past bij een kind van God. Eerlijk en trouw, bescheiden en vol liefde. En dat je daden, je buitenkant daarbij past: dat je eerlijk doet, dat je trouw bent aan vrienden, dat je anderen respecteert en God bovenal, dat je mensen helpt en niet pest … En ga zo maar door. Als je zo doet en bent, dán heb je zogezegd jezelf goed gekleed voor Gods grote feest; zo straal je voor Hem. Het staat juist zo in het laatste Bijbelboek “De stralend witte kleren zijn de goede daden van de christenen” (Openb. 19:8)
Neem je Gods uitnodiging aan, dan mag, dan moet je je klaarmaken voor dat feest. Je beste kleren aantrekken, zogezegd. Anders pas je er niet, anders kún je daar niet zijn. Dan word je er alsnog geweigerd – als je Gods genadige vrijkaartje verwarde met een vrijbrief om lekker je eigen zin te doen. Dat kán niet!
En mocht nu iemand denken: ja maar… ben ik ooit mooi genoeg, ooit goed genoeg om welkom te zijn bij God? Weet dan dit: Jezus zelf wil je helemaal nieuw en schoon maken. Hij wil je een nieuw wit gewaad aantrekken! Hij wast elke vlek weg van wie Hem er eerbiedig om vraagt. Hij maakt je mooi van binnen, als je in Hem gelooft! Daar mag je om vragen, en daar mag je op vertrouwen. Als je maar probeert om voor de Heer te leven.

[SLOT]
Zo… Best een ingewikkeld verhaal vandaag, hè? Maar wel een mooi verhaal, van Jezus zelf. Onthoud dit maar: God, de grote koning, nodigt jou uit bij Hem! Je bent welkom op zijn grote feest! Hij verdient al ons respect én al onze dankbaarheid.
En wát geweldig dat hij ons erbij wil hebben, zomaar, op Zijn feest. Kom je ook? En trek je je mooiste kleren alvast aan?

Amen

Uitkomsten ‘turfpuzzel’ voor tijdens de preek:
– feest 34
– uitnodigen/ing 31
– verjaardag 1
– ventieldopje 0
– taart 1
– smoesjes 1
– liefde 1
– boos 1
– jezus 16

Preek ‘vertrek en terugkomst’, Hemelvaart 2023

Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

[Hemelvaart = vertrek]
Hemelvaartsdag is het vandaag. Het herdenken van de dag dat Jezus vertrok bij zijn leerlingen, dat hij wegging van deze aarde. Hemelvaart is allereerst vertrekdag van de Heer!
In gedachten zie ik een menigte mensen op de kade in Rotterdam in de jaren vijftig. Daar vertrokken toen de grote schepen vol landverhuizers, Mensen die bijvoorbeeld gingen emigreren naar Canada of Nieuw-Zeeland. Anders dan tegenwoordig, reisde je niet makkelijk van Nederland naar Nieuw-Zeeland of terug. Dus als iemand emigreerde, nam de familie afscheid met het besef dat ze die zoon of neef en zijn gezin wellicht nooit meer terug zouden zien. Afscheid voor onbepaalde tijd. Zij gingen een nieuw leven beginnen, kregen het hopelijk goed, en de anderen bleven achter in Europa, in het oude leven. Was het bij de hemelvaart van Jezus net zo iets? Hij naar de hemelse heerlijkheid, en zijn volgelingen bleven achter in het oude aardse land.
Daar in Rotterdam ging dan op een gegeven moment de scheepshoorn. De loopplanken werden ingetrokken, de motor aangezet. Langzaam voer het schip af en langzaam verdween het in de verte. Meisjes op de kant zwaaiden met zakdoekjes ten afscheid. Uiteindelijk staarden er nog wat mensen naar een stip op de horizon, tot ook die verdween. Stonden zo ook Jezus’ leerlingen naar de lucht te kijken? Een afscheid voor onbepaalde tijd… Weemoedig zullen ze zijn teruggegaan naar Jeruzalem, net als de familie van een emigrant destijds de trein naar huis nam. Hopelijk heeft hij het goed daar, zegt iemand. Ja, maar je wilt hem niet missen, zegt een ander. Er is een leegte gekomen – ook toen bij Jezus’ leerlingen.

[uitzien naar terugkomst]
Echter, toen de leerlingen daar op de Olijfberg Jezus nastaarden, gebeurde er iets. Iets wat vast niet gebeurde aan de kade in Rotterdam. Lees verder

Preek ‘tegenstand hoort erbij’ n.a.v. 1 Thess. 3:3-5

Tags

, , , ,

Uit de Bijbel is gelezen: Handelingen 17:1-15 en 1 Thessalonicenzen 2:14-3:8

Gemeente van Jezus Christus,

[de historische situatie]
wat moeten dat benauwde momenten zijn geweest voor de christenen in Thessalonica! Ik bedoel die gebeurtenissen waar we over lazen in Handelingen 17. Terwijl je als gemeente bij elkaar bent bij iemand in huis, hoor je verward rumoer in de straat. Er komt een boze menigte mensen aan die schreeuwend voor het huis blijft staan waar jij bent. ‘Waar is die Paulus?’ En dat niet alleen, ze dringen zelfs het huis binnen. Misschien hebben ze de deur wel geforceerd – stel je voor dat jij daar binnen was! Een stel woestelingen stampt naar binnen. Gelukkig is Paulus niet aanwezig. Maar ze pakken wel Jason, de eigenaar van het huis en slepen hem mee naar buiten, met nog een paar gelovigen. Je zou toch doodsangsten uitstaan! En daar gaat het naar de stadsbestuurders. Zware beschuldigingen klinken: ‘ordeverstoorders! ze erkennen de Keizer niet maar ene Jezus’. Ai! Opstand en ordeverstoring kunnen de strengste straffen opleveren… Maar het loopt nog met een sisser af. Uiteindelijk worden Jason en de andere op borgtocht vrijgelaten. Diezelfde nacht nog worden Paulus en Silas door de gelovigen de stad uitgestuurd. Hier zijn ze niet veilig.
Maar… zijn de gelovigen in Thessalonica zélf wel veilig? Lees verder

Preek 1 Thessalonicensen 2 ‘leren door voorbeelden’

Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

[intro]
Lessen volgen op school. Voor sommige mensen hier is dat heel lang geleden, maar anderen mensen hier zijn er druk mee bezig – al heb je dan waarschijnlijk nu net meivakantie gekregen. Lessen volgen op school. De ene heeft of had er een hekel aan, de ander doet het met veel plezier. Dat ligt eraan wat voor soort mens je bent, en het ligt er ook aan wat voor soort lessen je krijgt. De een wil graag dingen weten. Hij of zij houdt van boeken en feitjes, doet graag kennis op over van alles en nog wat. Ik ben zelf zo iemand: lekker met je hoofd bezig zijn, weten om het weten, al heb je er niet direct iets aan. Doe mij maar een boek!
Andere mensen zijn veel meer van de praktijk. Lekker iets maken, leren hoe je iets doet. Het moet wel nut hebben! Een praktisch ingestelde jongere denkt: houd toch op met al die boekenwijsheid, wat heb je eraan in het echte leven! misschien ben jij, of bent u wel zo iemand.
Op school leer je verschillende dingen. Dingen die je moet weten en dingen die je moet kunnen. Dingen om te weten kun je uit een boek leren. Maar dingen om te kúnnen leer je op een andere manier. Die moet je doen! Zo moesten mijn zoons deze week iets bakken voor een high tea. Ze hadden een recept, maar dan kun je het nog niet. Nee, je moet eerst zien hoe het gaat, dan het proberen met een beetje hulp, en uiteindelijk kun je het zelf.
Weetdingen, en doe-dingen – een groot verschil. Maar nu een vraag: hoe zit dat met geloof? Is dat een weetding, of een doe-ding? Lees verder

Preek 1 Thessalonicenzen 1:5 ‘niet in woorden alleen, maar in kracht’

Tags

, , ,

Uit de BIjbel is gelezen: Handelingen 17:1-4 en 1 Thess. 1

Gemeente van Jezus Christus,

[intro: ervaringen van hoorders]
Ik denk dat bijna niemand hier vandaag voor het eerst in de kerk is, dus we hebben allemaal wel wat ervaring met het horen van preken, met het meemaken van kerkdiensten. Soms doet het je helemaal niks. Dat je hier in de kerk zit als jongere, of als oudere, en je kijkt eens op je horloge hoe laat het al is. Je probeert echt wel te luisteren, maar je krijgt geen connectie met wat je hoort. Alsof er woorden, woorden en nog meer woorden over je worden uitgegoten die je alleen maar versuffen. Je kijkt om je heen je ziet hoe ook andere mensen moeite hebben om wakker te blijven… Zo gaat het misschien wel vaker dan je lief is.
Maar soms… soms gaat het ook anders. Je wordt gegrepen door wat je hoort, je vergeet de tijd en het is alsof het over je eigen leven gaat. Je hoort geen saaie of fraai verhaal, nee, je hoort Gods boodschap voor jou! Af en toe is er zelfs een preek die iemand zich jaren later nog kan herinneren – er zijn vast mensen hier die daarvan kunnen meepraten.
Waarom luisteren we eigenlijk elke week naar een preek? Omdat we hopen Gods woord te horen. Omdat we gelóven dat Gods woord hier te horen is, telkens weer. Omdat je hopelijk soms merkt dat de Heer je aanspreekt. En tegelijk is dat een heel ongrijpbaar iets, niet te organiseren. Een ontzaglijk iets ook voor mij als prediker: ik word geacht zo te praten vanmorgen, en elke week, dat jullie woorden van God horen!
Ik wil vanmorgen stilstaan bij woorden uit de eerste brief van Paulus aan de christenen in Thessalonica, hoofdstuk een vers 5. [lees voor uit Bijbel: “onze verkondiging aan u overtuigde niet alleen door onze woorden maar ook door de overweldigende kracht van de Heilige Geest”]. Dat gaat precies over deze dingen waar ik mee begon. Lees verder

Preek Pasen 2023: ‘Pasen – een open einde’

Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

[Pasen geen happy end]
u of jij kent vast wel boeken of films met een ‘happy end’, zoals dat heet. Dat het goed afloopt, soms tegen alle verwachtingen in. De Harry Potter-boeken. Of de ‘Drie musketiers’. Of… nou ja, je kunt er duizenden verzinnen. Het werkt nu eenmaal goed, om een verhaal zo op te zetten: een hoofdpersoon krijgt met allerlei problemen te maken – vijanden, gevaren, wat niet al. Er komen verwikkelingen, alles lijkt zelfs fout te gaan, maar aan het einde komt het tóch goed allemaal, soms op een bijna ongelooflijke manier. Wij mensen, we houden van een gelukkig einde. Dat geeft een goed gevoel, en tevreden doe je het boek dicht of de film uit. Daarom eindigen streekromans altijd zo, dat ze ‘elkaar krijgen’. Daarom gaan werkelijk álle Disneyfilms op die manier, ze hebben ze een happy end. Alles komt goed, “ze leefden nog lang en gelukkig”.
Nu is het vandaag Pasen. Is dat nu het happy end van de lijdensgeschiedenis van Jezus? Het lijkt er wel op. Onze Heer is de held op een missie. Wat heeft Hij niet allerlei vijanden en lijden ontmoet. Wat leek de duistere kant het te winnen! Jezus werd gevangen, gemarteld, gedood… Maar dan nu, met Pasen, de ontknoping. Tóch leeft Jezus, overwint Hij. Zijn missie is geslaagd: de zonde dragen, de dood overwinnen. Het is tóch gelukt. Het loopt goed af! Ja, dan is Pasen, deze dag vandaag, een dag om blij te zijn, om de overwinning te vieren, om te juichen.
Echter… ik denk niet dat we Pasen moeten zien als het ‘happy end’ van het evangelie. Niet zomaar de goede afloop van het levensverhaal van de Heer. Als dat zo zou zijn, konden we nu tevreden het boek dicht doen. Zo, het is uit, en gelukkig liep het goed af! En dan ga je zo weer verder met je leven. Maar dát is nu net niet de bedoeling! Lees verder

Preek Goede Vrijdag 2023 ‘zichzelf kan Hij niet redden’

Tags

, ,

Uit de Bijbel is gelezen: Markus 15:20-39

Gemeente van Jezus Christus,

[intro]
wij in Nederland zijn niet gewend om mensen te zien die lijden en pijn hebben. Er liggen hier geen zieke bedelaars te sterven langs de weg, zoals soms in India. Mensen die lijden door ziekte of aandoeningen zijn aan het zicht onttrokken in ziekenhuis of andere instellingen. Er zijn en er gebeuren in ons land zeker akelige dingen, maar altijd achter gesloten deuren, achteraf.
Wij zijn niet gewend aan geweld of pijniging, en gelukkig maar! Maar dat was vroeger wel anders. Toen waren er openbare executies op de pleinen van de steden en werden er mensen geradbraakt. En dat niet ergens achteraf, nee, hele mensenmassa’s kwamen ernaar kijken. Een onthoofding als attractie, een ketterverbranding als begin van een feestdag. Wat moet dat met de mensen gedaan hebben? Wat doet het met een mens, als je bij de stadspoort dagelijks langs de afgehakte hoofden van geëxecuteerde misdadigers wandelt? Openbare terechtstellingen waren bedoeld als afschrikwekkend voorbeeld, zo van: dit komt ervan als je het slechte pad op gaat. Maar heeft het geholpen? Of heeft het vooral de mensen verhard en afgestompt?
Nu is het goede vrijdag. En wij, mensen uit het zo geciviliseerde Nederland, worden meegenomen naar een openbare executie. Naar de kruisiging van Jezus. Net buiten de stadspoort in Jeruzalem is het, op een plek waar veel mensen langslopen. Afschrikwekkend voorbeeld: dit komt ervan als je het gezag tart! ‘Koning van de Joden’, staat er spottend op het bordje boven Jezus’ hoofd.

[ontluisterend lijden]
Hoe kijken wij naar dit tafereel? Voor ons, westerse mensen, zal het Lees verder

Overdenking Witte Donderdag 2023 ‘het bloed van het verbond’

Tags

, , , ,

Uit de Bijbel is gelezen: Exodus 24:3-9 en Markus 14:22:26.

Gemeente van Jezus Christus,

[verbondssluiting met bloed toen]
Daar sta je dan! Samen met heel je gezin, al je bekenden, met heel het volk van Israël. Met schoongewassen kleren, want dat was de opdracht. Onderaan de berg Sinai sta je, middenin de woestijn. En wat gaat er nu gebeuren? Mozes, de leider, heeft een grote schaal vast, en een grote kwast. In de schaal zit bloed. Je hebt het zelf gezien, hoe er net een paar stieren zijn geslacht, hoe het bloed is opgevangen in grote schalen. Op de achtergrond stijgt de rook nog op van het altaar, en je ruikt de doordringende geur van het offer.
Dit is een plechtig moment. De Heer, de God die jou en heel je volk uit Egypte heeft bevrijd, sluit vandaag een verbond met jou en de anderen. Hij zal je God zijn, en jullie zijn volk. En kijk, wat gebeurt er nu? Mozes pakt de kwast. Hij doopt hem in de schaal. En dan sprenkelt hij zó dat bloed over de mensen heen. Over jou, over je kinderen, over iedereen. Je pasgewassen kleren krijgen rode spetters erop. Er zit zelfs bloed op je gezicht. Wat is dit? ‘Dit,’ zegt Mozes, ‘is het bloed van het verbond, dat de Heer met u gesloten heeft’.
Een moment om nooit te vergeten! Hier gebéurt iets, iets heel belangrijks, zelfs de kinderen voelen het aan. Nu ben je aan de Heer verbonden. Aan die grote God, die je heeft bevrijd uit Egypte. Hij heeft zijn regels gegeven – iedereen heeft ze gehoord en er mee ingestemd. Hij heeft zijn zegen beloofd, hij leidt je naar het beloofde land. En jij – hoort – bij – Hem. Zowaar er bloedspetters op je kleren zitten. Zowaar er offerbloed heeft gevloeid. Voor altijd de zijne! Wat een voorrecht. Wat een verantwoordelijkheid ook. Hier begint iets nieuws: een volk, helemaal voor de Heer!

[link met HA nu]
Daar zit je dan! Als leerling van Jezus, aan tafel toen bij die laatste Pesachmaaltijd met hem. Daar zit je dan, als leerling van Jezus straks aan het Heilig Avondmaal hier! En wat gebeurt er? Jezus reikt je een beker aan. Een beker bloedrode wijn, en Hij zegt erbij: ‘dit is mijn bloed, het bloed van het nieuwe verbond’. Een beker bloed, dat is een aangrijpend symbool! Gelukkig is het wijn. Maar tegelijk toch: Jezus’ bloed. Wat is dit? ‘Dit,’ zegt de Heer, ‘is het bloed van het nieuwe verbond, dat voor velen vergoten wordt’.
Een moment om nooit te vergeten, toen aan die tafel bij Jezus. En het ís ook niet vergeten. Alle eeuwen door hebben de volgelingen van Jezus de beker doorgegeven, eruit gedronken. Want hier gebéurt iets, er gebeurde iets, iets heel belangrijks. Jezus’ bloed maakt een nieuw verbond. De beker bloed, de beker wijn, zegt het, net als het bloed toen bij de berg: jij – hoort – bij – de – Heer! God heeft je uitgekozen. Hij leidt je naar het beloofde land. Er begint iets nieuws: een volk van God, uit alle volken verzameld, om voor Hem te leven. En zo waar je de wijn proeft, jij hoort erbij! Wat een voorrecht, wat een verantwoordelijkheid!

Toen bij de berg werden offers gebracht. Maar eens, op Golgotha, werd een offer gebracht, nog veel groter. Jezus offert zichzelf op voor ons. Om de zonden te verzoenen, om een volk te verzamelen, om een nieuw begin te geven. Zíjn bloed bezegelt een nieuw verbond, voor alle volken. Iedereen die Gods beloftes en Gods gebonden hoort en ermee instemt, wordt aan God verbonden. Doordat Jezus’ bloed vloeide voor ons.
Nee, wij drinken geen bloed. Nee, wij krijgen geen spetters op ons witte overhemd. Maar bloed, dat wil in de Bijbel zeggen: leven. Hij, de Heer, gaf zijn leven. Wij ontvangen zijn leven, mogen het indrinken met de wijn. Altijd weer, met talloze gelovigen wereldwijd vanavond. Jezus gaf ons het Avondmaal. Hij geeft ons zichzelf. Hij maakt ons aan God verbonden.

Amen

Preek ‘dienen als Hij’ – bevestiging diaken

Tags

, , ,

Uit de Bijbel is gelezen: Markus 15:1-20 en Filippenzen 2:1-11

Gemeente van Jezus Christus,

[intro]
Ik kan er kwaad van worden, wat gebeurt! Als je op je in laat werken hoe het proces van Jezus bij Pilatus in zijn werk is gegaan. Zo compleet oneerlijk, zo helemaal los van alles wat recht mag heten. Daar komen de Joodse leiders in een opgewonden troep, met Jezus geboeid in hun midden. Voor hen staat het al vast: die man moet dood. Niet omdat hij kwaad deed, maar omdat hij hen ergert. Nu hebben ze alleen nog de handtekening van Pilatus nodig, de Romeinse gouverneur. Alleen hij mag een doodvonnis uitspreken.
De Joodse leiders zijn fanatiek, Pilatus lijkt nonchalant. Hij doet geen onderzoek naar recht en onrecht, hij kijkt simpelweg wat praktisch handig is. Willen de mensen dat Barabbas wordt vrijgelaten? Vooruit dan maar – al is het dan een moordenaar. Willen de leiders en het volk dat deze zwijgende man wordt gekruisigd? Vooruit dan maar – al is hij totaal onschuldig. Dit is toch ongelooflijk, hoe er hier met mensenlevens wordt omgegaan! Hoe de rechter geen recht doet. Ik kan er kwaad van worden. Maar Jezus zwijgt.
En dan de mishandeling en vernedering, compleet zinloos. Jezus wordt gegeseld – een akelige Romeinse marteling, waarbij je hele rug kapot wordt geslagen met een scherpe zweep. Hij wordt uitgedost als een spotkoning, met een purperen mantel en een kroon van doorntakken. ‘Avé, Jodenkoning!’ roepen de soldaten en ze buigen voor hem. En meteen daarna: een harde klap op de doornenkroon, zodat het bloed over zijn gezicht loopt. Spuugklodders vliegen naar hem toe. De soldaten hebben de grootste lol. Ik zou willen roepen: kun je wel, tegen zo’n weerloze gevangene! Is dat nu eerlijk? Maar de soldaten lachen, en Jezus zwijgt.

[weerstand tegen de oproep: wees zó gezind…]
Ja, zo tekent het evangelie ons Jezus, onze Heer, als hij voor Pilatus staat. Een akelig tafereel. En opvallend: Lees verder

Preek Markus 14:43-65

Tags

, ,

Gemeente van Jezus Christus,

[duisternis toen]
Het is een duister Bijbelgedeelte dat we samen lazen. De gevangenneming en het verhoor van Jezus. Letterlijk duister, en figuurlijk net zo goed. Het is goed denk ik, om het hele gebeuren eerst maar gewoon eens te Laten doordringen. On het vóór je te zien. Om te voelen hóe donker dit alles is. Hoe de nacht zwart is, juist op dit moment.
Probeer er in gedachten eens bij te zijn. Het is nacht, en veel verlichting was er destijds niet. Jezus is in een donkere tuin met zijn leerlingen. In gebed heeft hij geworsteld met wat komt. En kijk, daar komt het al! Fakkels met gelig licht naderen door de nacht. Een ongeordende troep mensen met zwaarden en knuppels komt aanstampen. Judas gaat voorop, de verrader. Met een onschuldig gezicht komt hij naar Jezus toe en kust hem. Op dat teken wordt Jezus vastgegrepen en afgevoerd. Wat een duister verraad! En Jezus’ leerlingen? Ze gaan er vandoor, allemaal! Hij is alleen tussen zijn vijanden.
Vervolgens komt Jezus terecht in een onordelijke vergadering van de Sanhedrin, de Joodse rechtbank. Midden in de nacht zijn ze samengekomen, in hun haast om kwaad te doen. We gaan een schemerige zaal in, verlicht met flakkerende olielampen die rare schaduwen werpen. Daar staat Jezus, gevangen en gebonden. Alle regels van het recht worden met voeten getreden in deze nachtelijke hoorzitting. De uitkomst staat allang vast: Jezus moet veroordeeld, moet dood. Deze vreemde prediker bedreigt de gevestigde belangen, en dat mag niet. Onbeschaamd worden valse getuigen gebruikt. Wat een duisternis, ook figuurlijk! Het begint met botte berekening, het wordt aangevuld met pure haat. Jezus, geboeid en gebonden, wordt bespuugd. Hij wordt geblinddoekt en in het gezicht geslagen. Ze drijven de spot met hem als profeet. Alle kwaadaardigheid komt los. Een weerloos mens wordt afgetuigd en vernederd, en iedereen doet mee. En daarna? Jezus wordt afgevoerd om gedood te worden. Ook weer afgehandeld.
Werkelijk, wat een duisternis! In deze nacht heeft het kwaad zwaar de overhand. Wie goed wil, is allang gevlucht of staat machteloos. Jezus zelf zwijgt, waar verdedigen zinloos is. Een akelig tafereel, en tegelijk maar al te reëel. Al te voorstelbaar, dat zulke dingen gebeuren.

[duisternis nu]
Dergelijke dingen gebeuren nu ook. In onze Lees verder