Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

I: IS ER NOG TOEKOMST?
[intro: Banksy]
we zien hier een kunstwerk van de Engelse kunstenaar Banksy.

no-future

(Even stil). Op een oude muur stond met graffiti de tekst ‘no future’ – geen toekomst. Het is een kreet uit de Engelse punkbeweging ‘no future’. Maar Banksy heeft er iets aan toegevoegd. Van de ‘o’ heeft hij met een paar simpele lijnen een ballon gemaakt die wordt vastgehouden door een meisje. Speels effect… en tegelijkertijd ziet dat meisje er niet uit alsof ze heel gelukkig is. Wil de kunstenaar de tekst van de deprimerende graffiti ontkrachten, of versterkte hij met zijn toevoeging juist de indringende werking?
‘No future’ – geen toekomst. Ik zei al, een kreet uit de Engelse punkbeweging van de jaren 80. De werkloosheid was torenhoog, er was een groot gebrek aan betaalbare woonruimte, en daarbij kwam nog dat het de Koude Oorlog was – dreiging van atoombommen die heel Londen in een keer van de kaart konden vegen. Jongeren zagen geen toekomst, ‘no future’. In dat klimaat ontstond de punkscene, met hanenkammen, leren armbanden met spikes en hoodies als deze.

sweat-a-capuche-zipper

Wat doet het met je, als je met zo’n tekst op je lijf loopt, of als je anderen met zo’n tekst ziet lopen?

[de vraag nu]
Met dit plaatje wil ik vanmorgen beginnen. Het brengt me bij het eerste punt van de preek vanmorgen. Is er nog toekomst? Juist zo’n plaatje als we nu weer zien maakt het indringend: is er een toekomst voor de kinderen? Voor mijn kinderen, voor uw kleinkinderen?
Er is genoeg dat zorgen kan baren. Ook nu is er woningnood. Daarbij in onze tijd geen werkloosheid, maar wel grote vergrijzing. En waar ze in de jaren ’80 aan atoombommen dachten: Poetin heeft nog steeds zo’n rode knop op zijn bureau staan… Ik hoor oudere mensen wel eens zeggen “in wat voor wereld moeten mijn kleinkinderen opgroeien?” Als je jonger bent, til je er meestal minder zwaar aan – gelukkig maar! Maar er is inderdaad genoeg dat je vraagtekens kan laten zetten bij de toekomst. Denk aan onvrede en wantrouwen in de maatschappij, en daardoor de opkomst van steeds rechtsere partijen in heel Europa. Denk ook aan klimaatverandering, waardoor er alleen maar meer vluchtelingen onze kant op zullen komen. Zeespiegelstijging, overbevolking en oorlog. Is er nog toekomst voor komende generaties?

[de vraag toen en Jeremia’s/Gods antwoord]
Dit is niet alleen een vraag voor nu. Ook in Israël in de tijd van Jeremia speelde deze vraag. Het kleine Joodse land lag ingeklemd tussen de supermachten van toen, Egypte en Babylon. Dreigend hing hun schaduw over het beloofde land. Daarbij ging er in het land veel niet goed. Een rijke bovenlaag had een lekker leven, maar de arme massa had het vaak moeilijk. Mensen vroegen zich ook toen vast soms af: is er toekomst voor mijn kinderen?
En dan komt de profeet Jeremia met een schokkende boodschap. Niet door hemzelf bedacht, maar namens God. Zijn boodschap is botweg: nee! Nee, er is geen toekomst voor jullie. Het land zal worden veroverd, platgebrand, velen zullen sterven en de rest wordt in ballingschap gevoerd. ‘No future’. Jeremia moet het niet alleen aankondigen, Hij is zelf ook een levend voorbeeld. Hij mag niet trouwen en geen kinderen krijgen – want er is geen toekomst voor de kinderen in het land. Hij mag van God niet naar feesten gaan, want ieder feestgedruis in Israël zal verstommen. Hij mag zelfs niet naar een begrafenis gaan, want velen zullen sneuvelen en nooit netjes begraven worden. Jeremia wordt een wereldvreemde eenling, iemand die buiten de maatschappij valt. Iemand die met zijn gedrag Gods oordeelsboodschap doorgeeft, elke dag weer. Wat hij er zelf van vindt wordt niet gevraagd – misschien was hij graag getrouwd en vader geworden… Misschien wilde hij best eens vrolijk zijn. Maar nee!
Ik vroeg me af hoe Jeremia er vandaag de dag zou uitzien…

_cdaa48c6-0da4-4e9d-81cc-e4e68d645473

Misschien zou hij wel zo’n hoodie aantrekken met ‘no future’. Geen degelijke dorpsdominee, maar een punkprofeet. Iemand die namens God Zelf aankondigt: “ik ontneem dit volk mijn vriendschap, liefde en erbarmen” vers 5. Bijbelse kernwoorden zijn dat, vooral in het Hebreeuws. Geen toekomst – dat is zijn botte boodschap. We gaan eraan met zijn allen. Je zou Jeremia maar zijn…

II: GEEN TOEKOMST VOOR WIE GOD VERLATEN
[de reden voor de donkere toekomst]
Maar Waarom moet Jeremia deze boodschap brengen? Waarom spreekt God zelf zulke vreselijke woorden? Vers 13 zegt: “Ik zal jullie wegwerpen…. ik zal geen medelijden met jullie hebben”. Waarom ontneemt hij aan het volk zijn vriendschap, liefde en erbarmen – dat wat nu bij uitstek dé karaktertrekken zijn van Israëls God?
Ook daar is het Bijbelgedeelte duidelijk over. En dat brengt me bij het tweede punt van de preek. God zelf geeft antwoord. Ik lees het voor uit vers 10 en verder ‘als ze je vragen: “Waarom dreigt de Heer ons met dit onheil? Wat hebben wij misdaan, welke zonden hebben wij tegen de Heer, onze God begaan?” Zeg dan tegen hen: jullie voorouders hebben Mij verlaten, spreekt de Heer’.
De Heer had een verbond met Israël: hij hun God, zij zijn volk. Een relatie, zoals we in de vorige preek over Jeremia uitgebreid hoorden. Maar Israël heeft God verlaten. Ze hebben niks meer met hem. Zijn goede wetten houden ze niet, en liever vereerden ze andere goden. Hier zit het probleem: ze hebben God verlaten. Terwijl hij de bron is van alle goed. Daarom zal hen alle kwaad overkomen.
En Het is niet een kwestie van alleen de voorouders. Nee, het betreft ook de mensen in Jeremia’s tijd. Vers 12 zegt “jullie hebben het nog erger gemaakt; ieder van jullie laat zich nu leiden door zijn koppig en boosaardig hart in plaats van naar mij te luisteren”. Ze hebben gewoon niks meer met de Heer. En dan toont het Bijbelgedeelte van vandaag scherp de gevolgen: dan wil de Heer ook niks meer met hen. Hij werpt hen weg, zegt vers 13. Ze worden prooi van de politiek, een speelbal van de wereldmachten van toen. Israël zal ondergaan. God is er klaar mee, om het eens populair te zeggen.
Ja, we horen hier een scherpe kant van Gods karakter. Voltaire, een Franse filosoof zei eens “pardonner, c’est son metier”- vergeven is Gods beroep. Maar God is dus niet maar ‘degene die altijd vergeeft en troost en helpt’. Nee, Hij kan mensen overgeven aan de ondergang. Ze loslaten. Er ís geen toekomst voor wie God verlaten. En dan bedoel ik niet dat je wel eens verkeerd doet – wie niet – maar als je niets met Hem te maken wilt hebben. Dan geldt uiteindelijk ‘no future’ – geen toekomst.

[toepassing op heden]
Het zag er slecht uit voor Israel toen. Het ziet er ook niet best uit heden ten dage. Waar in Europa eeuwenlang de kerktorens naar boven wezen, waar de Bijbelse normen onze samenleving diepgaand hebben gevormd, is God massaal verlaten. Een beroep op de Bijbel wordt bij voorbaat niet serieus genomen. Wie spreekt over God zet zichzelf al snel buitenspel. Ons land heeft God niet meer nodig. Ja, en ook allerlei concrete dingen zijn verkeerd, zondig. Maar de diepste crisis zit hier: God wordt, God is verlaten.
Opvallend is hoe het in ons Bijbelgedeelte staat “ieder van jullie laat zich leiden door zijn koppig en boosaardig hart”. Je laten leiden door je eigen hart – doen wat jou goed lijkt. Dat is toch wat autonomie heet? Laten we maar niet naar de boze buitenwereld wijzen. U en jij en ik, wij laten ons toch ook zo vaak leiden door wat wij willen, door wat goed voelt, door ons eigen hart. Is dat nou zo fout? dat is toch juist goed? Je eigen spoor volgen, autonomie, zelfontplooiing… hier wordt het echter ontmaskerd. Ontmaskerd als wat er overblijft als je God verlaat. Als Hij niet richtinggevend is voor je leven, in de grote en kleine keuzes. Als wat Hij wil geen rol meer speelt. En hoe is dat bij ons? Om over de grote maatschappij maar te zwijgen.
Dan is de boodschap vandaag een sombere. Zo is er geen toekomst. ‘No future’. Want Er is er één die toekomst geeft. Van wiens vriendschap, liefde en erbarmen maar wij moeten leven. God, die de wereld gemaakt heeft. Die in Jezus naar ons toegekomen is. Maar als wij zeggen, als cultuur of persoonlijk, met onze keuzes en daden “wij hoeven U niet”… Dan kan hij dus zeggen: Ik hoef jullie ook niet meer. Ik ben er klaar mee, zoek het maar uit. We moeten niet goedkoop zeggen ‘ach, maar God blijft altijd trouw, toch?’ Is dat zo? Wat zou dat vreselijk zijn, als God ons aan onszelf overlaat! Als land aan onze onvrede en onrust; als hij ons als moderne mensen overlaat aan onze eigen drukte, aan onze overconsumptie; als we overgegeven worden aan ons eigen vernielen van de aarde, aan onze zelf geproduceerde wapens. En dat kan dus. Er is geen toekomst voor wie God verlaten. Dat is de zwarte boodschap in Jeremia 16. Daar moeten we echt over doorpraten in de preekbespreking straks.

III: EN TOCH…
[de wonderlijke draai in dit hoofdstuk]
En toch… kan en mag ik mijn preek hier niet stoppen. Nee! Want óók in Jeremia 16 is het niet alleen pikzwart. Ondanks de duidelijke boodschap van ‘no future’ staat er meer. Nee, er staat níet dat het volk zich zal omkeren en dat het daarom weer goed zal gaan. Dat ze God zelf weer zullen zoeken. Nee, daarop lijkt weinig hoop. En toch… Luister eens naar vers 14 en 15. Die komen heel raar uit de lucht vallen in dit gedeelte. Ik lees ze voor: ‘De dag zal komen – spreekt de HEER – dat er niet meer wordt gezegd: “Zo waar de HEER leeft, die het volk van Israël uit Egypte heeft bevrijd,” maar: “Zo waar de HEER leeft, die het volk van Israël uit het land van het Noorden heeft bevrijd en uit de andere landen waarheen Hij het verdreven had.” Ik zal hen terugbrengen naar hun land, dat Ik hun voorouders gegeven heb’.
Wat is dit nu? Vers 13 eindigde met “Ik zal geen medelijden met jullie hebben”. En daarna ineens een belofte van terugkeer uit de aangekondigde ballingschap. Hoe kan dat? in vers 19 en 20 is zelfs sprake van toekomst voor alle volken. Ook voor ons! Heeft God zich ineens bedacht?
Het lijkt erop dat God er toch niet mee kan leven dat dit het einde wordt voor Israël, het einde van zijn relatie met hen. Als we wat mensvormig over God spreken, is het misschien beter te plaatsen. Soms zegt iemand “ik ben uitgepraat” als er een hooglopend conflict is. Maar na verloop van tijd komt er toch ruimte voor nieuwe gesprek. Soms zegt iemand “ik ben klaar met jouw gedrag” – maar later wil hij of zij toch weer een poging wagen of het zal gaan.

[God Zelf geeft nieuw begin]
God wil aan Israël toch zijn vriendschap, liefde en erbarmen tonen. Al verlaten zij hem, Hij verlaat niet vergoed. En Waarom? Om het eens ouderwets te zeggen: hij neemt redenen uit zichzelf. Niet omdat Israël toch goed is geworden. Maar omdat Hij is zoals Hij is. Zelfs ‘No future’ is voor God niet het einde – het blijkt een donkere tunnel waarna toch licht gloort.
Er zijn wel uitleggers die zeggen dat vers 14 en 15 hier eigenlijk verkeerd staan. In hoofdstuk 23 vind je deze zelfde belofte namelijk letterlijk terug. Je moet het thuis maar eens nakijken, in 23 vers 7 en 8 vind je deze zinnen ook. Daar, in hoofdstuk 23, staat deze hier zo abrupte belofte op een veel logischere plek. Daar heeft Jeremia eerst gesproken over een nieuwe nakomeling van David. Iemand die een andere tijd zal laten aanbreken. Iemand waarin ik duidelijk Jezus herken. Bij Hem, bij Jezus is een nieuwe begin inderdaad in goede handen. En toch ben ik blij dat het ok al in hoofdstuk 16 staat. Dat is niet zomaar foutje van een overschrijver!
Het is die grote paradox van de lijdenstijd: Israëls leiders in Jezus’ tijd verwierpen Jezus – verwierpen Gods Messias. Zou dat niet het definitieve einde inluiden, meer nog dan in Jeremia’s tijd? Maar nee, juist door Jezus’ dood en opstanding is er een nieuw begin. Door Hem die onderging in het graf – geen toekomst voor hem, maar de dood. Hij bleef niet dood, maar stond op uit het graf en opent de toekomst! Gods liefde en erbarmen geven tóch licht na de donkere tunnel van ‘no future’. Voor Jezus, en dan ook voor Israël, voor de volken, voor ons.
Ja, wel dóór het donker heen. Door het donker van de dood, van het oordeel over de zonden. Dat is een realiteit. Het kwam op Jezus af. Voor hem werd elke toekomst afgesneden aan het kruis. Hij werd weggeworpen om onze ontrouw. Maar toch was er meer: licht. Leven. Toekomst. Voor Hem, en voor ieder die van Hem is. Voor ontrouwe volken en Godverlatende landen. Er is een ‘en toch’. Niet als goedkope pleister over alles heen. Niet als automatisme. Het dóet ertoe hoe jij en u en ik tegenover God staan, en tegenover zijn Messias. Er is geen toekomst voor wie God verlaten – dat blijft gewoon waar. Maar er is méér te zeggen. Want zo is onze God – de God van Israël, de Vader van Jezus Christus.

[slot]
Jeremia 16, een heftig hoofdstuk. Wat moeten wij ermee? Laten we alles eruit laten staan. Het oordeel, en het evangelie. Laten we niet het oordeel aan Israël laten, en zelf de belofte eruit pikken als krent uit de pap. Nee, het is allemáál waar. Het oordeel en het evangelie. Denk nu niet, na wat ik net mocht zeggen, van ‘o, het valt toch weer mee’. Nee, het valt niet mee! zonder God is er geen toekomst, dat is wáár! Alle reden om ernstig te kijken, naar onszelf en naar de wereld waar we in leven. Maar er is ook dat ‘en toch’. Mét God is er toekomst, ook voor ons, ook voor ons land, en voor heel deze wereld. Dat is ook waar. Om Jezus’ wil.

Amen