Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

[Intro: schulden]
Er zijn in ons land meer en meer mensen die moeite hebben om rond te komen. Dat je aan het eind van je geld een stukje maand overhoudt. En dan niet één keer, maar telkens weer. We weten het vaak niet van elkaar, we spreken het daar niet zo snel over. Onderzoeken spreken echter duidelijke taal: het aantal mensen met geldproblemen neemt toe. Eén of de vijf Nederlanders heeft ermee te maken. Ook hier in de kerk zal het spelen! Vaak weten we het echter niet van een ander. Je schaamt je als je in de schulden zit. In de hal van de kerk hangt een poster “één op de zes mensen schaamt zich voor zijn geldproblemen”.
Toch kun je er vaak weinig aan doen. Goed, sommige mensen weten echt niet met geld om te gaan, maar veel vaker komt het door omstandigheden. Een overlijden, een scheiding, ontslag, ziekte. Als een paar van die dingen samenkomen en aanhouden, kan ook jij of u ineens financieel in de knoop komen. Eén op de zes mensen, dat kan iedereen zijn. Of geloof je dat niet? Geloof maar niet te hard in het verhaal dat succes een keuze is, en armoede eigen schuld!
in het Bijbelgedeelte dat we lazen, komen we deze dingen tegen. Een vrouw is haar man verloren, dus ze staat er alleen voor. Juist eenoudergezinnen zijn financieel kwetsbaar, ook nu! Het water staat haar echt tot aan de lippen. Er dreigt beslag gelegd te worden. Tegenwoordig kan een deurwaarder je meubels weghalen, maar destijds was het nog erger. Haar kinderen konden weggehaald worden om als slaaf te werken. Stel je voor!
Wat heel goed is: deze vrouw gaat naar iemand toe en praat erover. Ze gaat naar de profeet Elisa – zeg maar: naar iemand van de geloofsgemeenschap – en ze vertelt van haar nood. En we zullen horen, dat is het begin van een oplossing. Als er vandaag mensen hier zijn die in geldproblemen zitten: praat erover! Met vrienden of familie, maar ook iemand met mensen van de kerk. De diaconie kent de mogelijkheden voor hulp, bijvoorbeeld de organisatie van die poster in de hal: schuldhulpmaatje. Zit je in geldproblemen, praat erover! En liever vóórdat de deurwaarder dreigt te komen.

[weer zo’n wonder]
Ja, schulden dus. En dan gaat het verhaal verder: Elisa luistert, geef het een korte opdracht, en met een wonder is het probleem de wereld uit. Ik moet zeggen: daar haakte ik wel even af, Toen ik dit Bijbelgedeelte bestudeerde. Ik dacht: weer zo’n wonderverhaal, zoals er in de Bijbel meer staan. Maar zo werkt het toch niet? Zo van: probleem – bidden – God doet een wonder – opgelost, klaar. Als je zelf in de problemen zit, kan zo’n geschiedenis als deze demotiverend werken. Ging het bij mij ook maar zo! En ja, dat kán, ook nu, maar meestal niet.
Het probleem van de vrouw, schulden, is heel herkenbaar voor sommige mensen. Maar de oplossing…?
Wij leven in een wereld waar niet overal een instantoplossing voor is. Deze wereld is als een pot vol barsten en gebroken scherven. In het klein zie je dat: armoede, ook heel dichtbij; kapotte relaties. Mensen die wegvallen, zoals ook in deze geschiedenis de vader er niet meer is. Eenzaamheid, gedragsproblemen…. Ach, en ik kan wel doorgaan. Het bestaan vol barsten. En niet overal is een oplossing voor, ook niet als je gelooft.
Over de scherven en breuken in de wereld in het groot hoef ik niet uit te wijden denk ik. We zien het geweld oplaaien in Israël, gruweldaden en vergeldingsbombardementen. Ook in Oekraïne vechten ze door, en op zoveel plaatsen die ons nieuws nooit haalden. En de aarde warmt op, en de honger is niet opgelost…
Dan kan zo’n eenvoudig wonderverhaal in je verkeerde keelgat schieten. Zijn oplossingen wel zo simpel? Elisa is een profeet van God, maar is God dan als een grote tovenaar de dingen fikst met een vingerknip? Wat moet je hiermee?

[licht door de barsten]
Als je niet in God gelooft, is alles aanzienlijk eenvoudiger. Het leven is nou eenmaal vaak… onaangenaam, deal with it. Probeer er maar wat van te maken. Wees reeël, het is niet mooier.
Als je wél gelooft, kun je niet zo kijken. Maar… het alternatief is niet dat je zegt: welnee, het leven is fantastisch! Geloven is niet je kop in het zand steken. Deze wereld is, ik zei het al, als een pot vol barsten en met scherven. Daar is de Bijbel al even duidelijk over als je eigen ervaring, of het nieuws. Maar… wie gelooft, gelooft dat Gods licht soms door de barsten schijnt. Ongrijpbaar, en toch. Dat er méér is, al is het nog zo ongrijpbaar. Geloof in God is geen toverformule, maar het is zijn licht door de barsten zien schijnen. Of soms ook het helemaal níet zien schijnen, maar dan toch geloven dat het kán schijnen tussen de scherven, dat het geschenen heeft. Dat mensen het hebben mogen merken, midden in het gebroken bestaan. Daar is dit verhaal van vanmorgen een voorbeeld van. Daar laten de wonderen van Jezus ook veel van zien. Daar is zijn opstanding, zijn opstanding na een vreselijke dood aan het kruis, hét grote toonbeeld van. Zijn lijden, zijn vernederd worden, zijn akelige dood toont de kapot-heid van onze mensenwereld. Zijn open graf is dé grote scheur waardoor Gods licht schijnt!
Licht door de barsten – soms nu nog, midden in de ellende. Misschien kun je er van meepraten, hoe God bij je was, je hielp op wonderlijke wijze zelfs. Misschien ook niet. En toch… Luister dan maar hoe er soms warm licht schijnt door een barst. Ook in het verhaal van vanmorgen. Laten we er nog wat op inzoomen.

[de nood van de vrouw, en nu]
Die vrouw zit dus in de schulden. Misschien schulden van haar overleden man, dat kan – ook nu trouwens. Maar waarschijnlijker zijn de problemen begonnen toen haar man wegviel. Eenoudergezin, twee kinderen. En zeker in die tijd stond je zeer zwak als vrouw alleen. Geen vaste baan te krijgen, uitkeringen waren er niet, misschien moest je iemand inhuren om je kleine stukje land te bewerken… En je kinderen moeten toch eten en kleren aan! Deze vrouw heeft geldproblemen. Eerst zal ze zelf geprobeerd hebben het op te lossen: nog zuiniger zijn, harder zoeken naar werk. Zoals je ook nu doet, als je haar zou zijn. Maar het lukt niet! En dat hoeft echt niet aan haar gelegen te hebben – het systeem van de economie van toen was gewoon nogal tégen mensen als zij. Zoals er ook nu mensen zijn die vooral slachtoffer zijn van hoe Nederland in elkaar zit, die door gaten in de vangnetten vallen, of pijnlijk merken dat die niet voldoen.
Dan gaat ze naar Elisa. Haar man, zo lezen we, was ook een profeet – dat wil zeggen: een lid van de profetengemeenschap waar Elisa een leidende rol had. Daarom klaagt ze bij hem haar nood. Ja, ze vraagt niet, ze klaagt alleen, als je goed leest. En dat mag dus van de Bijbel. Ze zit duidelijk met die akelige waarom-vraag. “Mijn man, uw dienaar, die zoals u weet, altijd groot ontzag had voor de Heer, is gestorven”. Waarom juist hij, die zo gelovig was, een vrome man? Waarom laat de Heer dit gebeuren? En waarom nu die ellende met geldgebrek, schulden, dreigende slavernij zelfs…? Waarom laat God zulke dingen gebeuren, en ze hadden toch ontzag voor Hem? Van die vragen, die ook door Elisa niet beantwoord worden. De vrouw klaagt het uit, en als u of jij er vol van zit, doe dat ook maar! Want juist dit klagen is het begin van dat er licht gaat doorbreken.

[vertrouwen van de vrouw, en nu]
Elisa luistert naar de vrouw. Hij vraagt niet hoe haar financieel beheer geweest is de laatste tijd. Hij stelt een veel betere vraag: ‘wat kan ik voor u doen?’ En, heel praktisch, hij vraagt haar hoe ze op dat moment precies zit. Echt aan de grond, zo blijkt: haar enige bezit is nog een flesje olie.
Maar dan geeft hij een wonderlijke opdracht: Verzamel zoveel mogelijk kruiken en kannen, en giet daar olie in. In gedachten zie je die vrouw gaan door de straat. Bij alle buurvrouwen vraagt ze kruiken te leen. “Ja, doe maar alle kruiken en kannen en pannen die je hebt”. Het zal wel wat verbaasde blikken hebben gegeven! Ook haar tienerkinderen kijken met grote ogen hoe een kleine huisje gevuld raakt met vaatwerk.
Aan de gehoorzaamheid zie je dat de vrouw vertrouwen heeft in wat Elisa zegt. Ze maakt geen tegenwerpingen, ze zegt niet ‘dat kan toch niet’, ze staat niet weifelen en te twijfelen. Nee,, ze vertrouwt: God is machtig. En bij vertrouwen hoort ook altijd gehoorzamen. Zo doet precies wat de profeet zegt. Aan de hoeveelheid kruiken kun je zelfs haar hoeveelheid vertrouwen zien – hoe meer vertrouwen, hoe meer kruiken ze haalt, hoe meer olie ze zal krijgen en hoe meer opbrengst!
De vraag is of wij in nood ook vertrouwen durven te hebben – of, een ander woord: geloof dat God helpt. Ik heb wel eens het idee dat wij in het westen daar heel zwak in zijn. Problematiseren, dat gaat goed. Vraagtekens zetten bij Gods woorden, of zijn ingrijpen verwijzen naar vroeger of elders. Stel dat Elisa jou vandaag die opdracht had gegeven: wat zou je reactie zijn? Juist op plekken in de wereld waar de barsten het grootst zijn, zie je vaak een veel eenvoudiger vertrouwen dat God helpen kan. Juist wie Gods hulp het minst vaak nodig hebben, maken vaak de meeste tegenwerpingen. Maar hoe meer vertrouwen, hoe meer zegen. Dat gold voor de kruiken van de vrouw, dat geldt naar mijn diepe overtuiging nog steeds.

[de vaten gevuld]
Vertrouwen, en gehoorzaamheid. Gehoorzaam haalt de vrouw al die kruiken, en gehoorzaam doet ze de deur dicht. God is geen grote tovenaar die het liefst zoveel mogelijk publiek heeft voor zijn show – je ziet het ook bij Jezus die mensen verbiedt over zijn wondermacht te spreken. En dan… Gehoorzaam gaat de vrouw olie uit haar kleine kruikje schenken in de eerste grote voorraadkruik. Wat zal ze gedacht hebben? Die grootte is wel 100 keer zo groot als de kleine. Maar ze vertrouwt, ze gehoorzaamt, en… [gevar v schenken} Na 10 seconden merkt ze dat het kruikje blijft stromen. Zat het toch voller dan ze dacht? 20 seconden… de kinderen kijken toe… 30 seconden… de olie blijft stromen. Blijft stromen en stromen, tot de hele kruik vol is. Snel gaat ze naar de volgende kan, en de volgende… tot ze állemaal gevuld zijn uit dat kleine kruikje.
Wat een overvloed! Het is als de overvloed aan wijn op de bruiloft in Kana, waar Jezus stenen watervaten vol laat worden van wijn. Hier zie je iets van hoe God is: een hulp, juist voor wie arm is, schulden heeft, zich niet kan redden in de maatschappij. Een helper die vrijheid geeft waar slavernij dreigde, een God die vreugde geeft waar die verstomde op het bruiloftsfeest. Dit gaat alle perken van onze wereld te buiten. Hier schijnt licht door de barst, hier stroomt olie, hier stroomt wijn, hier stroomt overvloed onze gebroken wereld in!
Zó is God. De vrouw ziet het, haar kinderen, en heel de profetengemeenschap zal het gehoord hebben. Zelfs wij horen het vandaag. Zó is onze God. Er is in een donkere wereld vol barsten zijn hulp en heil. De vrouw en haar gezin krijgen méér dan een oplossing voor hun schulden, ze kunnen zelfs een heel nieuw leven beginnen.
Elk wonder in heel de Bijbel spreekt deze taal. Licht gaat aan, toekomst opent zich. Jezus stond op. En dat laat me geloven: het kan goed komen! Met de wereld, en met mij. Het gáát goedkomen, Hij belooft het. En soms mag je er al iets van merken, veel van merken zelfs – zijn hulp en verhoring, heel concreet. Soms zit je vragen en merk je het niet – Gods doen blijft ongrijpbaar. Maar toch. Hoor hoe de Heer licht laat schijnen door de barsten. Toen, en nu, en alle eeuwen. Bij jezelf of bij anderen. Aarzel niet, gemeente, om de verhalen te delen uit je eigen leven. Ik denk dat we samen een schat hebben aan bemoedigingen en belevenissen, die we te weinig delen.

[zelf tekens v. Gods toekomst oprichten]
Een vrouw met schulden krijgt weer toekomst. Heel herkenbaar voor sommigen, iets waar je zelf op hoopt wellicht. Anderen zullen zich er niet in herkennen, als alles goed gaat, financieel en in andere opzichten. Maar is God er alleen als helper voor de losers? Is geloof misschien een pepmiddel voor als het slecht gaat? Nou nee! Verre van dat! Hij heeft zijn gemeente, en dat zijn wij allemaal, met als taak om hier op aarde zelf ook licht te verspreiden. Licht niet alleen van buiten, zogezegd, maar ook vanbinnen, ín deze gebroken wereld. Gaat het je goed? Laat dan je licht maar schijnen. Deel van je overvloed, dichtbij en ver weg. Zie om naar elkaar. Luister naar waar je naaste mee zit. Zo kun je tekens tonen van Gods wereld die komt. Van het herstel, door hem beloofd, eenmaal van deze gebroken wereld. Hij zal de barsten lijmen, hoe dan ook – maar wij mogen dat nu ook al proberen! Herken je je niet in de vrouw, lijk dan maar op Elisa. Hij luistert, zegt geen domme dingen maar stelt goede vragen, en… hij biedt concrete hulp. Dáár schiet een ander wat mee op.
En nee, wij fiksen de wereld niet. Dat weten we allang, toch? Maar we mogen iets doorgeven van Gods goedheid, delen van wat Hij geeft. In geld en in genade, in Bijbel en in brood.

[slot]
Zo mogen we samen op weg zijn naar de dag dat Gods licht helemaal doorbreekt. Samen als gemeente, met rijkelui en met mensen die het net redden. Wij laten elkaar niet vallen, toch? En dreig je te vallen, trek aan de bel. Schaam je niet. En zo mogen we samen op weg zijn, levend van lichtstralen, en op weg naar zijn toekomst. Daar is altijd wijn en olie in overvloed, daar zal het feest niet worden onderbroken. Daar valt het licht niet meer door de scheuren, maar daar is Hij zelf onder de mensen. Hem, Christus, zij de glorie, in alle eeuwigheid, amen