Uit de Bijbel is gelezen: Numeri 27:15-20 en Markus 6:30-44
Gemeente van Jezus Christus, thuis en hier,
[intro]
vandaag krijgt onze gemeente er een nieuwe kerkrentmeester bij. Peter Naaijen wordt straks bevestigd in dat ambt. Bijzonder mooi dat je je geroepen weet en eraan begint! Bij zo’n bevestigingsdienst ga je als predikant natuurlijk altijd zoeken wat voor link er is te leggen met het Bijbelgedeelte dat aan de orde is. We hoorden uit de Bijbel een bekende geschiedenis die in elke kinderbijbel staat. Ik denk dat de kinderen die nu meekijken het verhaal wel kennen: Jezus geeft heel veel mensen te eten met vijf broden en twee vissen. Een groot wonder! Maar waar in dit verhaal zien we nu iets iets dat past bij de bevestiging van een kerkrentmeester? Ik dacht: misschien is het wel bij de praktische insteek van Jezus’ leerlingen. Ze kijken op de klok, ze kijken om zich heen en ze zeggen: meester, het is hier afgelegen en het is al laat. Tijd om de mensen te laten vertrekken! Belangrijk, dat er zulke mensen zijn in Jezus’ gemeente en in de kerkenraad die gewoon letten op de praktische kant van de dingen! Of misschien herkennen we wel een kerkrentmeester in de reactie als Jezus zegt ‘geven jullie hun maar te eten!’ ‘Ja maar, moeten we dan voor tweehonderd denarie brood gaan kopen?’ – denk aan de kosten! Is dat geld er wel? Is het wijs om het zo uit te geven? Typisch de vragen die de kerkrentmeesters stellen, moeten stellen ook, bij de dingen in onze gemeente.
Echter, is denk dat we op deze manier toch bij de kern vandaan blijven van waar het om gaat. Het gaat juist níet om Jezus’ leerlingen, maar om Hem zelf. En trouwens, in de verkondiging moet het altijd gaan om Hem, niet om mensen, ook vandaag. Dus laten we ook nu maar focussen op Hem. Ik wil dan centraal stellen vers 34 uit het Bijbelgedeelte. Ik lees het nogmaals voor: “toen Hij (Jezus) uit de boot stapte, zag hij een grote menigte en hij voelde medelijden met hen, omdat ze leken op schapen zonder herder; en hij onderwees hen langdurig”. Deze woorden staan centraal, of beter gezegd: Jezus staat centraal, zoals Hij hier naar voren komt. En dan kijken we naar drie dingen. Ten eerste wat Jezus ziet, ten tweede wat Jezus voelt, en ten derde wat Jezus doet. Dus wat Jezus ziet, voelt en doet!
1 WAT JEZUS ZIET
[schapen zonder herder]
Als eerste dus: wat Jezus ziet. Hij stapt uit de boot, en hij ziet wat ik nu niet zie, en wat we allemaal al een tijd niet zien: een grote menigte. Heel veel mensen dicht op elkaar. Daar geen corona! De mensen zijn Jezus gevolgd en wachten hem al op, om zijn wonderen te zien en zijn woorden te horen. Jezus en zijn leerlingen zochten rust, maar die gaan ze niet krijgen zo!
Als Jezus die mensen ziet, is hij echter niet geërgerd. Want wat ziet Hij? Niet zomaar een opdringerige mensenmassa, nee, hij ziet ‘dat ze leken op schapen zonder herder’. Stuurloos, richtingloos, verloren. Er is niemand die ze leidt, niemand die ze weidt. Zó ziet Jezus ze staan, en Hij krijgt medelijden. Schapen zonder herder. Zo waren ze inderdaad. Want wie zou hen leiden? In het voorgaande deel van het hoofdstuk ging het over koning Herodes, bepaald geen goede herder… Ook de geestelijke leiders van toen, de Farizeeën en Schriftgeleerden, waren dat niet. Ze kenden elk detail uit de Thora, maar vergaten de kern: liefde en trouw. Geen goede leiders voor Gods volk helaas!
Schapen zonder herder. Zo zag Jezus de mensen toen. En nu? Ik denk aan mensenmassa’s die je voor corona kon zien lopen in de Koopgoot in Rotterdam, of op het station daar. Als je ze ziet lopen, kun je je soms ineens inleven: schapen zonder herder. Waar zijn ze allemaal naar op weg? Wat is hun doel, letterlijk en figuurlijk? Of als je kijkt op TV naar al de discussies, welke weg we moeten gaan in de coronacrisis; als je je afvraagt waar we heen moeten – dan voelt het soms behoorlijk stuurloos. Wie wijst ons de weg naar een andere tijd? We voelen dat wijze leiding nodig is in dit land. Niet alleen in de coronacrisis, maar op zovele punten. De verkiezingen komen er weer aan. Veel vraagt de aandacht: woningnood, klimaatkeuzes, groeiende tweedeling in de maatschappij, wantrouwen tegen de overheid… Maar wie kan echt de leiding nemen, wie heeft een visie?
Schapen zonder herder. Dan gaat het natuurlijk niet alleen, en zelfs niet in de eerste plaats, over politiek. Bovendien, dat beeld van schapen zonder herder is denk ik iets wat mensen kan ergeren. Wij zijn toch geen domme schapen – we zijn autonome mensen! Waarom zouden we per se een herder nodig hebben? We zoeken het zelf wel uit! En tegelijk: waar kóm je, als ieder alleen voor zichzelf gaat? Weten we werkelijk de weg naar het goede leven? Wat geeft je richting? Volgens de Bijbel heeft een mens echt wijze leiding nodig, anders kom je nergens. Je ziet het om je heen, hoe we ons allemaal autonoom wanen, en tegelijk de problemen zich opstapelen. In de maatschappij, in de wereld die aan ons kapot gaat.
Wat is er toch mis? Wel, ten diepste dit: dat we weggelopen zijn bij de Herder, bij God. We willen het liever zelf uitzoeken, we moeten het dan ook zelf uitzoeken. Maar om nu te zeggen dat het zo goed gaat? Schapen zonder herder – wat een treffend beeld voor onze mensenwereld….
2 WAT JEZUS VOELT
[Jezus met ontferming bewogen]
Zo ziet Jezus de mensenmassa die voor hem staat. En dan, ten tweede, wat voelt Hij? Ik zei al: geen ergernis dat Hij en zijn leerlingen weer geen rust krijgen. Ook moet Hij er niet van zuchten. Dat zou ik me kunnen voorstellen, als Hij naar ons kijkt, of naar de mensen toen. Zo’n stel domme schapen! Zuchtend onder slechte leiders, maar zelf ook net zo eigenwijs en koppig als schapen. Uit de evangeliën kunnen we opmaken dat er onder deze massa revolutie-gedachten broeiden. Opstand tegen de Romeinen, en dan liefst met Jezus als leider. Maar zou dat alles oplossen?
Jezus ziet ze staan, Hij ziet ze vol verwachting naar hem kijken. En Hij zucht niet, nee, Hij denkt ‘ach, die arme mensen!’ Die schapen! Onze Bijbelvertaling zegt dat Hij medelijden met ze voelde. Zit jij of u dáár trouwens op te wachten, dat Jezus medelijden met je heeft? Onze tekst heeft wel véél dingen die weerstand oproepen. Eerst dat je een schaap bent die leiding nodig heeft – het is waar maar dat wil je liever niet weten! En dan heeft Hij ook nog medelijden met je – ben ik dan zielig of zo? Dat wil toch niemand zijn?
En toch is het heel diep wat hier staat. Onze vertaling geeft het alleen nogal ongelukkig weer, met dat ‘medelijden’. In de oude vertaling staat, plechtig maar beter ‘Jezus werd met innerlijke ontferming over hen bewogen’. Dat is toch dieper. Letterlijk staat er iets dat met je ingewanden te maken heeft. Er ging een steek door zijn buik, of misschien beter, een steek door zijn hart toen hij die mensen zo zag. Het gaat Jezus door alles heen. Hij voelt iets voor ze. En wat? Medelijden misschien, maar vooral liefde. Ontferming. Willen helpen. Goddelijke liefde, dát komt hier openbaar. Het woord dat er staat wordt alleen voor God gebruikt in het Oude Testament, en in het Nieuwe ook voor Jezus. Dit is maar geen menselijk medelijden. Jezus houdt van die mensen, is bewogen met ze. Zijn hart gaat naar ze uit.
Zó is onze Heer, zo is onze God! Wat is het goed om dat te weten, dat te mogen geloven ook nu. Als God kijkt naar het rijke en verwende en zo stuurloze Nederland – dat Hij niet denkt ‘stelletje sukkels, ze zoeken het maar uit’. Als de Heer kijkt naar deze wereld waar Hij het coronavirus nu toelaat. Dat Hij dan toch tegelijk bewógen is, mee lijdt, een steek in zijn hart voelt. Ja, als Jezus kijkt naar jouw leven, dat zo richting mist, nergens heen lijkt te gaan, verkeerde afslagen neemt zonder herder – dan schudt hij niet zuchtend zijn hoofd, nee, dan gaat zijn hart naar je uit! Naar jou, hoe schaapachtig je ook bent! Naar ons, hoe koppig we samen ook zijn! Hij houdt van je, echt! Hij ziet hoe we vast zitten in oorzaak en gevolg, oorzaak en slachtoffer tegelijk zijn van allerlei narigheid. Hoe we denken het te redden zonder herder, en er tegelijk zó hard één nodig hebben. En… die herder wil Hij nu zijn! Neem dit toch mee, wie je ook bent: Jezus voelt liefde voor jou, geen ergernis! Hij gééft om jou, om ons. Al zijn we nog zulke stuurloze schapen.
WAT JEZUS DOET
[onderwijs als antwoord]
En dan ten derde ook: wat Jezus doet, nu hij de mensen ziet, en ontferming voelt. Want Hij laat het niet bij een gevoel gelukkig!
Als onze Heer die mensen ziet, als schapen zonder herder, kan het haast niet anders of hij moet gedacht hebben aan wat we lazen in het eerste Bijbelgedeelte. Daar bidt Mozes, als hij moet sterven, of de Heer toch een andere leider over het volk wil geven. Zodat, zegt hij ‘ze niet worden als een kudde schapen zonder herder’. Hier is leiding nodig? En wie gaat die geven? Jozua, de opvolger van Mozes. Die is op dit moment natuurlijk al lang dood. Maar ook hier is leiding nodig! Wie gaat die geven? Jozua! – Jesjoea – Jezus, zijn naam in het Hebreeuws. Hij beseft op dit moment: hier ligt mijn taak, ík moet de herder zijn, leiding geven aan deze mensenkudde.
Wat gaat Jezus dan doen? De massa zou hem graag als leider hebben voor een opstand tegen de Romeinen. Deze man, die wondermacht heeft, kan hen van de overwinning verzekeren! En ja, Jezus heeft die macht. Dat blijkt wel uit het grote wonder met de broden en de vissen. Fat blijkt direct daarna nog sterke, als Hij zelfs op water loopt midden in een storm. Maar wat doet de Heer, de herder? Zijn macht inzetten? Nee, er staat iets heel anders. Tegenwoordig is dat nog steeds zo. Ik zei net: de Heer is bewogen, ook over ons in tijden van corona. Dan zeggen mensen wel eens: waarom doet Hij er niets aan? Net als ze Hem toen als leider wilde die ineens alles anders zou maken. Maat wat staat er in de tekst? Dit: “Hij kreeg medelijden met hen, omdat ze leken op schapen zonder herder, en… Hij onderwees het langdurig!”
Onderwijs. Dat hebben de mensen daar blijkbaar het meeste nodig. Tegenwoordig net zo trouwens in onze maatschappij: niet een sterke man is nodig, maar het onderwijs van de goede herder. Dát maakt verschil, geeft sturing en richting die zo nodig is nu. Denk daar maar aan als u volgende maand mag stemmen!
Maar ook in je persoonlijk leven. Onderwijs geeft Jezus, geen oplossing-ineens. Wat hij onderwijst staat er niet. Ik denk dat we aan iets als de Bergrede moeten denken. Jezus wijst een weg, zoals een herder zijn kudde leidt. Een weg in woorden is het! Hij gaat onderwijzen: zó is God, en zó is zijn plan, en zó wil Hij dat jullie doen. En het mooie is: dat doet Hij nog. In de Bijbel, in de kerkdiensten, al zijn ze online. De vraag voor ons is: luisteren we naar Hem? Nemen we er de tijd voor, maar meer nog: zijn we bereid zijn leiding te volgen? Ben je bereid te erkennen dat je een herder nodig hebt, een Heer? Hij als herder is niet iemand die de baas over je wil spelen. Nee, Hij geeft wijze raad, want Hij weet de weg, de weg naar het goede leven. Volg Hem!
[slot: leiden naar groene weiden]
En dan, tenslotte, doet Jezus toch meer. Hij is de herder. En wat doet een herder? De weg wijzen, zeker. Maar waarheen? Naar groene weiden! Daar zingt psalm 23 van, en daar toont ook ons Bijbelgedeelte iets van. Markus spreekt over ‘het groene gras’ waar de mensen in moeten gaan zitten. Dat is opvallend, Markus schrijft in een heel spaarzame stijl. Waarom dan nu benoemen dat het gras groen is? Wel, híerom: omdat de Heer de goede herder is. Hij leidt naar groene weiden. Hij geeft overvloed, brood en vis, alles wat nodig is. Een maaltijd daar die al vooruitwijst naar Gods nieuwe wereld die met Hem begint. Daarheen ben je onderweg, als je luistert naar zijn onderwijs! Jezus praat niet alleen, Hij laat het ook al zien! En dat mag ons hoop geven.
Jezus, Hij ziet ons – hij ziet wat wij ervan maken met zijn allen. Hoe we zijn als schapen zonder herder. Hij is bewogen, dat ook. Bewogen over jou, echt! En Hij wil onze herder zijn. Laten wij dan samen steeds weer naar zijn onderwijs luisteren. Daar is immers de kerk voor! Om Gods lof te laten klinken – dat gaat momenteel wat minder helaas, én om onderwezen te worden – dat gaat door. Gelukkig ben je als je luistert en de weg gaat die Hij leidt. Of je nu jong bent of oud, tiener of kind, en ook als je een ambt mag gaan bekleden in deze gemeente. Zolang de grote maaltijd in Gods koninkrijk niet is aangebroken, is er hier de kerk, en die heeft ook een praktische kant. Wie daarin een taak krijgt, mag in dienst staan van de goede herder en zijn onderwijs! En die zit zelf dicht bij de zegen.
Amen