Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

[intro: de humor in het verhaal]
Het is wel een humoristisch stukje wat we zojuist uit de Bijbel hoorden. Je ziet het voor je: soldaten die als makke schapen achter Elisa aanlopen, terwijl hun ogen pas opengaan als ze in het hol van de leeuw zijn. In gedachte zie je de verbijstering op hun gezicht. Ze zijn midden in Samaria, de vijandelijke hoofdstad! Je moet haast lachen om de koning van Israël: hij trekt zijn zwaard en ziet zijn kans al schoon. Maar er wordt niemand gedood. Sterker nog, er wordt een feestmaaltijd klaargemaakt. Weer zie je de verwarring op de gezichten van de Aramese soldaten: ze worden niet gevangengenomen maar krijgen juist een overvloedige maaltijd voorgezet. Nu zij ze helemaal verslagen, in meer dan één opzicht…
Ja, een Bijbelverhaal met een glimlach. Weer een wonderverhaal over Elisa, zoals we er al enkele hebben gehoord. Maar de eerdere keren was er altijd een ondertoon van ernst. Dreigende schuldslavernij van kinderen, een generaal die ongeneeslijk ziek is en genezing zoekt, of dreigende honger die wordt opgeheven. Nu vinden er weer wonderlijke dingen plaats, maar nu ligt de nadruk niet op redding uit de nood. Elisa lijkt zelfs geen dreiging te voelen – waar in de eerdere geschiedenissen die dreiging voorop stond.
Het gedeelte van vanavond heeft een andere nadruk. De nadruk ligt in hier op omkering. Wie zien worden blind, wie zwak lijkt blijkt sterker dan een heel leger. Een dreigende moordpartij wordt omgekeerd tot een feestmaaltijd. Alles ligt anders dan je eerst dacht. En dat is juist humor, dat ergens een onverwachte omkering in zit!

[overgang]
Tegelijk is humor veel meer dan een grap. En zo is ook dit Bijbelgedeelte veel meer dan een verhaaltje om over te glimlachen. Juist iets met humor benaderen geeft soms diep doorzicht. Ik denk ik deze verkiezingstijd aan programma’s als “Nu even tot hier” of aan iemand als Arjen Lubach. Met hun rake opmerkingen weten ze een politicus soms veel meer te ontmaskeren dan een fel debat zou doen.
Humor helpt soms om de dingen van een andere kant te bekijken. En zo is het ook in ons verhaal van vanavond. Je ogen gaan open voor een andere kijk op de werkelijkheid. Een kijk waar de zaken anders liggen: koningen en legers staan machteloos, maar God staat sterk en wie op Hem vertrouwt ook. De glimlach die dit Bijbelgedeelte kan oproepen, is een bevrijdende glimlach – net als het bevrijdend kan zijn om eens hartelijk te lachen om grote politici. Je krijgt een andere kijk op de dingen, een omgekeerde.
Maar wat zet alles dan zo op zijn kop? Beter gezegd, wie draait de dingen om? dat doet de Heer, de God van Israël. Uiteindelijk zegt dit Bijbelgedeelte vooral veel over Hem. Ik heb mijn preek in twee punten verdeeld: als eerste God is groter, en ten tweede God is genadiger. [herhaal]. Op prachtige wijze toont ons Bijbelgedeelte iets van Hem die alles anders maakt. En dat mag ons vrij en vrolijk maken!

[God is groter: toen]
Als eerste dus: God is groter. De geschiedenis begint met iemand die groot en machtig is: de koning van Aram. Hij heeft een leger, Hij heeft bevelhebbers, hij heeft wagens en paarden, kortom alles wat iemand in de wereld van toen groot en machtig maakt. En hij laat zijn macht ook gelden: hij voert oorlog tegen Israël, om zelf nóg groter en machtiger te worden. Alleen… Het lukt niet. Telkens als hij een inval wil doen, zijn de plaatselijke bewoners op hun hoede, en de koning van Israël blijft buiten zijn bereik. De koning van Aram wordt steeds geïrriteerder. Er moet haast wel een verrader zijn in zijn staf, iemand die de krijgsplannen doorbrieft aan de vijand! Maar zijn bevelhebbers helpen hem uit de droom. Er is geen spion, er is in Israël een profeet die de plannen kent en verklapt. God is groter dan de geheimhouding van de Aramese koning!
De koning hoort ervan, en doet wat hij altijd doet: militaire macht inzetten. Hij stuurt er een heel legertje op af om die ene man, Elisa, gevangen te nemen. Een beetje dom, zou je zeggen, als Elisa toch al die plannen al van te voren doorziet… Ja, misschien wist Elisa inderdaad wel dat het legertje onderweg was om hem te vangen. Misschien had God het hem ook niet bekend gemaakt. Maar hoe dan ook weet hij: God is groter. Daarom blijft hij heel kalm en vlucht hij niet. Elisa’s knecht blijft niet kalm, als hij ’s ochtends al die soldaten ziet rond het stadje. Maar Elisa bidt: Heer, open toch zijn ogen. Dan ziet de knecht het ook even: een wonderlijke legermacht van God, groter dan het leger dat Elisa komt halen. Elisa stapt stomweg op de Aramese soldaten af, en zegt ze mee te komen. Als verdwaasd volgens hem, tot in de stad Samaria waar ze machteloos staan.
Ja, God is groter. Groter dan de macht van koningen en leger. Groter, en dan niet op de manier dat hij met nog grotere macht zijn vijanden simpelweg verpletterd. Nee, God werkt rustiger, veel verrassender. Maar groter is Hij, daar spreekt heel deze geschiedenis van!

[God is groter: nu]
Hoe goed is het om ook vandaag dit diep te beseffen. Want wat zijn er ook nu geen mensen met macht, geen Poetins die oorlogen beginnen en legers hebben. Wat zijn er geen multinationals die de regels naar hun hand zetten, en miljardairs die alles mogen. Of, dichter bij ons verhaal: ook in onze tijd hoorden we van aanvallen op Israël, nu niet door Aram maar door Hamas. De schrik zou je bijdat alles om het hart slaan. Maar boven alle machthebbers en geweldenaars, boven alle politici en presidenten, is er één groter: God, de hoogste Heer over heel de wereld. Hij staat niet aan de kant van één partij, maar op soevereine wijze bestuurt hij alles naar zijn plan.
Wat geeft dit een rust, rust te midden van alle onrust op het wereldtoneel. Rust, ook over de verkiezingen van komende week en wat die ons land gaan brengen. Gód is groter, wat daar ook uitkomt. Het loopt hem niet uit de hand. Zijn plan gaat door. Ook nu, in Israël; ook nu, in de wereld en in jouw leven.
Wat geeft het een rust om dat te weten, dat werkelijk te geloven. Elisa, hoe rustig is hij in dit alles. Waarom? Omdat hij weet van de onzichtbare legers van God. Omdat hij weet: God is groter, groter dan alles wat er tegenin komt.
Ja, God is groter. Dat geldt niet alleen op het grote wereldtoneel, maar net zo goed in uw en jouw leven. Daar kan er ook genoeg op je af komen. Het kan zo dreigen, dat je met Elisa’s knecht uitroept: “wat moeten we beginnen?” Wat ben je gezegend als je dan met de ogen van Elisa mag kijken, en dat andere leger zien. Of om het eens anders te verwoorden: met je gewone ogen zie je alleen kruis en dreigende dood. Maar met de ogen van het geloof mag je ook opstanding zien, en leven. God is groter, groter dan wat u of jou bedreigt! Paulus zegt het, met die bekende woorden: wij zijn meer dan overwinnaars, door Hem die ons heeft liefgehad. Noch hoogte, noch diepte, heden noch toekomst, of wat dan ook, kan ons scheiden van Gods liefde in Jezus Christus.
Wat mag dat een rust geven, je ziet het aan Elisa. Een rust, die je soms ziet of waar je soms van hoort bij christenen nu. Weten dat alles, alles alleen in Gods handen is. Want Hij is groter, en zijn plannen zijn hoger. Wat geeft dat een rust. Elisa zegt het tegen zijn knecht: wees niet bang! Want God is groter. En Hij regeert. Wat er ook gebeurt.

[God is genadiger: algemeen]
Maar dan ten tweede ook: God is genadiger. Want ook dat zien we in deze geschiedenis. En dat is heel belangrijk. Want als God alleen maar groter is, is dat niet genoeg. Islamitische terroristen die een aanslag plegen, roepen soms ‘Allahoe Akbar’ – en dat betekent letterlijk ‘God is groter’. Onlangs kon je het weer horen op het nieuws helaas, bij Hamas, maar ook in Brussel vorige maand. Als iemand dat roept, “God is groter” met een mes of bom erbij, dan denk ik: groter op welke manier? De God van Israël en Jezus, onze God, is groter dan elke andere macht die zich verheft. Maar… hij is niet groter op de manier van de botte macht. En toch overwint hij. Maar Hij overwint door genadig te zijn. God is genadiger – ook dat blijkt.
De koning van Israël wil de Aramese soldaten al afslachten. Dat zou nu een oorlogsmisdaad zijn, maar toen was er nog geen Geneefse conventie. In die tijd gebeurden zulke dingen vaker. Of anders zouden de vijandelijke soldaten toch zeker gevangen zijn gezet. Of ze werden soms tot slaaf gemaakt. Maar Elisa zegt: niets van dat alles! Hij gaat helemaal de andere kant op, en zo toont Elisa iets van zijn God. De vijandelijke soldaten moeten juist gastvrij onthaald worden, alsof het vrienden zijn. Een maaltijd moeten ze krijgen, en daarna vrijgelaten. Weet u, dit is zo genadig, en zo geniaal! Zeker in de cultuur van eer en schaamte toen. Waren de soldaten gedood of gevangen of tot slaaf gemaakt, dan had de vijandschap tussen Aram en Israël zich alleen maar verdiept. Maar nu, nu komen ze in het krijt te staan bij Israël. Nu kunnen ze niets meer, nu liggen ze onder. Zo stopt de strijd, zoals de slotzin van onze geschiedenis ook aangeeft. Niet door machtiger, maar door genadiger te zijn. Door een maaltijd van genade. Zo mogen ze iets merken van hoe Israëls God is.

[God is genadiger: pastoraal]
Dit laat heel diep iets zien van Gods bedoelingen. Jezus zei het ook: doe goed aan je vijanden, en weerspiegel zo je vader in de hemel. Want zo doet de grote God zelf. Hij verplettert niet de eigenwijze mensen die zich tegen Hem verheffen, nee, hij is juist genadig voor hen. Voor ons. Hij geeft elke dag allerlei zegen. Hij kan alles met ons doen, maar wat geeft hij: goedheid. Genade. Jezus wilde onze schuld dragen. Hij wil ons onverdiend zegenen, ons die bij het verkeerde kamp horen uit onszelf. Zó is de God van Israël. Hij biedt ons een rijke maaltijd aan, en dat we mogen gaan in vrede.
Dat is één van de dingen die het Heilig Avondmaal aanwijst. De maaltijd die we uit genade krijgen, de gastvrijheid van de Heer. Hij doet ons niet naar onze zonden, Hij vergeldt ons niet naar onze ongerechtigheden, zegt een psalm. Nee, Hij geeft ons een rijke maaltijd. Geeft ons het leven dat Jezus bracht door zijn dood. God is genadiger, genadiger dan wij ooit zouden zijn of bedenken. En Hij laat ons gaan in vrede.
Dat geldt niet alleen als je het Heilig Avondmaal viert, dat geldt elke dag. Want dit is Gods manier van doen met mensen. Ze zegenen, leven aanbieden in vrede met Hem. Hij haalt uit dat hele denken in termen van macht: wij zijn sterker dus wij doen met jou wat we willen, en als jij mij in je macht krijgt doe je met mij wat jij wilt. Nee, zo niet bij God. Hij is groter, én genadiger! dat zien we op het allerdiepst in Jezus. Door mensen verworpen en vermoord – en komt er wraak? Nee, genade! Voor ieder die het hebben wil, ook u en ook nu. Heeft het je al aan zijn voeten gebracht?

[slot]
Zo is onze God. Groter, en genadiger. Hij is groter dan alles wat zich groot maakt op aarde, aan mensen en machten, aan dreiging en geweld en gevaar. Gód regeert. Maar niet met brute macht. Juist verrassend. Dingen omkerend. Nooit zo als wij het zouden bedenken. Zijn manier van doen is veel vrijer, en veel beter. Uiteindelijk wint Hij het altijd.
God is genadiger. Dat ook. En eigenlijk is dat nog groter. God is zo groot, dat Hij de minste wil zijn. Een kind wilde worden in een kribbe, een man aan het kruis. Hij de bitterheid, en wij de maaltijd. Hij gevangen, en wij vrij. Dat wonder waar je nooit klaar mee bent in verwonderen: genade. Goedheid. Voor mij. Voor ieder die wil. Van Hem, de allerhoogste!
Daar mochten we van proeven aan het Heilig Avondmaal. Daar mochten we van horen in dit verhaal. En zo mogen we, na de maaltijd, weer verder gaan. Net als die Aramese soldaten in Samaria. Ze zullen veel hebben gehad om over door te denken. Maar wij niet minder. Het mag ons doen en onze daden bepalen. Het mag ons vrij maken, en vrolijk.

Amen