Gemeente van Jezus Christus,
[intro]
vorige week zaterdag was ik in Amsterdam, bij het Concertgebouw aan het Museumplein. Het valt meteen op hoeveel toeristen er rondlopen vanuit de hele wereld. Japanners, Amerikanen, Chinezen, allemaal komen ze naar Amsterdam. Allemaal willen ze de grachten zien en de trapgevels en het Van Gogh-museum of het Rijksmuseum bezoeken. Toch wel bijzonder, dat we dat in Nederland hebben! Alleen… het lijkt wel of die buitenlanders het beter zien dan wij! Ik vind Amsterdam vooral druk en krap. En wat denkt u, zouden Amsterdammers zélf in een rondvaartboot stappen om door de grachten te varen? Of gaan ze vaker naar het Rijksmuseum omdat het zo dichtbij is? Volgens mij niet. Dat wat je elke dag tegenkomt, is niet bijzonder meer!
Iets dergelijks geldt trouwens voor als je in het Westland woont. Toen ik hier naartoe kwam, zeiden veel mensen tegen ons: wat mooi, zo dicht bij het strand! Daar zul je wel vaak naartoe gaan! Maar in de praktijk valt het tegen… Ja, de zee is mooi, daar niet van, maar na een tijdje zie je het niet meer zo erg. Je raakt eraan gewend. Net al je na een tijdje de kassen niet meer ziet die hier alle wegen omzomen.
“Als je te dicht bij staat zie je het niet” zegt een spreekwoord. En zo is het met veel dingen. Niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijk. Als je hele familie muzikaal is, zie je dat niet als iets bijzonder. Als je in Nederland woont, zie je niet hoe uitzonderlijk onze welvaart en veiligheid is.
En iets dergelijks zien we vandaag ook in het Bijbelgedeelte dat we lazen. De inwoners van Nazareth kunnen Jezus niet zien voor wie Hij is. En waarom? Omdat Hij te dichtbij staat!
[de geschiedenis]
Jezus komt in het dorpje waar Hij is opgegroeid: Nazareth. Het stelt niet veel voor, een verzameling huisje, meer niet. Op de sabbat, zo lezen we, begon hij in de synagoge onderwijs te geven. In die tijd waren er geen vaste voorgangers, iedereen die wilde kon tijdens de dienst het woord voeren. Nu doet Jezus dat. De mensen hadden misschien al in zijn richting gekeken. Er gingen immers allerlei verhalen rond over hun voormalige dorpsgenoot. Hoe hij rondtrok, wonderlijke dingen deed, maar ook hoe hij overal sprak over het Koninkrijk van God. Zou hij dat nu ook doen in zijn eigen dorp?
Ja dus, en de mensen staan versteld van wat ze horen. Want Jezus spreekt met wijsheid, en met gezag. Waar heeft hij dat vandaan? Is dit Jezus, die ze van vroeger kennen? Ze herinneren zich Hem nog goed: hoe Hij op het plein speelde met de andere jongens. Jezus, die naast ze zat bij het dorpsfeest. Jezus, die als jongen zijn vader hielp met timmerklusjes, en later zelf timmerman was. Dat is misschien nog geen jaar geleden! Hij is niet jaren weggeweest om te studeren. Dat kan nu wel eens gebeuren, dat een jongere zijn geboortedorp verlaat om te studeren, en na een tijd weer terugkeert als een heel ander mens. Met nieuwe kennis, en niet meer helemaal thuis in het dorpse. Dan is het logisch, nadat iemand een studie heeft gevolgd. Maar Jezus heeft niet gestudeerd bij welke rabbi dan ook. Hoe kan hij dan zo spreken? Wat is er met Hem gebeurd, dat hij nu de Schrift uitlegt, en 12 volgelingen meeneemt en, zoals ze gehoord hebben, overal wonderen doet? Geen wonder dat ze versteld staan!
[verwerping door wie Hem goed kennen]
Versteld staan ze. Maar… dan volgt het droevige van deze geschiedenis: ze accepteren deze nieuwe Jezus níet! Ze nemen aanstoot aan Hem. Ze doen hun best om Hem terug te stoppen in het oude hokje: Hij is toch de timmerman, de zoon van Maria, de broer van Jakobus en Joses en Juda en Simon? Ze accepteren Hem níet, ze wijzen hem af. Het opvallende daarbij is dat ze wél de wijsheid van zijn woorden erkennen; dat ze wél de waarheid van zijn wonderen aannemen. Ze horen Hem immers zelf? En ze zien ook enkele genezingen in hun eigen dorp gebeuren. En tóch geloven ze niet in Hem. Waarom toch?
Dit was precies de vraag waar de christenen mee zaten in Markus’ tijd. Waarom geloofde het Joodse volk niet in Jezus? Onder andere volken kwamen meer en meer volgelingen van Jezus. Maar onder zijn volksgenoten was meest afwijzing. En dat terwijl ze Hem zelf hadden horen spreken. Terwijl al zijn wonderen in Israël gebeurd waren! Hoe kon dat? Een groot vraagteken voor de eerste christenen. Zij zullen in deze geschiedenis hun eigen vraag herkend hebben!
Maar zulke vragen kunnen nog leven. Doen wij soms niet net als in Nazareth? Hier in de kerk is Hij bekend, dichtbij. We erkennen de wijsheid van Jezus’ woorden. We aanvaarden de wonderlijke dingen die Hij deed – zelfs dat Hij opstond uit de dood. Maar luisteren we naar wat Hij zegt? Zijn we bereid ons leven echt te richten naar zijn woorden? Of houden we het dan liever op een afstandje? Zijn de woorden van de Bijbel, de preek té bekend, zodat je ze niet echt meer hoort? Ik vrees vaak van het laatste. Maar waarom eigenlijk? Waarom krimpt de kerk in Europa, terwijl we hier Jezus al eeuwen kennen? Terwijl de kerk in de derde wereld steeds groeit, keren hier zovelen zich af. Groeien de twijfels in het hart van zovele kerkgangers. Waarom toch? Wat is er aan de hand?
[de inhoud van Jezus’ onderwijs]
Weet u, de afwijzing in Nazareth ligt niet aan het feit dát Jezus onderwijst. Het ligt aan wát Hij zegt.
Dat vinden we niet in dit Bijbelgedeelte, daarvoor moeten we even terug gaan. Wat verkondigt Jezus, wat is zijn boodschap? Dat vat Markus meteen samen in het begin van hoofdstuk 1. Daar staat “Jezus predikte het Evangelie van het Koninkrijk van God, en Hij zei: De tijd is vervuld en het Koninkrijk van God is nabijgekomen; bekeer u en geloof het Evangelie”. Jezus bracht de goede boodschap dat Gods koninkrijk, Gods nieuwe wereld, zou komen. Dat liet hij zien in zijn daden: de wonderen, die de confrontatie aangaan met ziekte en nood en duivel en dood. Daar hebben we de vorige keren iets over gehoord. Maar naast de confrontatie is er de invitatie – de uitnodiging. Hij roept op om klaar te zijn voor de komt van Gods koninkrijk. “Bekeer u – begin een nieuw leven, want: het koninkrijk van God is dichtbij gekomen”. Een sterke oproep! Zo zal Jezus dus ook in Nazareth gepreekt hebben. Mensen, dorpsgenoten, ga anders leven, keer je om! Zoals je nu bent en doet, gaat het niet goed. Stop met wat slecht is, leef in liefde. Bekeer je, want Gods koninkrijk komt!
[diepste reden: autoriteit niet aanvaarden]
Kijk, en dat is nu precies de reden waarom Jezus wordt afgewezen. Hij doet een oproep met autoriteit. Hij meent te kunnen zeggen wat anderen moeten doen, en Hij keurt bepaalde dingen in hun leven blijkbaar af! Juist dát is het wat irritatie opwekt. Toen al in Nazareth. Veelzeggend staat er ‘hij begon te onderwijzen’ – maar misschien bereikte Hij het einde van zijn toespraak nooit! Als Hij nu een mooi en wijs betoog in het algemeen had gehouden, dan was het hele dorp trots op Hem geweest. Zo’n geleerde dorpsgenoot! Maar Hij praat heel praktisch. Hij legt een claim op je leven, Hij laat je niet vrij. Dát wekt ergernis, toen en nu.
In onze maatschappij is er een grote allergie voor mensen die je vertellen wat je moet doen. Dat maak ik toch zeker zelf wel uit! Daarom keren mensen zich af van de kerk – die soms inderdaad veel te veel heeft gezegd wat wel en niet mag. Maar om deze reden keren mensen zich ook echt af van God – als je Hem boven je erkent, dan ben je niet vrij om te doen wat je wilt!
In Nazareth was het niet anders. Wie denkt die Jezus wel dat Hij is? Moet Hij, hun dorpsgenoot, hen oproepen om anders te gaan leven? Ze noemen hem ineens ‘die man’: waar heeft die man het allemaal vandaan? Hij is toch ‘de zoon van Maria’, wat denkt Hij dan boven ze te staan? Zijn gezag erkennen: zeker niet!
Zo ging het later eigenlijk met heel Israël, en zeker met de leiders. Ze ergerden zich aan Jezus en zijn boodschap. Moeten wij ons bekeren? Wij zijn toch kinderen van Abraham! Wij hebben Gods wet toch al? De mensen in Markus’ tijd zagen het gebeuren: juist het Joodse volk, dat het meeste van Jezus zag en hoorde, wijst hem af.
En voordat wij nu ons hoofd schudden over anderen: geldt dit misschien ook voor ons? De boodschap van Jezus die ik u telkens breng is dezelfde: bekeer je! leef een leven dat past bij Gods komende rijk. En dat betekent dus dat er bij ons dingen moeten veranderen. Wil je dat horen, of wekt dat ergernis? U moet veranderen, met uw rustige leven gericht op eigen comfort. Jij moet veranderen, met je gerichtheid op succes en slagen. Ik moet veranderen, met mijn woorden die zo vaak vromer zijn dan mijn hart! Kunnen we deze boodschap hebben, of doen we het eigenlijk graag zonder?
[Gods rijk gaat wel door]
Nazareth verwerpt Jezus. Maar dat wil niet zeggen dat Jezus’ missie nu mislukt is. Verre van dat! Gods rijk komt, was de boodschap, en dat is en blijft waar. Als ze het niet willen horen in Nazareth, gaat Jezus naar de omliggende dorpen om er te onderwijzen. Nee, de afwijzing door de mensen in Nazareth schaadt Gods plan niet. Het schaadt alleen henzelf.
Het is opvallend: na de afwijzing in Nazareth wordt er zelfs extra kracht gezet achter de verkondiging van het goede nieuws. Jezus roept zijn twaalf leerlingen en stuurt ze erop uit in tweetallen. Ze moeten dezelfde boodschap brengen als Jezus, en op dezelfde manier: in woorden en wonderen. Gods plan gaat verder, ondanks de afwijzing!
We zien hier hetzelfde gebeuren wat later in het groot gebeurt. Jezus wordt in Israël afgewezen en gedood. Maar is dat einde verhaal? Zeker niet! Jezus staat op, en… Hij stuurt zijn leerlingen eropuit. Gods plan is niet te stuiten. Als na Pasen de boodschap onder vele Joden afgewezen blijft worden, gaan ze naar andere volken. Net zoals Jezus hier na afwijzing naar andere dorpen gaat om te onderwijzen!
Zou het nu ook niet zo gaan? Als in Europa Jezus’ claims worden afgewezen als intolerant, dan gaat Hij wel elders verder! Dan werkt de Geest in Afrika en Azië. Als gevestigde kerken Jezus ten diepste niet nodig hebben, dan gaat Hij wel naar de pinkstergroepen of de migrantenkerken – die groeien! Gods plan gaat door. Ook als u en ik naar Jezus’ woorden naast ons neerleggen. Wat zouden we dan klagen, als de zegen niet hier maar elders komt? Gods plan gaat door! De vraag is alleen: met wie?
[niet luisteren= heil mislopen]
Wie zich ergert aan Jezus oproep, die loopt de zegen mis! In Nazareth, en later in Israël, wordt Jezus niet aanvaard. Maar tot hun eigen onheil. Alleen wie Jezus’ woorden ter harte neemt, er naar luistert en leeft, díe komt in het Koninkrijk! Er naar leven met vallen en opstaan natuurlijk, maar in elk geval: wie zijn gezag erkent, Hem als Heer heeft. Is dat zo bij u en jou? De oudste christelijke geloofsbelijdenis is ‘Jezus is Heer’ – Hij heeft het voor het zeggen in mijn leven.
Onze westerse cultuur struikelt over Jezus. Over het feit dat Hij zegt dat je je moet bekeren. Intolerant en veel te absoluut dit! Tenzij Jezus werkelijk van God is, maar dat wordt bij voorbaat uitgesloten. Zo lopen helaas velen, hoe beschaafd en verlicht ook, voorbij aan alles wat Jezus geeft. Een heel koninkrijk!
En, hoe is dat bij u? en bij jou, en bij mij? Jezus spreekt ons aan, telkens weer. Ook vandaag. Hij zegt: je kunt niet zomaar dóórleven. Gods toekomst komt eraan! En daarom: bekeer je! Laat je vernieuwen. Wat doet u of jij ermee? Juist als je al jaren in de kerk zit, en het allemaal allang weet, kan dat een grote belemmering zijn om echt om te keren. ‘Als je te dichtbij staat, zie je het niet meer’. Als je steeds in de kerk zit heeft het altijd uitwerking: óf je groeit in geloof, dat hoop ik! O, en dat kan ook, je wordt steeds ongevoeliger, want je denkt het wel te weten. Wie laat nog verrassen door Jezus’ oproep? Wie komt in beweging?
[slot]
Luister daarom, ook vanmorgen, naar Jezus’ stem: erken Mij als je Heer! Laat Mij het te zeggen krijgen over je leven. Dit is een fundamentele beslissing in elk mensenleven: erkennen we Jezus’ autoriteit en luisteren we, of niet? Dat laatste kan in botte afwijzing of ergernis, maar ook in vriendelijk negeren! Hebt u of jij die keuze ooit gemaakt? Zo nee, doe het dan nu! Want al moet je dan een meerdere erkennen, wie is er beter daarvoor geschikt dat Jezus? Hij is de Heer, maar Hij is ook de liefde zelf! Hij roept u, met gezag en met liefde: kom toch bij mij! Hij gaf zelfs zijn leven om u te verlossen. Erken Hem! Laat de Heer zich niet hoeven verbazen om úw ongeloof.
Laat je gezeggen – dát is de boodschap vanmorgen. Een boodschap die iedere christen telkens telkens weer moet horen. Ook al geloof je, erken je Jezus als Heer, hoe snel doe je toch niet je eigen zin? Juist als je al een tijd gelooft, kan Jezus iemand zijn die we wel denken te kennen, net als de mensen in Nazareth. Maar hor je zijn stem nog echt, en beïnvloedt wat Hij zegt je gedrag? Maak je nog voortgang in het leven met Hem?
En tenslotte, daar wil ik mee afsluiten: wie wél Hem aanvaardt voor wie Hij is, die aanvaardt hoe zegenrijk dat is. Kijk naar de enkelen in Nazareth die Hem niet verwerpen. Het zijn zieken die tot Hem komen in geloof. En… ze worden genezen. Kijk naar wat Jezus’ leerlingen voor opdracht krijgen: bevrijding brengen uit de macht van het duister, voor ieder die maar wil horen. Als je de oproep van de Here Jezus aanneemt, je omkeert om op zijn weg te gaan, voor het eerst en steeds weer, dan zul je merken dat het de góede keuze is. Hij roept ons, u en mij, opdat we leven vinden en overvloed! Bij Hem zijn ze te vinden, voor ieder die zich niet ergert.
Laat u dan gezeggen, voor het eerst, en telkens opnieuw! U zult er nooit spijt van krijgen!
Amen