Tags

, , ,

Gemeente van Jezus Christus,

[intro: roeping]
vandaag een bijzondere dienst: vier broeders en zusters zullen worden bevestigd of herbevestigd als ambtsdrager. Maar wat betekent dat precies? Dat ze vrijwilligerswerk gaan doen in onze kerk? Ergens wel natuurlijk. Betekent het dat ze een bepaalde taak krijgen toebedeeld? Ook dat is niet onwaar. Een ouderling heeft bepaalde taken, een ouderling-kerkrentmeester weer andere, een diaken doet weer iets anders, en het is allemaal vrijwillig. Maar is dat waar het om gaat vanmorgen? Dat er weer vrijwilligers gestrikt zijn, dat de taken gedaan worden? Ik denk toch dat we iets verder mogen zien. Straks zullen we het formulier lezen dat bij deze gelegenheid hoort, en dat helpt ons daarbij. De eerste vraag die onze broeders en zusters hier vooraan straks moeten beantwoorden, is deze: ‘gelooft u dat u, in uw verkiezing door deze gemeente, door God zelf tot deze dienst geroepen bent?’ Geroepen – dat raakt de kern. Ouderling of diaken zijn is een roeping. Iets waartoe je wordt geroepen, door God.
Wat dat is, geroepen? Eigenlijk heel eenvoudig. Je bent als kind boven aan het spelen, en dan hoor je van beneden “Jelle, eten!”. Je wordt geroepen. En daar luister je dan naar – of niet. Ander voorbeeld: je loopt op straat met je vrienden, en dan hoor je een oudere vrouw van de overkant van de parkeerplaats: meisjes, kom eens hier! Je wordt geroepen. En je gaat kijken wat er aan de hand is – of niet, je loopt door, dat kan ook.
Net zo roept God mensen. Bijvoorbeeld om kerkenraadslid te worden. Maar ik kan me voorstellen dat dat voor sommigen ver van je bed is. Als je tiener bent, of als u achter de kerkradio zit. Maar… worden alleen sommige mensen geroepen door God? Of roept Hij ons misschien allemaal? Maar waarvoor dan? Het zou raar zijn als we allemaal in de kerkenraad geroepen worden – dat zou lastig vergaderen…

[twee soorten roeping]
Het gedeelte uit de Bijbel dat we lazen, gaat over geroepen worden. Jezus begint aan zijn openbare optreden in Israël. Hij is volwassen geworden, gedoopt door Johannes de Doper, en nu gaat hij beginnen aan het werk waarvoor hij kwam. Eén van de eerste dingen die hij dan doet, is mensen roepen. Vier vissers roept hij weg bij hun netten, om met Hem mee te gaan. Vissers van mensen moeten ze worden.
Echter, dit is niet het állereerst wat Jezus doet. Ervoor staat nog één zinnetje, dat we niet over het hoofd moeten zien. Luister maar, zó begint het werk van Jezus. “Vanaf toen begon Jezus zijn verkondiging. ‘Kom tot inkeer’, zei Hij, ‘want het koninkrijk van de hemel is dichtbij’”. Dit is ook al een oproep! Jezus begint zijn werk met mensen te roepen. Álle mensen roept hij, om een nieuw leven te beginnen. Niet alleen sómmige mensen worden geroepen door Jezus, nee, hij roept iedereen. Ook u en jou!
Dat is de eerste roeping, voor iedereen. Echter, we zien dus ook dat Jezus sommige mensen in het bijzonder roept: Petrus en die andere vissers. Jezus heeft een taak speciaal voor hen. Dit is een tweede soort roeping, voor sommige mensen.
Jezus roept dus op twee manieren: iedereen, maar sommige mensen speciaal. Bij allebei wil ik stilstaan.

[de bijzondere roeping tot een taak]
Eerst maar die speciale roeping, zoals dat Petrus overkwam en Andreas, Jakobus en Johannes. Stel je voor, je bent je netten aan het herstellen, en dan komt daar ineens Jezus aan, die roept: kom, volg mij, ga met me mee! Wat zou jij ervan denken, of u? Waarschijnlijk, dat moet ik er wel bij zeggen, was Jezus al even actief in die streek, dus ze hadden Hem al vaker horen preken. Maar toch… alles loslaten en met Jezus meegaan? Dat is wel een bijzondere, een grote stap! Dat vroeg Jezus niet van iedereen, ook toen niet.
Deze vier worden geroepen. Ze moeten Jezus letterlijk volgen, met hem meegaan. En waarom? Omdat Jezus een taak voor ze heeft! “Volg mij,” zegt Hij, “en ik zal jullie vissers van mensen maken”. Beeldspraak natuurlijk, bedoeld is: zij mogen mensen voor God gaan winnen. Ze mogen, net als Jezus is begonnen te doen, de boodschap van Gods koninkrijk gaan brengen. Eerst lopen ze een tijdje stage, zogezegd, kijken ze mee, en in hoofdstuk 10 stuurt Jezus ze er op uit om zelf te preken en te genezen, net als Hij doet. Petrus en Johannes en de anderen krijgen werk te doen voor en namens Jezus! En straks, als Hij weer naar zijn Vader gaat, mogen ze zijn werk voortzetten. Jezus’ werk gaat door – door mensen heen die hij geroepen heeft.
Tegenwoordig is het nog steeds zo. Jezus’ werk gaat door – en daar roept hij mensen voor. Als predikant of ouderling, of diaken, of op nog andere manieren. Hij roept gewone mensen, die zichzelf misschien nooit zouden hebben aangemeld. De Heer roept jullie, die hier nu vooraan staan. Je mag werk doen voor Hem, voor het koninkrijk. Eigenlijk net als die eerste apostelen!
Ik vind het dan erg mooi hóe Jezus deze vissers aanspreekt, passend bij wie ze zijn: ‘ik zal je vissers van mensen maken’. Tegenwoordig zou de Heer vast beelden gebruiken die bij onze situatie passen. Werk je in de zorg, dan roept Jezus vandaag misschien u of jou: “kom, zorg voor de zielen, niet alleen voor het lichaam”. Werk je in het onderwijs, dat zegt Hij “leraar, word mijn leerling!” Zit in in de financiën dan zou Hij zeggen “word beheerder van mijn schatten”. Enzovoorts. Wat zou Hij tegen ú kunnen zeggen? Ook vandaag roept Hij mensen om in zijn dienst te treden!

[de algemene roeping en ons staan daarin]
Echter, niet iedereen wordt zo geroepen. Niet iedereen kán zo geroepen worden. Vóórdat je geroepen kunt worden tot een taak voor de Heer, zul je eerst gehoor gegeven moeten hebben aan die algemene roeping voor iedereen. Jezus zegt niet meteen ‘ik zal jullie vissers van mensen maken’. Nee, eerst zegt Hij ‘volg mij!’ In de manier waarop Mattheüs het opschrijft blijkt wel dat dit méér is dan iets voor die vier vissers alleen. ‘Volg mij’, dat is wat Jezus zegt tegen ons allemaal, ook nu. Ga leven in het spoor van Jezus! Het is feitelijk dezelfde oproep als wat Jezus eerder zei ‘kom tot inkeer’ – leef voor God. Alleen als je die stap hebt gemaakt, kan God je gebruiken in zijn dienst! Het is net als wanneer je bijvoorbeeld burgemeester wilt worden van een Nederlandse stad. Om dat te kunnen worden, zul je eerst Nederlander moeten zijn, heel basic. eerst Neerlander, dan pas burgemeester. Net zo zul je eerst Jezus moeten volgen, je leven op Hem gericht hebben, voor Hij je eventueel kan roepen tot een bepaalde taak.
Ik zei al, niet iedereen wordt tot een speciale taak geroepen. Maar we worden wel allemaal geroepen om Jezus te volgen, om ons te bekeren, om in Hem te geloven. Heb jij die roep al gehoord? Jezus roept, vandaag, jou. Hij zegt: laat mij de nummer één zijn in je leven. Heb je het al gehoord? En: heb je al geluisterd? Denk aan Jelle die geroepen werd dat het eten klaar is – hij kan er ook voor kiezen om te doen of hij niets hoort en gewoon door te spelen. Maar uiteindelijk loopt dat mis.
‘Kom tot inkeer’ roept Jezus tot iedereen, toen en nu. Heel letterlijk staat er: ga anders denken. Ga omdenken – je kent het misschien wel, omdenken, posters met van die verrassende teksten. Zo van “helpen is niet altijd het meest helpend” of “ik neem meer tijd om te bidden want ik heb zoveel te doen”. Christen worden is een soort omdenken, een andere focus krijgen. Je leert niet meer te denken met jezelf als middelpunt, maar gericht te zijn op wat God vraagt en wat Hij geeft. Niet meer je eigen weg uit te stippelen, maar Jezus te volgen. Je te binden aan Hem om zo vrij te worden – weer zo’n omdenker.
Jezus roept ons allemaal! De grote vraag is: heb je zijn roep al beantwoord? Heb je al ‘ja’ tegen Hem gezegd, in je hart en met je mond? Dan ben je werkelijk een christen, niet als je alleen maar een kerkbezoeker bent. Jongeren, wil je christen zijn, niet alleen christelijk opgevoed? Dat is de vraag die Jezus je stelt! En dat geldt ook als je ouder bent. En durf je dat ook te belijden, hier in de kerk? Pas dan trouwens wel op, als je belijdend lid bent kun je geroepen worden voor een taak! Maar dat is pas punt twee. Punt één is dat we, ieder persoonlijk, Jezus’ roep beantwoorden in ons leven. Jezus’ oproep aan ons allen: kom tot inkeer, volg mij!

[ons staan tegenover de bijzondere roeping]
Als je eenmaal Jezus algemene roep hebt beantwoord, zóu het kunnen dat je ook speciaal geroepen wordt ergens voor. Misschien komt er wel de overtuiging diep in je hart, dat je iets moet gaan doen voor vluchtelingen, of dat je theologie moet gaan studeren. Of misschien komen ze wel een brief brengen dat je benoemd bent tot ouderling of –kerkrentmeester of diaken. Zo zijn jullie hier vooraan terecht gekomen: roeping!
Toen Jezus langskwam bij Petrus en de anderen vroeg Hij niet of ze misschien zin hadden om dingen voor Hem te gaan doen. Hij vroeg ook niet of ze zichzelf geschikt vonden, of welke dingen in hun werk of privéleven in de weg konden staan. Hij kwam gewoon, en zei: volg mij, ik zal u vissers van mensen maken! En wonderlijk: ze luisterden, ze gingen mee, ze hielden niet vast aan hun eigen plannen. Daar zorgde Gods Geest voor.
Ik weet niet waartoe God u roept, of jou. Hebt u er zelf al eens over nagedacht? En ik wil even heel concreet worden. U weet waarschijnlijk wel: er zijn nog enkele vacatures in de kerkenraad hier, en aanstaande woensdag vergadert de kerkenraad over de vervulling ervan. Dan zullen er mensen benoemd worden. Hier in onze kerk worden mensen niet gevraagd, maar benoemd voor een vacature is in de kerkenraad. Je kunt denken: moet dat nu zo? En daar zou meer over te zeggen zijn. Maar het past wel bij hoe het in ons Bijbelgedeelte gaat. Niet vragen of iemand zin heft, of dat het uitkomt in je plannen, nee, gewoon geroepen. Een benoeming in de kerkenraad is niet een vrijblijvende vraag. Er is voor gebeden wie het moeten zijn, er is Gods leiding gezocht – wilt u er trouwens allemaal vóór bidden deze dagen. En stel, er komt bij u binnenkort een benoemingsbrief binnen. Zie dat als een roeping! Net zoals Jezus ineens die vissers riep, die nergens om gevraagd hadden.
En natuurlijk, er kunnen goede redenen zijn om een benoeming niet te aanvaarden. Een kerkenraad kent niet alle omstandigheden, kan fout zitten. Maar overweeg het altijd biddend! En bedenk: als je Jezus volgt, kan hij zomaar langskomen om je te roepen voor een taak. En denk aan die vissers: waren zij zo geschikt, zo geschoold; was er niet veel dat hen bond? En toch, ze gingen, en werden tot grote zegen!

[de kosten en baten van het ingaan op zijn roeping]
Dat is, tenslotte, een bemoediging voor jullie die hier klaarstaan om ‘ja’ te zeggen; en voor ieder die in de kerkenraad zit of een andere taak vervult. Ja, ten diepste voor iedereen die Jezus roep beantwoord heeft in zijn of haar leven. Als Jezus roept, is dat aan de ene kant een uitdaging, dan kost het iets. Maar aan de andere kant is het een voorrecht, een zegen, krijg je er zoveel voor terug.
Jezus volgen, christen zijn, kost wat. Er zijn dingen die je niet meer kunt doen – je moet je afkeren van alles wat leeg is of onoprecht. Je kunt niet meer doen wat je zelf wilt, want je leert te vragen: heer, wat wilt U dat ik doen zal? Het gaat je geld aan, en je tijd, en je keuzes. Dat geldt voor íeder die Jezus roept, ook als je geen roeping ontvangt voor een speciale taak. Maar dan geldt het nog des te sterker: je word gevraagd om tijd, om inzet, om energie. Je moet misschien dingen loslaten, achterlaten, net als Petrus en zijn collega-vissers.
Maar aan de andere kant: wat is het een voorrecht, een zegen, om door Jezus geroepen te worden en die roep te volgen. Als je christen wordt: je krijgt deel aan Gods liefde, je krijgt een schat in de hemel en zijn Geest in je hart. En in het bijzonder als je je mag inzetten voor Hem. Dat brengt je dicht bij de Heer. Wat hebben Petrus en die anderen veel geleerd, veel gezien, veel mogen betekenen! En zo werkt het nog. Als je ingaat op zijn roeping leer je Hem meer en meer kennen. Je mag merken hoe Hij je helpt bij de taak waarvoor Hij roept. Want als de Heer iemand roept, zal hij ook geven wat nodig is! Je mag meewerken in zijn Koninkrijk, er soms iets van zien hoe Hij werkt.
Ja, Jezus roept! Hij roept ons allen. Om ons hart aan hem te geven allereerst. En dan ook onze handen, ons hoofd, en alles. Hier in de kerk misschien, of ergens anders. Vooraan zittend of onopvallend. Zijn roep klinkt. En gelukkig ben je, als je niet blijft zitten!

[slot]
Jezus die langs het water liep
en Simon en Andreas riep,
om zomaar zonder praten
hun netten te verlaten,-
Hij komt misschien vandaag voorbij
en roept ook ons, roept u en mij,
om alles op te geven
en trouw Hem na te leven. (Liedboek voor de kerken Gez. 47:1)
Amen