Tags

, , ,

Bijbeltekst die centraal staat: Romeinen 15:4

Gemeente van Jezus Christus, thuis en hier in de kerk,

[intro: huidige situatie]
30 mensen zitten hier in de kerk, meer niet. En om maar met de deur in huis te vallen: het ziet er niet naar uit dat dat spoedig zal veranderen. Nee, misschien wordt het nog wel beperkter. Als de cijfers over coronabesmettingen en ziekenhuisopnames blijven stijgen, zou er zelfs een nieuwe lock-down kunnen komen in één of andere vorm. Kunnen we dan nog wel naar de kerk, of wordt het weer zoals in het voorjaar? Laten we hopen van niet, maar je weet het nooit. En trouwens, al blijft het zoals het nu is, dan is het toch doormodderen tot het voorjaar. Dan zie ik de meeste mensen niet hier in de kerk, zien we elkaar ook niet hier, maar zal de meerderheid moeten blijven meekijken in eigen huis… Wat zal dat uitwerken voor onze kerk? Wat zal dat uitwerken voor uw en jouw leven met God?
En daarom: vanmorgen een praktische preek. Hoe te geloven als je meest thuis moet blijven, als de kerkgang is beperkt? Een heel dringende vraag in deze rare tijd! Dan denk ik dat één ding heel belangrijk is: dat we zélf de Bijbel blijven lezen, en blijven bidden. Natuurlijk is het het mooist als je dat samen kunt doen, maar dat kan ook thuis. De kinderen kennen vast wel dat liedje “lees je Bijbel, bid elke dag, dat je groeien mag!” Nou, en dat is ook zo. En het mooie: de Bijbel en het gebed zijn niet beperkt door coronamaatregelen. Al zou de kerk helemaal dichtgaan, de Bijbel kan open blijven gaan bij u en jou thuis. Daarom wil ik vanmorgen speciaal stilstaan bij het belang van de Bijbel voor je persoonlijk geloof.

[geen boek van vroeger]
Als uitgangspunt neem ik woorden uit de Bijbel zelf. Woorden die Paulus schrijft in Romeinen 15 vers 4: “Alles wat vroeger is geschreven, is geschreven om ons te onderwijzen, opdat wij door te volharden en door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen”. [herhaal?]
Wat staat hier? Laten we het gewoon maar langsgaan. Wat er in de Bijbel staat, schrijft Paulus, “is geschreven om ons te onderwijzen”. En dan zet ik meteen een streepje onder het woordje ons. De Bijbelwoorden zijn een boodschap voor ons, voor u en jou en mij persoonlijk. Dat is anders dan bij een gewoon boek. De schrijver van een boek heeft bij het schrijven een of ander lezerspubliek voor ogen, maar hij schrijft nooit persóónlijk aan míj.
Maar, denkt iemand, dat is bij de Bijbel toch ook niet zo? De schrijvers van de Bijbel hadden echt niet mij voor ogen, hier in 2020 in Woudrichem! Als David, of wie dan ook, een psalm schrijft, dan schreef hij een gedicht voor God, of misschien voor de mensen van toen. Maar niet voor mij! Als Paulus zijn Romeinenbrief schrijft, is die bestemd voor de christenen in Rome, 2000 jaar geleden. Niet voor ons! Wij zijn alleen maar méé-lezers.
Ja, dat is zo. En tegelijk: nee! De Bijbel is toch voor óns geschreven. Zo heeft God het geleid. Een Bijbelschrijver schreef natúúrlijk voor mensen toen. En tóch spreken Bijbelwoorden mensenvan nu persoonlijk aan. Want de Bijbel is het boek van God. Mensen schreven dingen op, en tegelijk is God de grote auteur achter de schrijvers. Daarom hebben ze een bijzondere werking. Door zijn Heilige Geest zorgt God dat die oude woorden nog steeds raken, op ons leven en onze situatie slaan.
Een voorbeeld: iemand maakt zich zorgen over allerlei dingen in zijn persoonlijk leven. ’s Avonds leest hij uit de Bijbel. En wat leest hijm zogenaamd toevallig? “Ik zal u niet begeven, Ik zal u niet verlaten”. Hij voelt zich persoonlijk aangesproken in zijn situatie. Getroost en bemoedigd. God zal hem niet in de steek laten, al zijn er nu dingen moeilijk! God spreekt tot hem persoonlijk, door de Bijbel – al waren die woorden oorspronkelijk voor andere mensen van lang geleden.
God spreekt tot óns, door de Bijbel. Want “alles wat vroeger geschreven is, is geschreven om óns te onderwijzen”. Natuurlijk is het mooi om te onderzoeken wat de woorden in hun oorspronkelijke context betekenden, daar leer je veel van. Maar je hebt geen graad in de theologie nodig om aangesproken te worden! Veel belangrijker is het om biddend te lezen, in geloof dat God spreekt door de Bijbelwoorden. Dat het tot ónze onderwijzing is geschreven, niet alleen ‘verhalen van vroeger’. De Bijbel spreekt ook vandaag!

[volhouden op de weg]
Wat vroeger geschreven is, is geschreven om ons te onderwijzen, zegt Paulus. Dat kan een misverstand oproepen. Bij ‘onderwijzen’ denk je al snel aan schoolbankjes en klaslokalen. Weetjes en feiten, interessant of saai. ingen voor in je hoofd. Maar zo is het Bijbelse onderwijs niet bedoeld! De Engelse prediker Moody zei eens: “De Bijbel is ons niet gegeven om onze kennis te vergroten, maar om ons leven te veranderen”. De bedoeling van Bijbellezen is niet allerlei weetjes opdoen, zoals hoe de twaalf zonen van Jakob heetten. De Bijbel is bedoeld als onderwijs voor hoofd én hart én handen. Voor de hele mens: je denken, je voelen en je doen.
De Bijbel geeft ons wat nodig is voor onderweg. Voor de weg als christen achter Jezus aan. Daar heb je méér voor nodig dan kennis! Af en toe kan het volgen van Jezus namelijk een lange en stoffige weg zijn. Soms komen er aanvallen. Dat het je ineens aanvliegt: is het wel waar? Volg ik geen ingebeeld idee? Of misschien nog wel vaker van die slinkse aanvallen: dat drukte en dingen je gaan beheersen, dat het alledaagse bestaan zó over je heenspoelt dat je de Heer gaat vergeten. Dat je langzamer gaat lopen op de weg, tot stilstand komt; niet meer leeft met een doel voor ogen. Wie herkent het niet? Daarover schrijft Paulus ook in de tekst: “door te volharden” zegt hij. Christen-zijn is een zaak van volharding – volhouden. Het gaat ons niet vanzelf af!
Gaan geloven is prachtig – het evangelie horen, vreugde en vrede vinden bij God. Maar op de weg blíjven, dat is nog iets anders. Een woestijnreis naar het beloofde land is het soms, net als het volk Israël vroeger. En zeker in deze tijd, waar je niet weet wat zelfs de nabije toekomst brengt, als de coronamaatregelen alles ontregelen. Dan is het nodig om vol te houdente volharden in het geloof. Het is nu wel héél makkelijk om zondag uit te slapen en later de dienst een keer te kijken. En vervolgens zul je merken dat dat ‘later kijken’ er ook niet zo van komt. Je ziet elkaar niet als kerkleden, je kunt doen wat je maar wilt. Houden we vol? Ook u thuis?

[troost en hoop opdat we volhouden]
Maar… als het alleen aankwam op volharding, dan zou je snel merken hoe daar het woord ‘hard’ inzit. Hard: jezelf voortdurend een schop moeten geven. Je eigen kracht inspannen. Dan wordt het een harde plicht.
Maar nu het mooie. Wij hoeven de huidige weg niet te gaan op eigen kracht. Natuurlijk moeten we volhouden. Maar God geeft ons wat we nodig hebben. Het is staat in het volgende vers: God die ons doet volharden.
En hoe geeft Hij dan kracht, ook aan mensen op de woestijnige weg van ingekrompen kerkgang? Door de Bijbel! Dát zegt onze tekst. “Alles wat vroeger is geschreven, is geschreven om ons te onderwijzen, opdat wij door te volharden en door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen.”. Door de Schriften, door de Bijbelwoorden – daardoor geeft Hij ons troost en hoop.
Troost. Als je het soms niet meer ziet zitten in deze sombere herfst, of als er ander verdriet is, of als je jezelf soms zó tegenvalt… dan wil de Heer ons troosten door zijn Woord. Als je daarin leest, daaruit hoort, dan lijkt het soms alsof Hij dichtbij komt. Dat Hij het zegt, met allerlei Bijbelwoorden. “Kom naar mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven”; of: “Werp al uw zorgen op Hem, want Hij zorgt voor u”, of: “Niets kan ons scheiden van de liefde van Christus”.
Woorden van troost, zodat je weer verder kunt. Als balsem op je ziel. Als je bijvoorbeeld weet dat je fout zat en je dan leest: “al waren uw zonden rood als scharlaken, ik zal ze maken als witte wol, als sneeuw”. Troostwoorden in de Bijbel, door de Heilige Geest in je hart gelegd. Om te blijven hopen!
Want hoop, zegt Paulus ons, daar hebben we evenzeer de Bijbel voor nodig. Om steeds weer helder te krijgen waarheen we op weg zijn. De hoop van een christen is immers iets wat je niet ziet, maar iets wat je gelooft. Gods koninkrijk, de hemel, eeuwig leven, het kan soms allemaal zo onwerkelijk lijken. Gaat het dáárheen, ga ík daarheen? Zeker als je hoofd vol is van onrust omdat je bedrijf omvalt, en de kranten vol staan met klimaatcrisis en criminaliteit. Als je de Schriften openslaat, dan wordt het je weer voorgehouden. Het Vaderhuis met de vele woningen, de nieuwe hemel en aarde, Jezus die belooft dat Hij komt. “God Zelf zal bij de mensen wonen, en Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen”. Als je het leest, als je erover hoort, kan het ineens gaan leven. Dan wordt het verlangen lévend, dan wordt de hoop levend. Wat zou onze hoop soms uitdoven als we alleen om ons heen keken! Maar God geeft juist dan zijn Woord. Opdat wij “door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen”!

[oproep: lees hem dan!]
Wat een zegen dat de Heer ons zijn Woord geeft, de Bijbel! Maar wat is het dan ook belangrijk dat we de Bijbel lezen. Dat we die woorden indrinken die voor óns zijn geschreven, zodat we kunnen volhouden. Wat is het dom als je de Bijbel dichtlaat! Het is alsof je een wandelaar bent die een lunchpakket bij zich heeft maar het vergeet op te eten. Het is als een zieke die er niet aan denkt om zijn medicijnen in te nemen. Als een automobilist die vergeet te tanken.
Ja, denkt iemand, maar ik ben zo druk. Het komt er gewoon niet van! Tja… Dan sla je je maaltijden toch ook niet over? Je geestelijk voedsel wel dan? En hoeveel tijd besteed je aan de TV, aan sociale media, aan je telefoon? Geen tijd is ook altijd een kwestie van geen prioriteit.
Wie de Bijbel dichtlaat, juist nu, kan niet verwachten dat je het volhoudt op de weg van het geloof. Dan verlies je het einddoel uit het oog, dan zakt de hoop weg. Dan wordt het troosteloos, en op een gegeven moment… Sluipend of ineens is het geloof verdwenen, de verbinding met God. Ik vrees daarvoor in deze tijd – dat mag u best weten.
Iemand zegt wellicht: maar ik ben geen lezer, ik lees verder ook haast nooit een boek! Ja, dan zal het meer moeite kosten om de Bijbel te lezen. Begin dan maar met een klein stukje. En bid de Heer extra veel om hulp. Schrijf je maar zoveel mogelijk in voor de kerkdienst, daar klinkt Gods woord ook. En we hebben een avonddienst, vergeet die niet! Ik zou daar wel meer mensen willen zien… Praat ook met anderen over de Bijbel, bijvoorbeeld thuis in je gezin of met je partner. Of op een Bijbelkring, zolang die nog mogen samenkomen. Ben je geen lezer? Luister dan de Bijbel. Op Youtube staat hij helemala ingesproken. Kijk een Bijbelse film. Zoek maar naar mogelijkheden. Want de enorme hoeveelheid hoop en troost die in dit boek zit, die heb je echt we nodig!

[eigen voorbeeld]
Door de eeuwen heen hebben christenen het ervaren hoe de Bijbel voor hén geschreven was, hoe ze er hoop en kracht van kregen om vol te houden. Ook onder ons, ik weet het zeker, ik hoor de verhalen. We zijn alleen helaas niet zo gewend om erover te praten. Ik zal u daarom een voorbeeld uit mijn eigen leven vertellen. Want het werkt écht!
Toen ik nog theologiestudent was, voelde ik me op een bepaald moment nogal gedeprimeerd. Op dat moment vond ik mezelf weinig geschikt om predikant te worden. Ik zag verkeerde dingen bij mezelf, mijn geloof stelde niet veel voor, en moest ik dan anderen allemaal vrome dingen gaan vertellen?
Met al die gedachten door m’n hoofd malend ging ik naar een Taizé-viering. Dat is een bijeenkomst waar onder andere een Bijbelgedeelte wordt voorgelezen, maar zonder preek erbij. De Schriftlezing was over Petrus en Jezus. Petrus zegt in dat Bijbelgedeelte “Heer, ga weg van mij, want ik ben een zondig mens” – daar kon ik in meekomen. En wat zegt Jezus dan? “Wees niet bevreesd, van nu aan zult u mensen vangen”. Iemand als Petrus werd juist wél in dienst genomen! U begrijpt hoe dat me bemoedigde. Hoe ik me aangesproken voelde, en weer verder kon. Dat is nu troost putten uit de Schriften, waar onze tekst het over heeft!

[gebed]
Maar, laten we wel wezen, zo werkt het meestal niet – ook niet bij mij hoor! Dat kun je ook niet maken. Soms is de Bijbel lastig. Je leest een stuk en je vraagt je af wat je ermee aanmoet. Wat dan? Daar zoveel over te zeggen zijn aan praktische tips, maar de tijd ontbreekt me. Ik zal nog één ding zeggen dat van het allergrootste belang is. En dat is dit: bidden vóór gebruik!
Weet je nog, dat kinderliedje “Lees je Bijbel, bid elke dag, dat je groeien mag”? Bij de Bijbel hoort bidden. Dat is de bijsluiter bij dit geestelijke medicijn. Bidden voor gebruik. Het maakt alle verschil van de wereld. Want dat een Bijbelgedeelte je aanspreekt, dat het werkelijk onderwijs geeft, troost en hoop biedt, dat moet je gegeven worden. De Heilige Geest moet het laten oplichten. Maar de Geest wíl het ook laten oplichten. Als we Hem erom vragen. Daarom bidden we altijd om de verlichting door de Heilige Geest, voordat we hier in de kerk de Bijbel lezen. Maar dat moet je ook doen als je voor jezelf leest. Bidden voor gebruik, doe dat vooral! Dus niet alleen uit goede gewoonte een stukje lezen, éérst… stil worden. Heel kort en eenvoudig vragen of de Heer zijn Woord wil zegenen voor je. En dan lezen. En is het stuk uit, dan niet je Bijbel dichtklappen en meteen verder gaan met iets anders. Dan blijft er weinig hangen! Denk er even over. En dan zijn er vast wel weer dingen om voor te bidden of te danken naar aanleiding van wat je las.

[slot]
Wat de komende tijd zal brengen: we weten het niet. Of de kerk openblijft, we weten het niet. Eén ding hoop ik in elk geval. Dat de Bijbel openblijft in onze huizen. Juist als we meer thuis zijn, meer samen eten, lees dan ook uit het Woord van God. Laat die gewoonte, waarvan ik vrees dat hij kwijnt bij velen, maar weer dagelijkse praktijk worden. Na de lichamelijke voeding, ook de geestelijke. Lees de Bijbel en praat er liefst ook over na. En ook persoonlijk, als je de dag begint of eindigt: Open het heilige Boek. Of zomaar midden op de dag.
Dan kan deze vreemde tijd van veel thuiszijn nog een gezegende tijd zijn. Want “Alles wat vroeger is geschreven, is geschreven om ons te onderwijzen, opdat wij door te volharden en door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen”. Ook nu!

Amen