Tags
Gemeente van Jezus Christus,
[intro]350
op een nieuwjaarsdag als vandaag hoor je vaak allerlei goede wensen. Een gelukkig nieuw jaar, veel heil en zegen, en dat je maar gezond mag blijven. Enzovoorts. We kunnen ze dit jaar helaas elkaar niet toewensen na de dienst, jammer!
Maar… wat zou u of jij eigenlijk wensen voor het komende jaar? Goede wensen zijn vaak heel breed, maar laten we proberen om het eens wat toe te spitsen! Waar hoop je op voor 2022? Wat zou dit nieuwe jaar góed maken voor u? Ik kan het u natuurlijk niet allemaal persoonlijk vragen, dus ik heb het voor mezelf maar overdacht. Volgens mij zijn er twéé soorten dingen die we wensen. Allereerst hoop je dat leed en rampen je bespaard worden. Dat je niet ziek wordt, of een ongeluk krijgt, of geliefden verliest. Dingen dus die je juist níet wenst. Dat dit jaar niet wéér helemaal beheerst wordt dor corona, bijvoorbeeld. Dat we komende Kerst nu eens niet in lockdown zitten… Anderzijds zijn er voor veel mensen dingen in dit jaar waar ze naar uitkijken. Dat je je diploma gaat halen bijvoorbeeld. Of dat je huwelijksjubileum viert, of dat je oma hoopt te worden. Als het in zulke dingen gaat zoals je hoopt, dan wordt 2022 een prachtig jaar!
Maar… wat als je nu géén bijzondere dingen in het vooruitzicht hebt? Geen diploma of jubileum, of wat dan ook – blijven dan alleen de wensen van die andere soort over? Dat dingen je níet overkomen? En als dat inderdaad niet gebeurt – als je niet ziek wordt of verongelukt, maar als je leven gewoon doorgaat zoals in 2021, is dat een gelukkig nieuwjaar?
Misschienmoeten we geluk niet teveel in de grote dingen zoeken. Als tekst voor vanmorgen heb ik gekozen voor het slotvers van psalm 90. Dat is mijn nieuwjaarswens voor ons allen. “laat ons uw genade zien, Heer onze God. Bevestig het werk van onze handen, het werk van onze handen, bevestig dat!” Geen grootse dingen. Maar het werk van je handen – de dagelijkse bezigheden, dat die goed mogen gaan. En dan daarbij wel: met Gods genade! Laten we daar eens verder naar kijken.
[de psalm]230
Gisteravond preekte ik ook uit psalm 90. Toen niet de laatste, maar de eerste zin: “Heer, U bent ons een toevlucht geweest van geslacht op geslacht”. Voor wie die preek niet hoorde zal ik heel kort een paar dingen noemen. De dichter van de psalm beseft diep hoe vergankelijk, hoe klein een mens is. Je leeft een tijdje, en dan is het uit. 70, of als wij zeer sterk zijn, 80 jaar. Het leven van een mens is bovendien niet alleen eindig, het voelt vaak ook zo vergeefs. Waar leef je eigenlijk voor? ’70 of 80 jaar, en het beste daarvan is moeite en leed’. Ons bestaan is onderworpen aan de zinloosheid, zegt Paulus ergens. Gods oordeel ligt op deze wereld, wegens alle slechte dingen die wij mensen doen. Daarom is het mensenbestaan moeizaam, en eindigt het met de dood.
U hoort wel, droevige overpeinzingen voor een oudejaarsavond! Maar gelukkig weet de dichter ook méér. Hij zegt, hij begint er zelfs mee: ‘Heer, U bent onze toevlucht’! In dit leven met alle moeite, mogen we schuilen bij God. Hij is genadig voor kleine en kwetsbare mensen met al hun fouten. Wie op Hem vertrouwt, heeft houvast in een wereld die zinloos rondjes draait. Die mag hoop hebben, ook over de dood heen. “Heer, u bent onze toevlucht”. Dat leert deze diepe psalm ons zeggen!
[Bijbelgegevens over werk]360
Maar nu, met nieuwjaar? Er ligt weer een heel jaar voor je. Je gaat weer naar school, of naar het werk, je vat je dagelijkse routine weer op. “Heer, U bent ons een toevlucht” – vluchten; dat klinkt een beetje alsof je wegvlucht uit het dagelijks leven en veilig wegkruipt bij Hem. Een begrijpelijke neiging, juist in verwarrende en onzekere tijden als de onze. Maar… je dagelijks werk, doet dat er ook toe in het geloof?
Jazeker! Je ziet het meteen al in de psalm zelf. De dichter zit dus vrij droevig te peinzen over het leven. Aan het einde van de psalm gaat hij dan bidden. Wat bidt hij dan? ‘Heer, verlos me maar uit dit moeizaam bestaan’? Nee, totaal niet! Hij bidt juist om Gods nabijheid ín dit leven, in het dagelijkse bestaan, het werk dat je doet. “Bevestig het werk van onze handen” – laat dat lukken, laat dat zinvol zijn! Tweemaal bidt hij het zelfs, zo belangrijk is het “Het werk van onze handen, bevestig dat”! Dat mogen wij ook bidden aan het begin van het nieuwe jaar. Bidden voor wat we dagelijks te doen hebben.
We zien hetzelfde in wat we lazen uit de Korinthebrief. Eigenlijk had ik daar een langer stuk uit moeten lezen, want is is een mooi tegenwicht voor psalm 90. Paulus heeft enthousiast verteld hoe de vergankelijkheid en vergeefsheid níet het laatste woord hebben. Hoe de Heer Jezus overwonnen heeft, over de dood en het graf. Wie in Jezus gelooft, mag verzekerd zijn van leven dat nooit meer uitdooft. Hij stond op uit het graf, en allen die bij Hem horen zullen ook opstaan. Daar lijkt de dichter van psalm 90 nog niet veel van te weten, maar Paulus verkondigt het juichend. De vloek van de vergankelijkheid is overwonnen!
En dan? Afwachten maar tot het zover is? Tot de opstanding, tot alles nieuw wordt en we nooit meer werken? Nee! Ook Paulus komt juist aan het einde van zijn opstandingsverhaal met heel concrete aanwijzingen. “En dus, broeders en zusters”, zo sluit hij af, “wees standvastig en onwankelbaar en zet u altijd volledig in voor het werk van de Heer”.
Ook hier weer: ga aan de slag! En waarom? Juist omdat je weet van Jezus’ overwinning. Dan is het leven niet een zinloos rondjes draaie, maar dan is je inspanning niet tevergeefs. Dan wordt de vloek van de vergeefsheid overwonnen. Dan krijgt je dagelijks leven juist doel en zin, omdat je leeft met Hem.
[leven onder Gods glimlach]300
Hoe werkt dat dan? Heb je dan altijd succes? Dat staat er niet. Weet je, succes, slagen is trouwens helemaal niet hetzelfde als een vervuld leven. Er zijn mensen die keihard werken om te slagen en succes te hebben. Soms lukt het. Maar dan? Heb je dan het geluk gevonden? Er zijn mensen die rondkijken in hun grote huis, die als ze willen wel tien keer per jaar op vakantie kunnen, maar ze vinden het er niet. Nu heb ik het bereikt, en dan? Waar leef ik voor?
Als je alleen succes wenst, mis je het voornaamste. Paulus zegt dat ‘je inspanningen nooit tevergeefs zijn in de Heer’. Die laatste woorden maken het verschil! De psalm zegt het in andere woorden Laat ons uw genade zien, Heer, onze God’. Eérst dat!
‘Uw genade’, dat is wat vrij vertaald. Heel letterlijk staat er hier ‘uw vriendelijkheid over ons’ of ‘uw lieflijkheid’ – er staat ‘noam’, hetzelfde als in ‘naomi’, over wie we de laatste weken telkens hoorden, ‘de lieflijke’. Wat is dat, de ‘lieflijkheid of de vriendelijkheid van de Heer’? Laat ik het vanmorgen heel eenvoudig zeggen: zijn glimlach over je leven. Dat je weet dat Hij naar je kijkt met vriendelijke ogen. Altijd, ook als je aan het werk bent. De lieflijkheid van de Heer, onze God. Dat je weet van zijn liefde, dat je gelooft Hij je aanvaard heeft en dat je altijd bij Hem terecht kunt. Als je bidt, en Hij luistert en je rust geeft en verhoort. Maar óók als je niet bidt, en je aan het concentreren bent op een ingewikkelde klus.
Het beeld van ‘toevlucht’, waar de psalm mee begint, roept op dat je wéggaat, wegvlucht uit het gewone leven, naar God toe. Dat ís belangrijk, naar God gaan. Maar geloof is ook dat je weet dat Hij er altijd is. Hij is ‘over ons’, als een koepel. Zijn liefde om je heen, Gods glimlach over je leven.
Als je dáárvan weet, dan krijgt je dagelijks leven glans. Dan is het leven niet een zinloze tredmolen, en je werk geen harde plicht. Dan kun je in 2022 je taak met vreugde en inzet doen, dan krijgt het zin door Hem. ‘Je inspanningen nooit tevergeefs door de Heer’.
[doe je werk voor God!]300
Je mag je schoolwerk of je huishoudelijke taak of wat dan ook, doen voor Gods ogen. Er is er één die het ziet, en die het waardeert als jij je inzet. Ook als anderen geen waardering geven, ook als het dingen zijn die nu eenmaal moeten gebeuren, ja zelfs als je werk geen successen oplevert.
‘Bevestig het werk van onze handen’ bidt de psalm. Dat wil zeggen: geef dat het er toe doet. Geef dat het méér is dan iets dat je nu eenmaal moet doen, omdat er brood op de plank moet zijn. Dat school méér is dan een papiertje halen dat je nu eenmaal nodig hebt op de arbeidsmarkt. Soms voelt het misschien zo. Maar je mag bidden: laat het er toe doen! Laat me mijn gaven inzetten in Uw wereld, Heer God!
Dagelijks werk kan voelen als een zware opgave of als een vervelende noodzaak. Maar werk is méér dan een noodzakelijk kwaad. De opdracht om de aarde te bewerken en te bewaren, werd al gegeven in het paradijs. Na de zondeval werd er wel veel anders: het werd ‘werken in het zweet van voorhoofd’, zwoegen ‘tot een mens terugkeert naar de aardbodem waaruit hij gevormd werd’. Het zinloze en het zwoegen, dat is erbij gekomen. Maar werken zelf, je inzetten, dat is een goddelijke roeping!
Nu bidt de psalm, en nu is mijn nieuwjaarswens voor ons allemaal: dat ons werk zo mag zijn. Dat het ertoe doet, dat het ‘bevestigd wordt’, meer is dan zinloos zwoegen. Dan heb je een leven God het bedoeld heeft. Niet als je de hele dag alleen maar bidt en Bijbel leest en mediteert. Maar juist als het werk van je handen bevestigd wordt!
Even voor de duidelijkheid: ‘het werk van onze handen’ is natuurlijk veel meer dan een betaalde baan, en het geldt ook voor werk waar je je handen weinig gebruikt. Als je werkloos bent of bewust thuisblijft, kun je toch taken vervullen in de maatschappij; net als wanneer je met pensioen bent. Onze maatschappij hangt erg veel waarde aan werken voor geld. De Bijbel leert echter: werken, niet voor geld, maar voor God! Ook als vrijwilliger of als opvoeder bijvoorbeeld. Al verdien je geen salaris, wie zijn taak verricht voor Gods aangezicht, die weet dan zijn of haar inspanning niet tevergeefs is in de Heer!
[bid en vertrouw en zet je in]400
Dan mogen we het nieuwe jaar ingaan met zín. Zin om bezig te gaan. Wij zijn mensen van de aarde, en wij zijn niet gemaakt om niets te doen, of alleen maar ontspannende dingen. U hebt gaven gekregen, en jij, om te gebruiken! We zijn deel van de wereld, van de maatschappij. En daarom: pak in alle eenvoud en vreugde je werk aan. Je schoolwerk, je baan, je andere bezigheden. Als klein mensje in Gods grote wereld, maar in geloof levend onder zijn glimlach.
Hoe doe je dat dan concreet? Wel, ik zou beginnen met bidden. Bidden wat de psalm ons voorzegt: “het werk van onze handen, bevestig dat”. Help erbij, Heer! En meer nog: geef dat we vervulling erin vinden, dat het niet alleen een moeten is. Er zijn er helaas veel, die leven van het aftellen: aftellen tot het weekend, of tot het pensioen. Omdat ze geen zin, geen voldoening vinden in het werk zelf. Maar bid dan, om je táák te mogen zien, je roeping! Hetzij in wat je nu doet, of misschien door je roeping elders te vinden.
Bid maar, ieder van ons: ‘bevestig het werk van onze handen’. Dat je er vreugde in vindt, en de zin ziet, en ook concrete resultaten. En al zijn die er niet, dat je dan nog trouw je werk doet ‘als voor God en niet voor mensen’.
Ten tweede ook: laat je leven steeds verbonden zijn met de Heer. Leer zijn lieflijkheid kennen. Laat zijn Geest in je werken. Zóek de Heer! Laat het niet een theorie zijn, dat God ons een taak geeft, maar beleef het ook zo. Bid voor je werk, je taak en de dingen waar je tegenop loopt. Zoek zijn leiding bij je keuzes hierin. De Heer is er elke dag, zondag én maandag. Hij is overal, in de kerk en op het werk! Wat zou het jammer zijn als je steeds naar beneden kijkt, naar je taak en je deadlines, dat je niet omhoog kijkt. Want dan zou zijn glimlach over je leven je sterken en alles veel lichter maken!
En ten slotte: zet je in. Doe je taken zo goed als je kunt. Wees trouw en eerlijk, wees ijverig. Hoe kan de Heer het werk van je handen zegenen, als je er zelf de kantjes vanaf loopt? Besef dat je een mens bent met een taak. Zoek ernaar die te vervullen. En als er misschien heel oude mensen luisteren, die zich afvragen waar zij nog voor leven: bid dan voor anderen, en moedig hen aan! Ook dat is een heel belangrijke taak.
[slot]200
Het nieuwe jaar is begonnen. Het startschot heeft geklonken. Onze taak wacht, wat dat voor ieder van ons ook precies mag zijn. Laten we dan gáán, met inzet en vertrouwen, en met het gebed uit deze psalm: “het werk van onze handen, bevestig dat”. We mogen geloven dat zijn glimlach dan over ons leven is, dat we leven in zijn lieflijkheid. Niet omdát wij zo goed werken, maar omdat Hij de bron is van ieder goed werk. Alleen om Jezus’ wil.
Moge de Heer ons zo allen een gezegend nieuw jaar schenken!
Amen