Tags

, ,

Uit de Bijbel is gelezen Handelingen 9:1-19, en Filippenzen 3:5-12.

Onderstaande preek is in sommige gedeeltes als schets weergegeven

Gemeente van Jezus Christus, jong en oud, hier en thuis met ons verbonden,

[Intro: Paulusbekering]
a. Bekend verhaal, bekering van Saulus/Paulus. Maar niet: hérkend verhaal. Zo’n omkering, wie maakt dat mee. Spreek kinderen aan: ken jij iemand die…?
b. Zíjn er wel. VOORBEELD Joop Gottmer.
Ik denk aan Joop Gottmer, een mand die ik eens hoorde spreken. Hij was Europees kampioen kickboksen, maar ook drugsdealer, een grote jongen in het criminele circuit. Verschillende malen zat hij in de gevangenis. Maar.. hij maakte in zijn leven een verandering door. Hij leerde Jezus kennen, toen zijn leven op een dieptepunt zat. Een draai van 180 graden maakte hij: van criminele krachtpatser tot toegewijd christen. Nu vertelt hij overal zijn verhaal over hoe hij veranderd is, en hij wijst op God die dat deed. Een bekering zoals die van Saulus!
c. Maar slechts weinig. Voor ons: tjo, bijzonder… maar verder niet. Heeft weinig met jouw of met mijn leven te maken.
d. Of wel? Ja, zeker. Niet dat wij óók zo, maar toch heeft veel te zeggen.
e. Thema preek: EEN ONTMASKERENDE ONTMOETING

[de gebeurtenissen]UITGEBREID, BEELDEND
a. Het verhaal, kinderen kennen het ook wel: Op weg naar Damascus. Doel: christenen oppakken. Want S. is vijand. IJverige Jood. Jezus is misleider, nu dood gelukkig…
b. Rijdt met n groep naar D: ver, stof, warm, moe, gelukkig: is er bijna!
c. En dan: hemel gaat open. Verblindend licht! Saulus valt op grond, van ezel. Durft niet te kijken, hoort stem: Saul, Saul… “Wie bent u?” “Ik ben JEZUS, die, jij vervolgt” Dat is wat! “Ga naar de stad, dan hoor je wel meer” – en voorbij. S. verblind, ziet niets meer, en compleet uit t lood geslagen. Begrijpelijk!

[wat gebeurt: Paulus ontmaskerd]
a. Ja, Wat bij Paulus gebeurde is uniek. Dat heb ik niet meegemaakt, en dat gaat u of jij ook niet meemaken denk ik
b. Maar t gaat niet om ’t licht alleen. Tegelijk gebeurt er iets met Paulus, en dat is niet uniek: hij wordt ontmaskerd in deze ontmoeting.
c. hij wordt blind, maar toch ziet hij één ding ineens heel goed: ik zat helemaal fout!
d. Want hij tegenstander van Jezus. Heel anders dan Ethiopiër v vorige week: die werd blij toen hij Jezus leerde kennen. Maar Saulus: ontmaskerd!
e. VOORBEELD: Stel je voor, kinderen… dat je iemand in de klas hebt, die je vervelend vindt. En die je daarom pest. En dat je dan ineens erachter komt: dit is een heel belangrijk iemand, een prins of prinses uit ander land of zo. VB Kim Jong Un, onder valse naam in Zwitserland op school. Als je díe in klas had gehad. Zóiets maakt Paulus mee: Jezus die hij vervolgt, is niet dood, maar leeft. En is Hemels, is van God!

[ontmaskering nog steeds nodig]
a. Zo Saulus inééns ontmaskerd: alles ligt omver. En vooral: Ik zat fout! Helemaal fout, terwijl ik dacht zo goed, zelfs zo vroom bezig te zijn. Fil. Brief: “Waardeloze troep”!
b. Kijk, en dít is leerzaam voor ons. Want zo’n ontmaskering is op een bepaalde manier nog altijd een onderdeel van tot geloof komen. Als ’n bliksemflits, of meer geleidelijk, dat je inziet: ik ben niet goed! Ik dacht dat ik ’n aardig mens was, goed bezig, maar t klópt niet!
c. Wij goed in rad onszelf voor de gek houden. Vinden onszelf o.h.a best OK. Goed, laten steken vallen, maar wie niet… Echter, zijn we wel zo goed? Het is Gereformeerd, beter: Bijbels om te zeggen: wij deugen niet. Ook jij/u niet, en ik niet. Dat moet ontmaskerd worden, willen we op Jezus’ weg gaan.

Ontmaskering, hoe zou dat kunnen gaan? bv. zo.
i. Je hebt een beeld van jezelf in je hoofd, wie je bent. Karakter niet perfect, maar best OK. Doet geen grote zonden o.h.a. Gaat naar de kerk, bidt, gelooft in God, houdt van je kinderen. Geeft regelmatig aan goede doelen. Best OK toch? God mag wel tevreden zijn, je bent het zelf ook wel. Zo dacht ook Saulus over zichzelf, zo beschr. Hij in Fil.brief. VB: op huisbezoek “ik doe niemand kwaad” – nou da’s minimaal, is dat wat God vraagt?
ii. NU de ontmaskering: Maar dan ineens, door iets wat gebeurt of wat je leest of hoe dan ook, dringt dat besef door: zo bén ik niet. Goed, zo óók wel, maar je kunt ook anders kijken. Wie ben ik? Bv. De man die in zijn hart zijn baas veracht, die niet aan zijn kop gezeurd wil worden thuis. Die zo vaak nutteloze uren op internet surft, die misschien wel bidt maar niet van God hóudt. Die vooral van zichzelf houdt, zijn leventje rustig om zijn eigen ik laat draaien. Die weliswaar geeft aan goede doelen, maar voor zijn eigen vakantie aanzienlijk méér uitgeeft. Die denkt dat hij daar wel récht op heeft. Iemand met hatelijke gedachten tegen wie je in de weg loopt, op welke manier dan ook. Iemand met een dik ik, een egoïst met een vernislaagje erover – dat ben ik!
Inééns kan het als een bliksemflits je treffen: ik bén geen goed mens. Of je ziet dat geleidelijk, ik zei het al. Of meer in stukjes. Maar: ontmaskering, je zelfbeeld aan gruzelementen, je mooie maskers.
iii. En ik denk dat dat ook voor kinderen en jongeren net zo kan. Vaak denk je, als je ’s avonds gaat bidden: nou, ik heb niks verkeerds gedaan waar ik vergeving voor nodig hebt. Maar op een dag voel je ineens: wacht, die flauwe opmerkingen die ik telkens maak, dat irriteren van een ander, dat is érg. Dat is niet wat de Heer Jezus wil, dat doet Hem verdriet. Hij ziet dat ook!  En je bidt: Heer, vergeef me, en help me om het morgen anders te doen!

[geen ‘zwaarheid’, maar Jezus opent je ogen]
a. Ontmaskering, dat overkwam Saulus, en daar hebben we allemaal iets van nodig! Klinkt wel zwaar misschien. En toch is het zo.
b. Maar dan wil ik wel op één ding wijzen. Je hoeft jezelf niet steeds uitgebreid te gaan analyseren, of te beschuldigen. Werkt maar voor een deel: we zijn veel te goed om onszelf een rad voor ogen te draaien. Denk je dat Saulus …? Of als wel ziet: ja, dus? Is ellendig met ons…
c. Wat ook weinig helpt is zware preken waar je steeds weer wordt voorgehouden: zondaar. Kan ook weerstand wekken. Of: stompt af. ‘Jaja, we zijn zondig’ – maar het dóet je niets, komt niet binnen als een bliksemflits. DEZE ONTMASKERING IS NIET TE MAKEN namelijk.
d. Weet je hoe wel? Is genade, doordat je Jezus ontmoet. Doordat Hij je leven doorlicht! Dán ga je ’t zien. Dat gebeurde bij Saulus, en zo nog steeds. Kun je zelf niet maken! Is genade
e. ANDER VOORBEELD: Zacheus. Kinderen kennen t wel: Jezus ziet hem in de boom, komt bij hem. En dán ziet Zacheüs: ik zat fout, met mijn geldzucht en afpersen van mensen. Dat aan hem vertellen had niet geholpen! En hij zegt: ik ga ánders doen, weggeven en teruggeven.
f. Kijk, dat is goed gevolg, meer dan ‘ik ben slecht’. Waarom? Omdat Jézus leerde kennen. En zo is het nog: heilzame ontmaskering die je verder brengt.
g. En zo ook bij Saulus. Nu ontmaskerd, maar blijft t niet bij. Hoort al snel woord van genade “Saul, broeder”. Wordt gedoopt, mag bij Jezus horen. Genade ervaren. Bij Jezus komt het samen: zien wie je zelf bent, én weten dat je welkom bent. En opnieuw mag beginnen!

[gevolg: complete overgave]
a. Het gevolg: deze kennis en ontmoeting laat je alles opgeven en helemaal voor de Heer leven. Toen Saulus: ging Jezus verkondigen. Vijandschap: het zij zo! Reisde halve middell. Zee rond, maakte van alles mee. Hij was helemaal toegewijd? Waarom? Door die ontmaskerende ontmoeting met Jezus! Zo ook Zacheüs, was ineens los van zijn geld.
b. VOORBEELD: Ik denk aan een zekere Jim uit Werkendam. Jong, in aanr. Met drugs, andere verkeerde dingen. Maar kwam Jezus in zijn leven. Gevolg: zag dat fout dat natuurlijk, ontmaskerd. Maar niet alleen: hij maakte een nieuw begin. Nu reist hij met camper door Europa om mensen op Gods liefde te wijzen, samen met zijn gezin. Wat n toewijding!
c. EN WIJ? Zijn wij ook zo toegewijd, zo van ‘voor u, Heer, gá ik, ook als t geld kost, of gemak, of wat dan ook? ‘. Vrees: vaak nogal lauw. Getuigen? Delen? God zoeken in gebed en Bijbel…? Tja… Beetje, of ‘zou moeten’
d. Hoe komt? Ik denk omdat ontmaskering ontbreekt. We weten niet goed waar Jezus ons van verlost, waarom we Hem nodig hebben. En daarom ook weinig toegewijd.

[ben je al ontmaskerd?]
a. Belangrijke vraag vanmorgen: ben je al eens ontmaskerd? Doordat je Jezus ontmoette? Ben je al eens door de vloer gezakt van je bestaan? Heeft dat stralende licht uit de hemel je al eens doorgelicht?
b. Tegenwerping beantwoorden: ja maar geen Saulusbekering nodig! Is zo. Vb Timotheüs. Kinderen, hoop dat jullie. Of die Ethiopiër van vorige week. Maar toch: onderdeel van gaan geloven is toch ook: ontmaskerd worden. Vgl. de 3000 op de Pinksterdag (haal aan: verslagen, wat moeten wij doen…?)
c. Want we belijden: Jezus redt, maar waarvan dan? Jezus vernieuwt, maar hoezo zou je meer nodig hebben dan wat hulp?

[Slot: Oproep]
2. Saulus had ontmaskerende ontmoeting met Jezus. Ik hoop: wij ook. Kun je niet maken. Daarom: bid maar eens om eerlijk gemaakt te worden, ontmaskerd. Ook de kinderen! Bid maar: Heer, wilt u mij laten zien waar ik niet goed zit?
3. S. had t zelf nooit gezocht, wij zitten er ook niet op te wachten. Maar werkt vernieuwend en zegenend!
4. niet in jezelf wroeten, Jezus. Enerzijds: Zijn woorden in evangelie. Bv ‘niemand kan twee heren dienen’. ‘aan de vruchten kent men de boom’ ‘God liefhebben boven alles, en naaste als zelf…’etc.
5. En anderzijds: hij die zichzelf gaf aan t kruis. Hij die zegt: ‘kom tot mij’. Die in de doop je naam al riep: “Saul, Saul” of Peter, Peter” of hoe je maar heet…
6. Hij riep Saulus, aanvaarde hem en nam in dienst. Terwijl hij… Zou hij dan ook ons niet willen roepen, en aannemen, en vernieuwen en gebruiken?

Amen