Tags

,

Gemeente van Jezus Christus,

[intro]
Weet u nog van alle coronamaatregelen? nu ligt het gelukkig alweer even achter ons, maar wat had dat een invloed. Wat stempelde dat je dagelijks leven. We leefden ineens in een heel andere wereld met zijn allen – of beter gezegd: ieder apart. Geen andere mensen ontmoeten, maar ieder in zijn eigen huis, eenzaam soms. Geen knuffel kunnen krijgen van je kleinkinderen, geen arm slaan om een ander, maar afstand! wie besmet was moest voor een tijd in quarantaine of in isolatie – in het begin zelfs afgezonderd van je eigen huisgenoten. En denk aan die vervelende mondkapjes, waardoor je elkaars gezicht niet goed kon zien, en waardoor mijn bril steeds besloeg. om nog maar te zwijgen van de complete pakken en schorten die je in het ziekenhuis soms aan moest doen. niet alleen het coronavirus was erg, de maatregelen ertegen hadden ook enorme impact. Op een bepaald moment vroeg je je misschien af: komt er ooit weer een normaal leven voor mij en mijn kinderen?
Waarom begin ik hiermee? Omdat we in het Bijbelgedeelte van vandaag een melaatse man tegenkomen – huidvraat, zegt onze vertaling. Niet alleen zijn ziekte, maar ook de maatregelen ertegen, hadden een enorme impact op zijn leven. Anders dan bij ons met corona, leek een normaal bestaan voor hem voorgóed verleden tijd.
Uit het Bijbelboek Leviticus lazen we de maatregelen die golden tegen melaatsheid, en waar de man dus mee te maken had. Ik moest meteen aan de coronatijd denken toen ik ze las. Als eerste moest een melaatse afstand houden, net als wij met die 1,5 m. Om daarvoor te zorgen, moest zo iemand iemand roepen ” onrein, onrein” als hij een ander naderde. Dan gingen de mensen vanzelf wel naar achteren… Ten tweede moest een melaatse zijn baard en snor bedekken – een soort mondkapje dragen dus, heel opvallend! Ten derde moest zo iemand in isolatie – hij moest apart wonen, buiten dorp of stad. Wonderlijk, om de Bijbelse wijsheid te zien in deze maatregelen, in een tijd dat ze van bacteriën of virussen nog niets wisten!

[de ellende van de man]
Die maatregelen beschermden andere mensen. Stel je echter voor dat jíj het bent die erdoor getroffen wordt! Stel je voor dat jij die melaatste man bent die bij Jezus komt. Allereerst ben je dus al ziek. We weten niet precies welke ziektes er onder vielen – het is niet voor niets dat de Nieuwe Vertaling het woord ‘melaats’ niet meer gebruikt, want dan denk je alleen aan wat wij tegenwoordig lepra aan doen. Een vreselijke, misvormde en uiteindelijk dodelijke ziekte. Het kan ook iets anders geweest zijn, dat is niet duidelijk. Maar hoe dan ook, je bent ernstig ziek. En dan begint het! Niet alleen de ziekt, ook de maatregelen treffen je! Je wordt uit de maatschappij verwijderd. Je word ontslagen op je werk. Je moet je huis uit, om ergens buiten het dorp een hutje je te betrekken. Je moet zelfs weg bij je vrouw of man en je kinderen, als je die hebt. Je wordt compleet gecanceld, om het eens modern te zeggen. Niemand raakt je meer aan – nooit meer een knuffel of een hand op je schouder. Geen intimiteit meer. Hoogstens woonde je samen met andere melaatse mensen. En het enige vooruitzicht dat je hebt, is dat je zieker wordt en dood zult gaan. Stel je toch voor! De boodschap dat je melaats bent, was bijna nog erger dan een doodvonnis.
Wat is deze man een toonbeeld van ellende. Wij kunnen ook met allerlei ellende en moeilijkheden zitten, maar ik kan haast niet voorstellen dat het zo erg is als bij hem. Deze melaatse man is de personificatie van alles wat een mens treffen kan. En vanmorgen mogen we zien bij wie je het dan zoeken mag, ook wij met onze ellende: bij Jezus. Bij de Heer.
De identificatie gaat echter nog dieper. Melaatsheid maakte je niet alleen ziek, maar onrein. Dat wil zeggen: je was niet welkom bij alle dingen van God. Dat was je toch al niet vanwege de quarantainemaatregelen, maar dit komt er wel bij. Je was onrein. De man roept niet tegen Jezus ‘u kunt me genezen’ maar ‘u kunt mij rein maken’. Beter, dat ook, weer welkom bij de mensen, maar ook rein, weer welkom bij God, in de tempel. Nu is hij onrein. Juist zo is de man ook een beeld voor ons allen. Wij zijn uit onszelf niet geschikt om in Gods nabijheid te komen. Ons leven is niet heel, niet gaaf, maar misvormd door zonde. Daar moet eerst iets aan gebeuren, willen we bij God binnen kunnen lopen. Hij is heilig, en pas ik daarbij? We kunnen bij hem komen, maar alleen als we gereinigd worden. Juist waar die man om riep: u kunt mij reinigen!

[Roepen en geholpen worden]
nu heeft mijn laatste man blijkbaar van Jezus gehoord, die sinds kort rond trekt in Galilea. En op een of andere manier heeft de man een groot geloof in Jezus macht. hij gelooft dat de Heer zo machtig is, dat Hij zelfs zijn melaatsheid zou kunnen genezen. Daarom gaat hij naar Jezus toe, dwars tegen de afzonderingsregels in. Hij roept de Heer om hulp. Hij roept niet ‘onrein’, hij roept ‘u kunt mij reinigen!’ En dan gebeurt het wonder: Jezus raakt hem aan, ook dwars tegen de regels in, en de man wordt beter, wordt rein. Jezus macht maakt alles anders, geeft de man letterlijk een nieuw leven!
Allereerst toont dit verhaal de macht van Jezus. In het voorafgaande heeft Jezus al een hele reeks wonderen verricht, Maar Dit is de climax. Hij heeft zelfs macht over melaatsheid! de rabbijnen zeiden ‘een melaatse genezen is als een dode opwekken’. Jezus doet het, hij kan het. Hij is de zoon van God ongekende macht! en dat is hij nog steeds. Er is geen probleem te groot voor hem, geen zorg of ziekte of zijn macht is groter. Geloof je dat?
Maar… dan moeten wij wel doen zoals de melaatse man. hij geloofde vast in Jezus macht om te helpen. Geloven wij daar nog echt in? Bij ziekte, maar ook in allerlei zorgen: in je gezin, je werk, je geloof, wat dan ook. Geloof je dat de Heer dingen anders kan maken? Én: de melaatse man riep naar Jezus. hij riep om hulp. Daarom werd hij geholpen. Was hij niet gegaan, had hij niet gevraagd, dan was er niets gebeurd.
Vragen wij ook de Heer om hulp als er dingen moeilijk zijn? Vertrouwen wij dat hij kan helpen? en Ik weet, hier kunnen allerlei vragen opkomen. Je wordt niet altijd genezen, gebed is geen wonderolie om je leven te smeren. maar gebed is wel: je zorgen brengen bij hem die alle macht heeft. Hij is bij macht te oneindig veel meer te doen dan wij bidden of denken. Laten we toch niet allerlei vragen stellen over Hem, Laten we vrijmoedig vragen aan hem. Hij kan je helpen, wat je probleem ook is! Ik denk dat we ons geloof hierin wel eens meer mochten oefenen, en ook het gebed meer mochten beoefenen. dan zul je merken dat er een levende Heer is, dat geloof ik vast!

[Jezus’ ontferming]
Bovendien, Jezus is niet alleen machtig. Misschien zochten mensen hem toen wel zo: als een machtige wonderdoener. Misschien zou jij hem zo ook goed kunnen gebruiken. En ja, Jezus heeft alle macht. maar Er is meer. Jezus kreeg medelijden met de man. Hij is diep van binnen geraakt, als hij hem ziet, als hij heel zijn ellendige leven beseft, in onreinheid en isolatie. Het is niet een kwestie van ‘ oké, dat kan ik fixen’ – onze Heer wordt met innerlijke ontferming bewogen met die man, zoals oudere vertalingen het zeggen. Dit is zoveel dieper!
Dan staat die man daar. En… Jezus’ leerlingen griezelen ervan, denk ik– en dan steekt Jezus zijn hand uit. Hij raakt de Misvormde, misschien wel besmettelijke man zomaar aan! De man voelt die stevige hand op zijn schouder, Die aanraking vol liefde. wat moet dat met hem hebben gedaan, hij die al zo lang door geen mens is aangeraakt! Die aanraking is al genezing voor hem, gewoon het gevoel. Hij voelt Jezus ontferming, letterlijk. Zo is onze Heer! Ik bedacht, Toen ik deze preek voorbereidde, dat die aanraking helemaal niet nodig was. Jezus had hem ook Kunnen genezen met een woord, toch? dat deed hij op andere momenten ook. maar Jezus weet dat deze man al zo lang niemand heeft gevoeld. Hij laat zich niet weerhouden, hij legt die verbinding met zijn hand. Wat is dat diep! De man is voor hem niet de zoveelste patiënt, maar een echt mens.
Jezus is bewogen, ook nu. denk niet dat jouw situatie hem niet raakt. ook als je bidt en je hebt het idee dat het niets uitwerkt – weet dat de Heer met je bewogen is. Jouw leed raakt hem, de man van smart. Jouw eenzaamheid laat hem niet onbewogen. En dan wil hij ook jou aanraken. Zijn liefde laten voelen. Zijn Geest wil je hart aanraken, dat het warm wordt. Dat je weet dat hij je ziet staan. Dat hij met je is. Hij strekt zijn hand naar je uit. Hij ziet je, echt. Hij leeft met je mee. Hij weet wat je nodig hebt, en dat is meestal zoveel meer dan een snelle oplossing. Zo is Hij – aan wie je alles mag zeggen, tot wie je mag roepen en fluisteren, en die je niet laat staan.

[wij ook bewogen?]
Een tijdje geleden zag ik een foto van paus Franciscus, die een zwaar mismaakte man omhelzen. Zo toont hij zich volgeling van Jezus, die niet aarzelde een melaatse aan te raken. En ook wij mogen Jezus navolgen in zijn bewogenheid. Zie je waar een ander behoefte aan heeft? Vaak niet meteen aan grote oplossingen, maar allereerst aan iemand die je echt ziet. Die een hand op je schouder legt. Iemand die niet op afstand blijft in elk geval. Iemand die inleeft en meeleeft. Laten ook wij isolement durven doorbreken – en gewoon ook een arm om iemands schouder slaan waar dat past. Ook dat is een les uit dit verhaal.

[de grote ruil voorafgeschaduwd]
En dan tenslotte zit er nog een diepere laag in deze geschiedenis. Wat er gebeurt, wijst al vooruit maar Jezus verdere weg, naar de grote ruil die hij voor ons wilde doen. Op een bepaalde manier ruilt Jezus namelijk met de melaatse man. Laten we dat eens nagaan.
De melaatse leefde eerst in isolatie, buiten het dorp, afgezonderd en onrein. Na zijn genezing mag hij weer onder de mensen komen, hij mag het dorp weer is, hij is rein. Maar door Jezus’ aanraking wordt hij wordt rein. hij mag weer onder de mensen komen. Bij Jezus gaat het echter precies andersom. Hij raakt de melaatse man aan, geeft hem zijn reinheid. Maar… volgens de letter van de wet was Jezus nu zelf onrein geworden. En als je dat vergezocht vindt, let dan eens op hoe het verder gaat. Heel opvallend: Jezus moet, zo zegt onze Bijbeltekst, op eenzame plaatsen buiten de stenen blijven. En dat komt echt door deze genezing. De melaatse man heeft het overal rondgebazuind en daardoor heeft Jezus geen moment rust meer. Hij is gedwongen om naar eenzame plaatsen te gaan. Zo zijn de rollen dus precies omgekeerd. De melaatse man staat weer onder de mensen, en Jezus komt er buiten te staan… Op een wonderlijke manier wijst dit op wat heel Jezus werk inhoudt. Hij ruilt met ons – dat is de kern van het evangelie! Hij gaat de dood in en geeft ons zijn leven. Hij werd schuldig verklaard en wij worden vrijgesproken. Hij werd als onrein gerekend, door God verlaten, zodat wij door God aangenomen kunnen worden. Heel Jezus’ leven en sterven was één grote ruil. Hij neemt onze onreinheid, ellende en dood, en wij ontvangen zijn reinheid, zijn heling, zijn leven. Wát een ontferming, wát een bewogenheid! Daar word ik stil van.

[meer dan aardse hulp]
De vraag is wel of de melaatse man het hele geschenk in ontvangst heeft genomen. Hij wordt door Jezus op weg gestuurd naar een priester om zich rein te laten verklaren, naar de tempel voor een offer – hij wordt richting God gestuurd. Want Jezus geneest niet alleen, hij reinigt – de man mag welkom zijn bij God. Dat is minstens zo belangrijk. Maar het is niet helder of de man ooit bij de tempel is aangekomen. Het kan best zijn dat hij zijn genezen lichaam zag, en hard naar zijn woonplaats is teruggehold. “Een wonder, Ik ben beter” – dat was zijn boodschap. Kwam ook bij God uit? Ik heb me af.
En hoe zit dat bij ons? Hebben we Jezus af en toe nodig als hulp in nood, als wonderdoener misschien? Maar laat je je ook door Hem richting God sturen? Want daarvoor is hij gekomen. Hij wilde niet bekend staan als wondergenezer, Hij verbood de man zelfs over zijn genezing te spreken. Jezus is het die je rein kan maken, die je weer aan je heilig, hemelse Vader wil verbinden. Die daarvoor zelfs zelf het Vaderhuis wilde verlaten, om die grote wonderlijke ruil in gang te zetten! Laten wij beter luisteren dan de man uit het verhaal… anders mis je het grootste geschenk van Jezus’ grote ruil.

[slot]
Ik begon met die corona maatregelen, met afstand en gebrek aan uitzicht. Godzijdank is dat voor nu voorbij. Toch kan er van alles zijn wat moeilijk is in je leven. Eenzaamheid, ondanks dat de 1,5 m allang is opgeheven. Ziekte van allerlei andere soort. Wat dan ook. Maar roep dan, net als de melaatse man, roep dan tot de Heer. Hij kan helpen. Hij is bewogen, met u, met jou, met ons. En bovenal: hij wil ons niet ons oude leven geven, maar een nieuw leven. En leven dat door Hem is aangeraakt en zijn liefde voelt. Hij wil je rein maken – zorgen dat je weer bij God kunt komen kunnen. Jezus, Hij geeft een leven dat weer in relatie staat: met God en ook met elkaar. Ga dan naar Hem toe, laat Hij je aanraken! We gaan er van zingen: “o Jezus, raak mij aan, van U wil ik zijn”. Amen