Uit de Bijbel is gelezen Mattheüs 4:17-5:10
Gemeente van Jezus Christus,
[intro: leerling/gezel/meester]
in de Middeleeuwen had je in Nederland en overal in Europa de gilden. Als je bijvoorbeeld meubelmaker wilde worden, kon je niet zomaar een bordje in je tuin zetten ‘ik maak meubels’. Wilde je meubelmaker worden, dan moest je je aansluiten bij het gilde van de meubelmakers. Net zoals er een gilde was van de leerbewerkers, van de slagers, enzovoorts.
Maar ook als je je aansloot bij zo’n gilde, kon je niet meteen meubelmaker worden. Nee, je moest een opleiding doen. En die opleiding bestond niet uit boeken lezen – de meeste mensen konden niet eens lezen in de middeleeuwen! Je leerde het vak in de praktijk. Je begon als leerling bij een meester in het meubel maken. Je moest de houtkrullen opvegen, kleine klusjes doen, en intussen zag je hoe de meestermeubelmaker te werk ging. Je hoorde hem praten over opdrachten en ontwerpen, zag hem bezig, en zo kreeg je een idee van wat het inhoudt om meubelmaker te zijn.
Na een paar jaar mocht je van leerling promoveren tot gezel. Zelf meewerken, nog meer naast de meester staan. En dan, vroeg of laat, werd je zelf meester en lid van het gilde. Dán pas mocht je een bordje ophangen ‘meubelmaker’. Meester zijn, omdat je eerst leerling was geweest!
Ons thema dit jaar is ‘leerlingen van Jezus’. Maar ‘leerling’, daarbij moet je niet denken aan een klaaslokaal. Bij ‘leren’ moet je niet denken aan boeken en een tentamen. Nee, leren een christen te zijn, dat doe je bij een meester, net als vroeger in de gilden. Dat doe je bij dé Meester. Bij Jezus. Wij mogen, wij moeten allemaal in de leer bij de Heer. Om zo de daden en gedachten te leren die passen bij Gods koninkrijk. Om zo zelf uiteindelijk ook bezig te gaan voor God. Leerlingen van Jezus – dat is ons jaarthema! Lees verder



