Tags

, ,

Bijbelgedeelte: Mattheus 11:25-30. De verkondiging is in drieën gedeeld, bij elke tafel een stukje preek.

Gemeente van Jezus Christus, broeders en zusters hier aan de tafel,

[1 rust door tot Jezus te komen (verlossing)]
“kom naar Mij, allen die vermoeid en belast bent, en ik zal u rust geven”. Een bekende Bijbeltekst denk ik voor velen. Ik was van de week in ‘De Terwebloem’, en verschillende bejaarde mensen vulden me meteen aan, als ik deze woorden begon te lezen. Ook mensen die dement zijn. “Kom tot mij, allen die vermoeid en belast zijt… en ik zal u rust geven”.
Niet voor niets zijn deze woorden bekend. Want het is zo’n geweldige belofte! Deze tekst geeft de kern weer van de goede boodschap, het evangelie. Jezus roept: Kom maar! Ik geef rust, vrede! Wie je ook bent! En dát mogen we vieren vanmorgen hier aan de tafel van het Heilig Avondmaal.

“Kom naar Mij, allen die vermoeid en belast bent, en ik zal u rust geven”. In de anglicaanse kerk, de kerk van Engeland, worden deze woorden altijd aangehaald bij het Avondmaal. Kom! Kom híer, aan de tafel van Jezus. Dan zul je rust vinden, hoe onrustig je ook bent. Kom! Ontmoet Jezus, de gastheer, en ervaar de vrede die Hij geeft.
Ja, dit zijn passende woorden voor aan deze tafel. Dit is een oase van rust. Al die dingen die je door de week bezighouden, mag je van je af laten vallen. En wat kan er niet veel zijn wat een mens onrustig maakt, of vermoeid! Daar komen we bij de volgende tafel nog uitgebreider op terug. Maar hier, hier mag je zitten, hier ben je welkom. Hier is het goed. Want Jezus zegt: kom maar, wie je ook bent, en ervaar mijn vrede. Eet met mij, wees mijn geliefde gast. Ontvang wat ik je geef. Niet voor niets is het Heilig Avondmaal een soort maaltijd. Want wat is er mooier dan om gast te zijn bij een maaltijd; om samen te zijn, elkaar te ontmoeten, te ontspannen en tegelijk gevoed te worden. En dat alles is te vinden aan deze tafel. Hier is Jezus zelf de gastheer. Welkom, zegt hij!

Wat voor rust geeft Hij dan, de grote gastheer? Wel, deze. Hier word je aanvaard, hier is genade. U, zoals u hier zit, u mag bij de Here horen. Want alle stommiteiten zijn vergeten, alle zonden vergeven. Hier wordt geen meetlat aangelegd of u wel goed genoeg bent. U wordt aanvaard zoals u bent. Het wordt je zomaar gegeven!
Want in het geloof, in de verhouding tot God, gaat het niet om wie je bent of wat je doet en wat dat allemaal voorstelt. Het komt allemaal van één kant, de kant van God. Jezus juicht erover in het stukje dat we net lazen: Ja, Vader, zo hebt u het gewild! Niet alleen voor wijzen en verstandigen, maar voor kleine kinderen net zo goed. Ja, zelfs éérst voor hen! Alleen Gods welbehagen telt, zijn liefde die niet te verdienen is. Dat is het wonder, dat we hier verbaasd mogen inleven. God houdt van u, van jou! Zómaar, omdat Hij dat zo wil. Hij heeft u geroepen. Hij kent u wel, Hij weet alles van u, en hij wil uw geluk. Genieten mogen we, van wat Hij geeft. Alles voor tijd en eeuwigheid.

Ja, maar, mijn verkeerde kanten dan? Mijn fouten, mijn ongeloof? Het kan me soms drukken… Maar Jezus zegt: kom maar, vermoeide en belaste, ik geef je rust! Ook onze zonden, onze halfheid, onze twijfel en ongeloof beletten Jezus niet. Immers, Hij gaf zijn leven tot verzoening. Hij droeg alles allang weg wat er niet deugt in uw bestaan. Want Hij houdt van u! Zo veel, dat Hij zijn leven offerde. En nu is het goed. Hij roept, u en jou en mij: kom tot mij, allen die.. Ja, ALLEN. Wie dan ook. Niemand is buitengesloten, alleen wie zichzelf buitensluit. Kom, zit aan mijn tafel. Kom tot rust. Vind vrede met God en met jezelf.

Zó mogen we hier zitten aan de tafel. Als genodigden, als geliefden. Als mensen die vrede vinden. We krijgen het aangereikt. Jezus zelf zegt het: hier, mijn lichaam voor jou; mijn bloed voor jou vergoten. Ik geef alles. Ik geef mezelf. Ik geef werkelijk rust. Dat mogen we vieren, bij brood en wijn.

Gemeente van Jezus Christus, broeders en zusters hier aan de tafel,

[ 2 zwoegen en belast zijn (ellende)]
“kom,allen die vermoeid en belast zijn” zegt Jezus. Wie heeft hij eigenlijk op het oog? Wat voor lasten drukken hen? Maarten Luther zegt hierbij: er staat állen, dus het maakt niet uit wat voor last of moeite je ervaart. Je bent welkom bij de Heer, wie je ook bent! En dat is zeker waar. Vermoeid door zorgen, belast door verdriet…
In Jezus’ tijd had Hij echter wel bepaalde mensen voor ogen tot wie Hij zich hier richt. Mensen namelijk, die belast waren door het juk dat de Farizeeën het oplegden. Het was een bekende uitdrukking destijds “het juk van de Thora opnemen”: de wetten van Mozes maar óók de complete uitlegging en uitbreiding die de rabbi’s daaraan gaven. De vele religieuze regels en regeltjes. In hoofdstuk 23 verwijt Jezus hen “ze leggen de mensen een zware en ondraaglijke last op”. Mensen kregen het idee dat ze tekortschoten omdat ze de wet niet zo nauwgezet hielden als die Farizeeën. Jezus zegt niet voor niets “neem míjn juk op u” – in tegenstelling tot hun juk. Jezus zegt: mensen, lukt het je maar niet om zo vroom te worden als de Farizeeën? Word je er doodmoe van? Kom dan bij mij! Ik heb een lichter juk – daar kom ik nog terug op bij de derde tafel. Ik geef je rust in plaats van onrust.

Nu denk ik niet dat er vandaag veel mensen in de kerk zijn die gebukt gaan onder het juk van de Farizeeën. Maar wat zuchten mensen tegenwoordig ook niet naar rust. Jullie die vermoeid en belast zijn; wie zijn dat tegenwoordig? Het woord dat onze vertaling weergeeft met “vermoeid” is trouwens zo niet helemaal goed vertaald. Beter is “jullie die zwoegen”. Er zijn dat er niet velen? Want prestatiedruk is er genoeg, juist vandaag de dag. Jezelf moeten bewijzen voor anderen. Geleefd worden door je werk en andere verplichtingen. Hard werken, en veel. Belast worden. Telkens wéér iets dat op jouw schouders neerkomt, tot je je teveel wordt, bijna of helemaal. Burn-outs, hoe vaak hoor je er niet van.
Onze maatschappij is een veeleisende maatschappij. Er ligt druk op mensen. Rust, zei u? Het standaardantwoord tegenwoordig lijkt te zijn “druk, druk, druk” als je vraagt hoe het gaat. En ik doe zelf net zo hard mee hoor – altijd een lijstje met dingen die nog moeten. Misschien u ook wel!

Waar komt toch al die druk vandaan? Misschien is het ding eronder niet veel anders dan in Jezus’ tijd: jezelf moeten bewijzen. Toen voor God en de religieuze leiders – nu voor de mensen om je heen en boven je. Maar in beide gevallen ontleen je je waarde aan wat je dóet. Je prestaties. En dat is een gevaarlijk iets. Dat geeft voortdurende stress. Doe je het goed genoeg? En wat als je faalt? En wat als je niet meer kunt? Wat ben je dan nog waard? Word je dan afgeschreven? Vermoeid en belast – dat worden er velen. En echt niet alleen de losers. Ook mensen die het voor het oog zo goed voor elkaar hebben. Waar vind je nu echte rust, vrede, acceptatie?

En dan is het zo geweldig dat we vanmorgen hier mogen zijn. Jezus roept ook nu, ook u: Kom maar bij mij! Jij zwoeger, jij overbelaste. Ik, ík geef je rust! Want ik kijk niet wat je kunt en waar je faalt. Ik neem je aan uit genade. Hoor je dat? Geloof je dat? Er is er één die je aanvaard, die je liefheeft, onvoorwaardelijk. En dáár mag je in rusten. Daar mag je je waarde aan ontlenen. Aan wie je bent in Hem! Een geliefd kind van God. Of je nu succesvol bent in de wereld of niet.
Dát is rust. Dat je weten mag dat Hij je aanvaardt. Dat je weet dat Hij je niet zal laten vallen, ook al laat je het lelijk afweten. Dat Hij er is Die je brood en wijn aanreikt, genade en vrede. Bent u vermoeid, belast? Hoor wat Hij zegt: kom maar, Ik geef rust. Echte rust. Rust dan op Hem. Ontvang nieuwe kracht door wat Hij geeft. Zichzelf in brood en wijn!
Gemeente van Jezus Christus, broeders en zusters hier aan de tafel,

[3 de lichte last van Jezus (dankbaarheid)]
‘Kom naar mij, allen die vermoeid en belast bent, en ik geef u rust!’. Belofte voor zwoegers, toen en nu. Jezus geeft rust, zoals je die nergens op de wereld vinden kunt. Maar… Jezus is dan nog niet uitgesproken. Rust vinden bij Hem, dat is geen einde van het verhaal, dat is een nieuw begin! Want, zo zegt Hij, neem mijn juk op je, en leer van mij… Zware en onmenselijke jukken en lasten, daarvan bevrijdt de Here. Maar ongebonden word je dan niet. Nee, Hij geeft een ander juk om voortaan te dragen.

Misschien roept dit meteen weerstand bij u op. Is geloven dan toch een juk, een last? Dingen die je moet? Moet je toch weer bukken, in plaats van dat je eindelijk rechtop kunt staan? Nee, zó niet! Dan zou Jezus gewoon een andere baas zijn waar je voor moet werken. Dan is geloof gewoon een ander systeem waar je je in hebt te voegen. Zo niet! Jezus prikkelt bewust met zijn woorden. Een juk, dat is zo’n ding waar twee emmers aan hangen – een zwaar ding. Maar Jezus heeft het over een lichte last. Een paradox…
Jezus’ juk is ánders. Bij Hem is er geen prestatiebeloning, en geen afrekencultuur. En tóch gaat wie bij Hem rust vindt niet achterover leunen. Geloof in genade zet juist in beweging! Dat kan niet anders. Eigenlijk is het zoals de catechismus het vanouds zei: weet je van ellende – vermoeid en belast zijn, en van verlossing – rust vinden, dan leer je ook dankbaarheid – zijn juk dragen, leren van Hem. Je wílt niet anders!

Wat houdt dat juk dan in? Dat wordt er meteen achteraan gezegd. Leer van mij, zegt Hij, dat ik zachtmoedig ben en nederig van hart. Dat mag ieder van Hem leren, die leeft uit de rust die Hij geeft. Dát is de weg die Jezus wijst. Zo was Hij zelf. Er wordt wel eens gezegd: Jezus is niet een voorbeeld, hij is de Verlosser. Dat laatste is waar. Maar hier stelt Hij toch zichzelf ten voorbeeld.

Zachtmoedig zijn, je kunt ook vertalen ‘vriendelijk’. Wees vriendelijk – niet ellebogenwerkend in de race naar de top. Zachtmoedig, niet hard met een d, maar met een hart, met een t. Dat is het eerste. En dan ook: wees nederig. Dat is niet ‘kruiperig’ of zo, maar dat is, zoals de Bijbel in Gewone taal zegt: vind jezelf niet het belangrijkste. Laat niet alles jezelf draaien. Heb aandacht voor de ander, zie hem niet alleen als concurrent. Erken als iemand ergens beter in is, en wees blij voor die ander. Zachtmoedig en nederig, zo mag, zo wil een christen zijn. Zoals Jezus, die niet voor zichzelf ging. Die geen koning wilde zijn met pracht en praal, maar die liefhad, ook al kostte het Hem alles. Wie dat beseft, júist hier bij brood en wijn, die wil niet anders dan zó leven!

Het Heilig Avondmaal wil ons kracht geven en aanmoedigen om dit juk te dragen. Straks, als u het dagelijks leven weer ingaat. En weet u wat het mooie is? Jezus zegt: leer van mij dat ik zachtmoedig ben en nederig, en dán zult u rust vinden voor uw ziel – dat wil zeggen echte rust. Dit juk van Jezus is niet een opdracht, een opgave die stress geeft, onrust. Nee, de weg van Jezus volgen is juist de weg tot rust. Als je stopt met de ander als concurrent te zien. Als je niet langer jezelf hoeft te bewijzen. Zou dat geen rust geven? Als je, met alle gebrek, probeert een volgeling van Jezus te zijn in je dagelijkse omgeving, op het werk of op school, zachtmoedig en nederig… Dan zal dat niet altijd makkelijk zijn. Maar tóch heb je dan een rust diep van binnen die een ander niet heeft. Omdat je weet: Hij is bij mij. Hij heeft mij lief, ondanks al mijn gebreken. Met al mijn moeite en lasten mag ik bij Hem komen, altijd weer. Dan mag je vanuit leven uit de vrede die Hij geeft. Voor Hem en met Hem. Dan zult u ervaren: zijn juk is zacht, zijn last is licht! Omdat Hijzelf alles geeft, ook nu.

Amen