Tags

,

Dorpsgenoten,

[intro]
het is weer 4 mei. Dodenherdenking. Een moment om stil te staan bij hoe kostbaar vrijheid is, en wat het heeft gekost. Mensen hebben er hun leven voor gegeven! Vaak jonge mensen, soldaten uit ons land en andere landen. Wij leven in vrede en vrijheid, al sinds 1945. Dat is een kostbaar bezit!
Het gevaar is, op een moment als vanavond, dat we al snel terechtkomen in de grote en algemene begrippen. Vrede, vrijheid, democratie… En het belang om die te bewaken. Dan blijft 4 mei al snel iets dat ver van ons af staat, dat weinig ons eigen leven raakt. Vandaar dat het comité ‘4 en 5 mei’ dit jaar aanreikte om vooral bij concrete verhalen stil te staan. Bij de menselijke maat. Juist in verhalen kunnen we onszelf spiegelen: wat zouden wij hebben gedaan? Juist verhalen kunnen inspireren en raken, maar dan grote woorden.

[voorbeeld: Jan de Rooij]
Ik wil u daarom vanavond het verhaal vertellen van Jan de Rooij. We bevinden ons in 1944. Op dat moment was Nederland voor de helft bevrijd. Het gebied onder de grote rivieren was in handen van de geallieerden, bóven de grote rivieren heerste de Duitse bezetter. En daar, bij de grote rivieren, in Sprang-Capellem woonde Jan de Rooij. Hij was arbeider in een schoenfabriek, en lid van een verzetsgroep. Het was van groot belang dat de geallieerden wisten wat er zich aan de andere kant van de rivier afspeelde. Zouden de Duitsers een tegenaanval doen in de winter? Daarom gingen twee mannen uit Sprang-Capelle vrijwillig van het bevrijde naar het bezette gebied. Jan was één van hen. Ze staken de rivier over in een bootje met een radiozender bij zich.
Jan verbleef in het dorpje Dussen op een boerderij bij bekenden. Hij deed zich voor als boerenknecht, maar gaf intussen zijn ogen goed de kost. Op de zolder van de schuur van het boerenhuis werd de zender verborgen. Daarmee seinde hij gegevens van het Duitse front en de troepen door. Hij had heel wat te melden, want er trok zich een grote Duitse troepenmacht samen in die streek. Jan kon de precieze locaties van de geschutstellingen en kampen doorgeven. Als gevolg van zijn berichten werden de Duitse stellingen zwaar gebombardeerd.
De Duitsers kregen echter argwaan. Dit kon geen toeval zijn, iemand moest hen hebben bespioneerd! Ze gingen op speurtocht en uiteindelijk vonden zij de zender. Omdat Jan de Rooij op dat moment niet thuis was, namen ze het boerengezin gevangen en dreigden ze hen allemaal dood te schieten. De Rooij hoorde dit toen hij werd gewaarschuwd dat er Duitsers op de boerderij waren. Toen nam Jan een grote stap. Hij meldde hij zich vrijwillig bij de bezetter, ook al wist hij dat dit zijn dood zou betekenen. De gijzelaars werden vrijgelaten en De Rooij werd meegenomen naar Amsterdam. Zwaar werd hij daar verhoord, maar hij heeft niemand van zijn verzetskameraden verraden. Uiteindelijk werd Jan de Rooij doodgeschoten, nog geen vier maanden voor de bevrijding. Hij is slechts 21 jaar geworden.

[in extreme omstandigheden blijkt hoe je echt]
Een verhaal als dit is een spiegel. In extreme omstandigheden, zoals in de oorlog, blijkt wat er echt in mensen huist. Aan moed, of aan bangheid, of helaas ook aan haat en wreedheid. Dingen komen boven die mensen van zichzelf niet eens weten. Ík anderen verraden uit angst? Of dus ook: zou ík mijn leven opofferen terwijl het ook anders kan? In het dagelijks leven zit er vaak een mooi vernisje over ons heen. We lijken allemaal brave burgers, zoals ik u hier voor me zie zitten. Sterker nog: we zíjn het ook gewoon echt! In onze tijd, in ons dorp, kom je daarmee het verst over het algemeen. Maar welke overtuiging zit eronder? Ga je gewoon mee in de algemene stroom, of is er méér in uw binnenste? Overtuiging bedoel ik!
Dát nu komt pas openbaar als de omstandigheden niet gewoon zijn. Als er geen vrede en vrijheid heerst, maar als het bijvoorbeeld oorlog wordt. Wat komt er dan naar boven? Zou u hebben gedaan wat Jan de Rooij deed: jezelf aangeven om anderen te redden? Zou u vrijwillig uit bevrijd gebied naar bezet gebied gaan? Zou ik überhaupt iets durven doen?
Nu is dat van Jan de Rooij een heel heftig voorbeeld. Maar het geldt ook op kleinere schaal. In de oorlog bleek wie mensen waren. Denk bijvoorbeeld aan de vele mensen die vanuit de steden naar het platteland gingen om eten te zoeken, ook hier in het Westland. Hoe reageer je daarop? De ene boer of tuinder deelde wat hij kon, een ander werd rijk op het laatste geld van de hongerenden, en de meesten zaten er ergens tussenin. In bijzondere omstandigheden komt eruit wat erin zit! Dán blijkt wie een mens echt is, welke waarden je hebt.

[laat je daarom nú vormen]
Wie een mens is op zo’n moment, is bepaald in de jaren ervoor. Je kunt niet besluiten om ineens waarheid boven alles te stellen, als je dat daarvoor niet deed. Je kunt niet besluiten om van zelfbehoud at te zien, als je daarvoor alleen voor jezelf leefde. Nee, het is belangrijk dat we nú gevormd worden, dat we nú weten waar we voor staan. Dan kunnen we, als het erop aan komt, hopelijk de goede keuzes maken. Als je nú gevormd bent ten goede, heb je straks hopelijk de kracht om niet met de stroom mee te gaan.
We leven nu in vrijheid en welvaart en vrede. Maar wie zegt wat de toekomst zal brengen? Hoe zal ons land of ons werelddeel eruit zien over 20 of 40 jaar? En trouwens, ook in je persoonlijk leven kunnen er momenten zijn dat het er op aankomt. Daarom: bent u nú gevormd, voor zulke tijden of momenten?

[bronnen van vorming]
Hoe wordt een mens gevormd? Door opvoeding natuurlijk. Maar ook door verhalen en voorbeelden, als die van Jan de Rooij. Het is daarom góed om jaarlijks terug te denken aan de oorlogstijd. Het is góed, dodenherdenking te houden, juist als steeds minder mensen de oorlog zelf hebben meegemaakt. Houd jezelf die spiegel maar voor: wat zou ik doen als ik toen geleefd had? Wat zijn mijn waarden, en hoe houd ik die hoog?
Hoe wordt een mens gevormd? Ik denk ook aan goede boeken en films. Juist die waarin het kwaad in mensen en in de wereld benoemd worden. Leef niet in een bubbel! Zoek niet alleen een onbezorgd leven, maar confronteer jezelf ook maar eens met de extremen van het mens-zijn. Wees so wie so betrokken op de wereld en wat er speelt. Doe nú al wat je kunt, wacht niet tot er een situatie is als toen!
Hoe wordt een mens gevormd? Dan denk ik ook bijzonder aan het geloof, belangrijke bron van waarden. In het bijzonder denk ik wel aan Jezus: zijn woorden, zijn voorbeeld, zijn dood en zijn opstanding. Vanuit het geloof in Hem heeft het zín om de strijd tegen het donker te blijven aangaan. Zijn geschiedenis toont: niet brute macht heeft het laatste woord, maar juist de kracht van zelfopoffering. Staan voor recht, het opstaan voor wie worden afgewezen. Juist Jezus’ opstanding en de hoop op Gods toekomst mag inspireren om niet de makkelijkste weg te kiezen, maar de weg van Jezus. Die weg heeft toekomst, ook al lijkt alles de andere kant op te wijzen. In Hem zullen zelfs de doden leven!

[slotje]
Zo houden we dodenherdenking. Laten we terugkijken, maar laten we dus ook naar onszelf zien. Wat leeft er in u – en in mij? Wat doen wij als het erop aan komt? Ik zal eerlijk zeggen: ik ben zo’n held niet. Maar dan bid en hoop ik, dat ook een moment als vanavond, mij mag sterken voor als het erop aankomt. Moge de Geest van God ons allen daartoe inspireren en innerlijk veranderen!
Amen