Gemeente van Jezus Christus,
[intro: christenvervolging Nepal]
de Bijbelwoorden die vanmorgen centraal staan zijn deze: “Groter is hij die in u is, dan die in de wereld is” – 1 Johannes 4 vers 4b. Mijn aandacht werd op deze tekst gevestigd door een bericht uit Nepal, waar een oom en tante van mij jarenlang gewerkt hebben. In Nepal, een land in de Himalaya, is de kerk de afgelopen decennia stormachtig gegroeid. Vijftig jaar geleden waren er slechts enkele honderden christenen, maar inmiddels zijn dat er honderdduizenden. Dat heeft onder andere te maken met politieke omwentelingen die de christenen meer vrijheid gaven. Er mocht openlijk worden geëvangeliseerd en kwam er godsdienstvrijheid.
Sinds begin dit jaar lijkt er echter een andere wind te waaien. Elke maand wordt er wel een kerkje in brand gestoken. Christenen worden beschuldigd dat ze mensen onder druk zetten om zich te bekeren, en worden daarvoor opgepakt. Er mag geen geld uit het buitenland meer naar christelijke projecten. En het toppunt: een vooraanstaande hindoepriester liet zich opzettelijk neerschieten door zijn eigen bodyguard en beschuldigde vervolgens de christenen van een aanslag. De algemene sfeer lijkt ineens veel vijandiger te worden.
Hoe zou u zich voelen, als je in dat land christen bent? Bij sommige christenen staat ineens een politieagent op de stoep met een vragenlijst. Wie bent u? Wat gelooft u? Welke kerk bezoekt u? Wie heeft daar de leiding? Heel intimiderend! Binnenkort zal er waarschijnlijk een nieuwe wet in werking treden die elke poging verbiedt om je geloof te verspreiden. Als je maar met iemand over Jezus praat, loop je al gevaar!
Dat is de situatie daar. En vanuit die situatie stuurden kerkleiders een bericht. ze vragen om gebed natuurlijk. Maar ze sluiten als volgt af: Hij die ons is, is groter dan die in de wereld is! Zou u dat vol vertrouwen zeggen, als je kerk afbrandt? Als je gevaar loopt gevangen te worden genomen? Groter is hij die in u is, dan die in de wereld is!
[de context v.d. tekst]
De christenen in Nepal ervaren strijd. Hun situatie lijkt wel op die van de mensen aan wie Johannes zijn brief schrijft waar we een stukje uit lazen. Door het werk van Johannes en andere predikers zijn er gemeentes ontstaan in Klein-Azië, het tegenwoordige Turkije. Maar… er komt meteen ook strijd. De Romeinse bestuurders keken met argwaan naar deze nieuwe groep. Er was nog geen directe vervolging, maar die kwam al snel.
En bovendien: ín de jonge kerk ontstond strijd en dwaling. Johannes schrijft niet voor niets: geloof niet elke geest, maar beproef ze – er zijn veel valse profeten in de wereld uitgegaan. Uit het geheel van de brief kun je afleiden dat er dwaalleraars waren met ideeën die sterk beïnvloed waren door de Griekse filosofie. De mens moest volgens hem gered worden uit de stoffelijke wereld, want die was volgens hen laag en vies. Het gaat, zeiden ze, om de géést, het lichaam is minderwaardig. Om deze reden konden ze ook niet geloven dat God echt mens was geworden, dat Jezus echt een menselijk lichaam had. Ze zeiden: nee, dat léék maar zo.
Johannes waarschuwt tegen zulke ideeën. Als Jezus niet echt mens was, hoe zou hij ons dan kunnen verlossen? Was Hij dan in schijn gestorven aan het kruis? En kun je dan nog geloven in de opstanding? Johannes zegt schept: wie niet gelooft dat Jezus in het vlees is gekomen, heeft de geest van de anti-christ. Die staat helemaal aan de verkeerde kant!
Zo was dus de situatie bij de mensen aan wie Johannes schreef. Dwaalleer won terrein, de overheid hield je in de gaten, de kerkjes waren klein en kwetsbaar. Hoe zou u zich voelen, als je toen christen was? Maar Johannes schrijft aan ze: jullie zijn overwinnaars! Groter is Hij die in u is, dan die in de wereld is!
[onze context]
Wat kunnen wij dan veel leren van deze christenen. Die in Johannes’ tijd en die in Nepal. We zouden niet graag met ze ruilen denk is, en tóch zijn ze vol geloof. Ze weten van strijd, maar ze weten ook van wie uiteindelijk de macht heeft, en bovendien: dat Hij in hen is! Hoe is dat bij ons?
Onze situatie is heel anders. Hier worden geen kerken in brand gestoken, hier word je als christen niet in de gaten gehouden. In onze gemeente signaleer ik geen dwalingen die velen verleiden. Hier is rust, geen strijd. Toch? Misschien is daarom het geloof van velen wel verzwakt, omdat het er niet op aan lijkt te komen.
Maar is dat zo? Komt het er niet op aan in onze tijd en op onze plek? Dat vraag ik me af! Ik geloof dat er ook nú anti-krachten zijn die de kerk en uw geloof te ondermijnen. Wordt de kerk niet aangevallen? Volgens mij wel. Alleen op andere manieren. Bijvoorbeeld door moedeloosheid. Dat je je afvraagt: heeft het geloof nog wel toekomst? De kerk krimpt en vergrijst, en dat dóet wat met je. Klopt het hele verhaal wel? En in ons geval: nu gaat de dominee straks weg, en hoe moet dat dan?
Dan is er ook een haast onbenoembare zuigkracht van de wereld zonder God. Je gaat zo makkelijk méé, je raakt zo snel verwijderd van de pure toewijding. Een oudere dame zei eens tegen mij, heel eerlijk: ik kijk tegenwoordig naar dingen op TV die ik vroeger schandelijk zou hebben gevonden. En hoe moeilijk vinden we het om te breken met zo iets, op welk terrein dan ook.
Nee, wij kennen geen strijd zoals in Nepal, of zoals in Johannes’ tijd. Maar staan wij sterker? Misschien komt het wel omdat wij ons niet realiseren dat we in een gevecht gewikkeld zijn. Pas dán gaan die woorden spreken: groter is Hij die in u is, dan die in de wereld is!
[uitleg kernbegrippen]
Ik wil u vanmorgen twee dingen meegeven, die op mijzelf diepe indruk maakten, en ik hoop dat u ze meeneemt. Ten eerste: we leven als christenen altijd in een strijd, je wordt altijd aangevallen zolang je op aarde leeft. Strijd, dat ten eerste. Maar ten tweede ook dit: God overwint, en wij hoeven niet bang of verslagen te zijn als Hij maar in ons is. Dus onthoud: er is strijd! Maar ook: er is er Eén overwinnaar!
Johannes leert ons in zijn hele brief om de dingen te verdelen in twee kampen. Hij maakt veel tegenstellingen, en de hoofd-tegenstelling is deze. Aan de ene kant staat ‘Hij die in u is’, dat is God, en aan zijn kant staan ook degenen die bij Hem horen – de kerk, de gelovigen. Aan de andere kant staat de duivel, de boze, de geest van de antichrist, en degenen die daarbij horen. Wie horen er in dat kamp? Johannes zegt kort en goed: de wereld.
De wereld, even voor de duidelijkheid, dat is hier niet onze planeet. Het is de mensenwereld zonder God. De meerderheid die met Hem niets heeft en voor Hem niet open staat. De mensheid die verkeerd doet en voor zichzelf gaat, en die zo, zonder dat ze het weet, onder de invloed staat van de boze. ‘Hij die in de wereld is’ – dat is de boze, de verkeerde geest, de geest anti christus. De duivel wordt ergens anders ‘de overste van deze wereld’ genoemd. Onthoudt u dat? De wereld is niet neutraal, ze is God vijandig gezind! En dus ú ook, als u van Hem bent. De wereld, al gelooft ze in geen God of duivel, is toch in de greep van de laatste, en daarom tégen de dingen van God.
[zie jezelf en kerk in deze context!]
En in die wereld leven wij dus. Als christenen in Nederland, als christenen in Nepal, en als christenen in de tijd van Johannes. Je woont in het terrein van de ene partij, maar je hoort bij de andere partij. Is het dan niet logisch als je druk voelt, en strijd ervaart? Als dat nooit zo is, kun je je afvragen óf je wel aan de kant van God staat. Sta je dan niet gewoon aan de kant van de wereld, in een leven zonder God?
Er is strijd, strijd van de geesten! Als op TV in praatprogramma’s schamper gedaan wordt over het christelijk geloof, als een achterhaald sprookje. Als de kerk kleiner wordt en de moedeloosheid en krachteloosheid de achterblijvers overvalt – het is een aanval, een list! Hij die in de wereld is wil je op wereldse wijze laten denken, alsof het doortrekken van prognoses de enige manier is om naar de toekomst te kijken. Alsof God er niet is.
Er ís strijd, ook hier. Strijd om de zielen van de jongere generatie. Strijd om het ware geloof in Jezus – ook in onze tijd zijn er helaas in de kerk vreemde ideeën te horen over Hem. Strijd om u en jou en mij langzaam bij Jezus vandaan te trekken door drukte en informatie-overload. En wij maar denken dat alleen de vervolgde christenen ver weg in de strijd zitten! Terwijl hij die in de wereld is, ook hier keihard werkt. En met redelijk succes ook nog: de vlam van het geloof lijkt daar vaak feller te branden dan hier!
[God is groter en ín ons]
Strijd dus! Maar, gelukkig, dat is niet de hoofdzaak van onze tekst. De hoofdzaak is: Hij die in ons is, is gróter dan die in de wereld is. Dat moeten we ten tweede meenemen.
Ik uit mezelf, en u en jij, wij zijn niet groter dan hij die in de wereld is, de boze, de duivel. De boze is slimmer dan u, en ervarener, en meedogenlozer. Uit onszelf kun je geen stand houden tegen verleiding en evenmin tegen vervolging. Maar nu mogen we horen vanmorgen: Hij die in u is, is groter dan die in de wereld is. Ofwel: God is de machtigste!
God heeft alles gemaakt, de wereld bestaat door Hem, ja zelfs de duivel. Jezus weerstond de verleiding van de satan. Jezus dreef de demonen uit die mensen kwelden. Jezus vermorzelde de kop van de satan, aan het kruis. Eens zal God alle kwaad voorgoed uit de weg ruimen. De laatste pagina’s van de Bijbel spreken erover, hoe de duivel, het beest en de valse profeet in de vuurpoel worden gegooid. Gods waarheid overwint!
Maar nu staat er niet slechts ‘God is sterker’, er staat: Hij die ín u is… God, de almachtige, de sterke, de overwinnaar, Hij is ín u. Door de Heilige Geest woont Hij in zijn kerk en in elke gelovige. En dat is het allerbeste nieuws in deze wereld in strijd. Hij staat aan uw kant. Ons staat een sterke held terzij, zong Luther. Dan kan het niet meer misgaan!
Even terzijde. Ís God in u, en in jou? Johannes twijfelde geen moment, hij schrijft kort en bondig: wij zijn uit God. Alleen dán kun je de troost hebben van deze woorden. En wet je dat niet zo zeker: kom dan vlug aan zijn kant, geef je aan hem over, bid maar of zijn Geest je wil vervullen!
[geen angst maar overwinning]
Groter is hij die in u is, dan die in de wereld is. Als je dat weet, dan zie je diep. Dan besef je dat je verwikkeld bent in een strijd, dan verwacht je aanvallen. Maar je weet ook: God zal je behoeden, wát er ook gebeurt. De poorten van de hel zullen zijn gemeente niet overweldigen. Ook niet als er kerken in brand worden gestoken, en óók niet als er kerken worden gesloten in ons land. En leert de kerkgeschiedenis het niet? Alle eeuwen door is de kerk bedreigd. Door dwalingen, door vervolging, door verslapping. Als je beseft hoe de kerk eraan toe was in de Middeleeuwen, als je weet hoe ze eraan toe was is communistisch Rusland… Maar groter is Hij die in ons is, dan die in de wereld is! Maak je maar geen zorgen over de toekomst van de kerk, in Poeldijk, in Nederland, in de wereld. Die is in Gods hand!
En voor ons persoonlijk leven mag helemaal hetzelfde gelden. Als het moeilijk is, als je relatie breekt, als je oneerlijk behandeld wordt, als je je eenzaam voelt, of wát dan ook… Besef dit: groter is Hij die in u is, dan die in de wereld is! De duivel wil uw geloofsvertrouwen knakken, door omstandigheden van buiten, door verleidingen die trekken, door drukte en door droefheid. Maar hij kan niets beginnen tegen Gods macht die de zijnen behoedt. Hij zal je behoeden.
En niet alleen behoeden. Sterker nog, je bent overwinnaar. Johannes zegt het: u hebt hen overwonnen. Paulus laat weten: wij zijn méér dan overwinnaars, door Hem die ons heeft liefgehad. Niet uit jezelf, maar door Hem.
Niet dat het altijd de makkelijkste weg gaat. De kerk waaraan Johannes schrijft was klein en kwetsbaar in een vijandige wereld. En toch schrijft hij: overwinnaars zijn jullie. Want Hij die in u is, is groter dan die in de wereld is. Christen-zijn in Nepal maakt je leven niet eenvoudig. En tóch houden ze moed. Omdat ze weten van Hem in hen! En wij? Laten we moed houden, met een kerk in de marge. Want het is wel de kerk van Christus, die overwon!
[slot]
Laten we dit vasthouden. Allereerst: besef de strijd. Strijd tussen de Geest van God en de geest uit de afgrond. Strijd tussen waarheid en dwaalleer. Strijd tussen de wereld en degenen die uit de wereld zijn gekocht door het Lam. Je staat altijd ergens! Waar sta jij?
Verwacht dus maar aanvallen, op je eigen geloof en op de kerk in het groot en klein. Schrik niet, dat hoort er gewoon bij!
Maar onthoud bovenal dit: groter is Hij die in u is, dan die in de wereld is. Laat dit diep in ons hart dringen. De duivel wordt verslagen, eens zal de morgen dagen. Nu nog strijd, maar… de overwinning is zeker. Door Jezus Christus, onze Heer.
Amen