Tags
Uit de Bijbel is gelezen: Genesis 15:1-6 en 2 Timotheus 1:3-14
Gemeente van Jezus Christus,
[intro]
laat ik vanavond met een voorbeeld beginnen. Stel je voor dat je ‘s avonds lekker op de bank zit, en ineens gaat de bel. Wie zou dat zijn, die je op dit moment komt storen? Het zal zeker wel een late collecte zijn. Dus je gaat naar de deur, je doet open, en wie zie je staan: een goede kennis van je. Hij heeft een lang verhaal over hoe zijn moeder plotseling ziek is geworden, en zijn auto bij de garage staat, en dat zijn telefoon leeg is en hij daarom niet gebeld heeft, maar dat hij graag naar het ziekenhuis zou willen, naar zijn moeder, maar dat dat zo niet lukt. Om kort te gaan, hij vraagt of hij je auto mag lenen die avond. Wat zou u doen?
Ander voorbeeld. Stel je weer voor dat je ‘s avonds op de bank zit en daar gaat de bel. Je doet open, en nu staat er een onbekende voor je deur. Wat zou die willen? De onbekende man, hij ziet er een beetje verlopen uit, houdt een verhaal over dat hij geld nodig heeft. Niet voor zichzelf, maar zijn oude moeder is ziek en ligt in het ziekenhuis, en hij kan haar niet bezoeken want hij heeft geen geld. Of u hem misschien een tientje zou willen geven, zodat hij de reis kan bekostigen… Wat zou u doen?
Twee mensen die je iets vragen. Aan welke Lees verder