Tags
N.a.v. Handelingen 5:34 en verder
Gemeente van Jezus Christus,
[intro: sektes die vergaan]
herinnert u zich nog de volle zalen die Jomanda trok? De genezeres uit Tiel, naar eigen zeggen in het bezit van genezende krachten. Haar zogenaamde ‘healings’ in de jaren negentig trokken veel aandacht en veel mensen. Maar wat is er van haar beweging geworden? Zij zit tegenwoordig in Canada, en geen mens hier vertrouwt nog op haar.
Ouderen herinneren zich vast nog wel ‘Lou [spreek uit ‘lauw’] de palingboer’, die in de jaren zestig veel bekendheid kreeg. Hij beweerde God te zijn en onsterfelijk en verzamelde een flinke groep volgelingen. Maar in 1968 overleed de onsterfelijke toch. Zijn volgelingen riepen ‘Lou kom terug’ en wilden hem niet begraven. Dat gebeurde toch, en zijn groep viel langzaam uiteen. Tot na het jaar 2000 waren er enkelen die in hem geloofden.
Ik zou meer voorbeelden kunnen noemen. Een charismatische leider sticht een groep of sekte, maar vroeger of later valt alles uiteen. Een sekte stopt meestal vanzelf wel! En zo zijn we precies gekomen bij de woorden van Gamaliël die we uit de Bijbel hoorden.
[Gamaliëls raad: wacht af]
In Jeruzalem is een nieuwe stroming erg in opkomst: het christendom! Met zorg zien de religieuze leiders hoe steeds meer mensen in Jezus geloven. Jezus, die ze hadden laten kruisigen omdat hij een bedreiging voor de openbare orde was – en omdat Hij hun positie bedreigde. Maar de dood van deze leider lijkt niet het gewenste effect te hebben: de Jezus-beweging groeit toch weer! Vandaar dat ze nu ook de apostelen, de leiders van de beweging, gaan aanpakken.
Op het moment dat we het verhaal binnenvallen staan ze voor de joodse Raad. Wat moeten ze met deze mensen doen? Echt iets verkeerds deden ze niet. En dan staat Gamaliël op, een gerespecteerde rabbi. Hij geeft een heel eenvoudig advies: laat alles gewoon zijn beloop! Waarom? Wel, er zijn zovele enthousiaste groepen geweest die uiteindelijk uiteenvielen. Hij noemt de bewegingen van Theudas en Judas, leiders van messiaanse groepen. Na de dood van hun leiders bleef er niets van over!
Echter dan zegt Gamaliël iets opvallends. Hij zegt niet: ‘.. en zo zal het met de Jezus-beweging ook wel gaan’. Nee, hij zegt ‘als deze beweging mensenwerk is, dán zal ze vergaan. Maar als ze van God afkomstig is, dan kun je het niet tegenhouden! Dan strijd je zelfs tegen God!’. Twijfelt Gamaliël? Hij houdt in elk geval de optie open: dit zou van God kunnen zijn! En dan… dan zal het voortbestaan, wat mensen ook doen!
[God bewaart zijn kerk]
Tegenwoordig zijn mensen binnen en buiten de kerk soms somber over de toekomst ervan. Kerken krimpen en vergrijzen en sluiten – is er nog toekomst? Het woordje ‘nog’ verraadt dat soms: daar-en-daar zijn nog veel kinderen in de kerk. Of mensen zeggen ‘geloof je dat nog?’ Alsof de kerk een groep is die op het punt staat op te lossen. Als de groep rond Jomanda, of Theudas, of Lou de palingboer….
Echter, als je zo denkt, dan zie je het helemaal verkeerd! De kerk is niet een groep mensen rond een mens. De kerk is Gods werk! Daarom is er nooit plaats voor teveel pessimisme. ‘Als het van God afkomstig is, kúnt u het niet afbreken’. Jezus zelf heeft beloofd: de poorten van de hel zullen mijn gemeente niet overweldigen. Zeker, dat is geen belofte dat de kerk groot en machtig zal zijn, of dat het makkelijk zal zijn, maar toch: de poorten der hel zullen haar niet overweldigen. De Nederlandse geloofsbelijdenis zegt ‘de kerk is er geweest van het begin der wereld en er zal zijn tot haar einde; want Christus is een eeuwige koning, die niet zonder onderdanen kan zijn’. De kerk is niet kapot te krijgen! En weet u waarom? De kerk is Gods werk!
[kerk is als Jezus]200
Weet u wat het verschil is met andere groepen? De kerk is als Jezus. Jezus werd verworpen, gedood, maar… hij stond op. Hij leeft! God is sterker dan de dood. En zo is het met de kerk ook. Toen Jezus weg was viel de groep niet uiteen. Nee, de Geest kwam en toen begon de groei pas echt! De kerk is het lichaam van Christus. En net als Hij niet uit te roeien was, zo is het ook met de kerk – met degenen die in Hem geloven. Het is geprobeerd met vervolging en uitsluiting – maar de kerk bleef! De duivel probeert het met welvaart en slaperigheid – maar ook dat zal niet werken! Steeds weer staat de kerk op, zijn er mensen die Jezus volgen en Hem als Heer erkennen. Al tweeduizend jaar, en dat zal zo blijven tot Jezus komt!
De kerkgeschiedenis is hier heel leerzaam. Denk aan de late middeleeuwen, toen de kerk bijna onderging in bijgeloof en onwetendheid en corruptie aan de top. Maar toen kwam de reformatie en veranderde alles – ook de Roomse kerk, trouwens. Denk aan de tijd net voor 1800, toen het rationalisme almachtig leek. Ik las eens dat in die tijd in de grote St. Pauls-kathedraal in London er op Pasen nog geen twintig mensen bij het Avondmaal waren. Met Pasen nota bene! Maar toen kwamen de grote opwekkingen en in ons land het Réveil. En zo is er meer te noemen, tot in onze tijd.
[structuren kunnen vergaan]
Wat zegt Gamaliël dan hoopvolle woorden: als het van God is, kunt u het niet afbreken – niemand. Laten we dit vasthouden in onze tijd! Maar, let wel: áls het van God is. In de kerken is ook genoeg dat van de mensen is. Dat kan wel afgebroken worden, en ik geloof dat dat in onze tijd ook gebeurt. Structuren en instituten kraken, de aloude vormen voldoen niet meer. Dat doet pijn! Maar is dat het einde van de kerk? Welnee! De kerk is geen instituut, de kerk is de verzameling van mensen die in Jezus Christus geloven. Die zullen altijd elkaar wel opzoeken, linksom of rechts. Met of zonder duur kerkgebouw of universitair geschoolde predikant. Wat uit de mens is: kerkorderegels, gewoontes, geldzaken, dat kan vallen. Dat is ook zo erg niet. Morgen gaan we in de kerkenraad 50 pagina’s kerkordewijzigingen bespreken – die mag wel wijzigen, dat is zelfs nodig. Mensendingen kunnen Gods werk steunen, en als dat niet meer werkt mag het weg, of anders. Maar de kerk, in één of andere vorm, zal leven.
Gamaliëls woorden werken trouwens ook de andere kant op. Laten we niet veranderingen in onze kerk meteen afwijzen. Laten we niet te kritisch zijn naar allerlei nieuwe, hippe kerk-initiatieven, ook al heb je er zelf niets mee. Wie zegt dat het niet van God is? Dat daar mensen Hem niet vinden? Wij kunnen niet alles overzien, dus laten we, zoals Gamaliël zegt, gewoon afwachten. Het zal wel blijken wat er uit God is! Hij gaat door, en Hij is niet gebonden aan onze voorkeuren!
[Slot]
Gods werk gaat door! Zijn gemeente zal blijven bestaan. In wat voor vorm? Dat zal nog blijken? In welke aantallen? Ook dat moeten we afwachten! Maar wees niet te somber, vertrouw maar op God. Misschien kijken we ook niet op de goede plekken! Wist u dat er circa 1 miljoen christenmigranten in Nederland zijn?
Gods werk gaat door! De vraag voor ons is: gaat het ons om Hem? Verlang je te zien wat Hij doet en geef je je in vertrouwen over? Of zijn we vooral gehecht aan de bestaande dingen? Denk aan een dominee die volle kerken trekt – wat blijft over als hij weggaat? Kom je voor die mens, of omdat je Jezus’ stem verlangt te horen en je broeders en zusters te ontmoeten? Of nog scherper: is er in ú en jou een werk van God? Dat is niet af te breken!
In deze tijd, waar menselijke aankleding van de kerk afbreekt, blijft er één ding over: de verbondenheid met Christus. Moge díe onze basis zijn! En Goddank, dat zal blijven in mensenharten, tot Jezus komt. ‘Het werk van God is niet te keren, omdat Hij erover waakt. Én: de Geest doorbreekt de grenzen, die door mensen zijn gemaakt’.
Amen